Korps: Groningen, plaats: gemeente Reiderland 28-05-2003
Mannen aangehouden voor mensenhandel
Verdachten in bewaring
Woensdag 28 mei 2003
De politie en de Koninklijke Marechaussee hebben vorige week drie
personen aangehouden, die worden verdacht van mensenhandel. Het
betreft een 37-jarige inwoner van Nieuweschans en twee inwoners van
Winschoten in de leeftijd van 29 en 38 jaar. Ze ronselden jonge
vrouwen in Litouwen en Wit Rusland en zorgden ervoor dat ze in de
prostitutie terechtkwamen in de gemeente Reiderland. Het onderzoek
loopt al enkele maanden en is opgestart naar aanleiding van de
aangifte van drie vrouwen in de leeftijd van 17 en 18 jaar, die het
slachtoffer waren geworden van de drie verdachten.
Uit onderzoek is gebleken dat naast deze drie aangiftes nog veel meer meisjes en jonge vrouwen het slachtoffer zijn geworden van mensenhandel. In de onderzoeksperiode zijn vermoedelijk enkele tientallen vrouwen geronseld en tewerkgesteld. Velen durven of durfden geen aangifte te doen uit angst voor represailles of domweg uit angst om hun baan te verliezen. Het geldbedrag dat ze verdienden, de vrouwen werkten vaak op fifty-fifty-basis, ligt vele malen hoger dan wat ze normaliter in hun eigen land kunnen verdienen. De verdachten zijn vrijdag voorgeleid voor de rechter-commissaris. Deze heeft de mannen in bewaring gesteld. Het onderzoek zal binnenkort worden afgerond. Het onderzoek werd verricht door het Mensenhandel Interventie Team (MIT) van Regiopolitie Groningen en het team Grens Overschrijdende Criminaliteit (GOC) van de Koninklijke Marechaussee.
Het verhaal in deze zaak is klassiek. Het gaat om jonge vrouwen, soms
nog minderjarig, uit Litouwen en Wit Rusland. Ze werden in hun
thuisland geronseld voor goed betaald werk in het rijkere Duitsland en
Nederland. Om dit mogelijk te maken moesten een aantal onkosten worden
gemaakt zoals vervoer, een paspoort en een visum. Omdat de vrouwen de
nodige onkosten zelf niet konden betalen, werden deze kosten door of
namens de mannen voorgeschoten. De vrouwen bouwden daarmee een schuld
op die later vaak nog groter werd. Eenmaal in Duitsland of Nederland
aangekomen, werden de paspoorten van de vrouwen ingenomen en werden ze
gedwongen om in de prostitutie te werken. Eén van de dwangmiddelen was
de omstandigheid dat ze hun paspoort niet eerder zouden terugkrijgen
dan dat ze de schuld hadden afbetaald. Na de aflossing van hun schuld
gingen de vrouwen na het verlopen van de toegestane periode tot
verblijf weer terug naar hun thuisland of verdwenen ze in de
illegaliteit. Enkelen kwamen op een later moment op vrijwillige basis
weer terug.
De verdachten werkten professioneel en hadden contacten in Nederland
en Duitsland. Vermoedelijk ronselden zij tijdens de onderzoeksperiode
enkele tientallen meisjes voor de Groningse prostitutie. Hiervoor
werden soms forse bedragen betaald. Ook werden meisjes tussendoor weer
doorverkocht. Contacten met de buitenwereld hadden de vrouwen tijdens
hun verblijf amper. Slechts enkele keren bezochten zij winkels. Dit
gebeurde altijd onder toezicht van één van de verdachten of hun
handlangers.
Inlichtingen: afdeling Communicatie, 0900 - 8844 (lokaal tarief)