CBS
Consumptiegroei februari 1,6 procent
Het volume van de binnenlandse consumptieve bestedingen door huishoudens in februari 2003 is 1,6 procent groter dan in dezelfde maand een jaar eerder. In januari bedroeg de consumptiegroei 1,5 procent, zo blijkt uit cijfers van het CBS. De samenstelling van het koopdagenpatroon was dit jaar met name in januari gunstiger dan in 2002. Dit heeft vooral de volumegroei van de consumptie van voedings- en genotmiddelen positief beïnvloed. Aan diensten is in beide maanden iets minder besteed dan een jaar eerder.
Hogere consumptie voedings- en genotmiddelen
In februari is het volume van de bestedingen aan voedings- en genotmiddelen 2,2 procent gegroeid, vergeleken met een jaar eerder. In januari groeide het volume 6,2 procent, mede onder invloed van een gunstiger koopdagenpatroon dan vorig jaar. De bestedingen aan duurzame goederen, zoals auto's, huishoudelijke apparaten, meubels, kleding en schoenen, zijn in februari dit jaar 3,1 procent hoger dan in februari 2002. In januari is het volume 2,3 procent groter. Aan overige goederen, waaronder brandstoffen en energieverbruik, is in februari 6,8 procent meer besteed en in januari 1,4 procent. De sterke groei in februari hangt samen met het hogere energieverbruik in deze relatief koude maand.
In februari is het volume van de totale bestedingen aan goederen met 4,0 procent toegenomen, vergeleken met een jaar eerder. In januari bedroeg de volumetoename 3,1 procent.
Consumptie diensten lager
Bij de bestedingen aan diensten is geen sprake meer van volumegroei. Dit past in het beeld van teruglopende groeicijfers dat bij deze consumptie-categorie al enkele jaren zichtbaar is. De volumegroei van de bestedingen aan diensten bereikte in 1999 zijn top (4,8 procent). Daarna zwakte de groei af via 3,9 procent in 2000 naar 2,0 procent in 2001 en 0,8 procent in 2002. Zowel in februari (-0,5 procent) als in januari (-0,1 procent) van 2003 is voor prijsverandering gecorrigeerd iets minder uitgegeven aan diensten dan een jaar eerder.
Technische toelichting
Dit persbericht beschrijft de ontwikkeling van de binnenlandse Consumptie door huishoudens (inclusief IZWh). In de conjunctuurberichtgeving van het CBS staat deze benadering centraal. Naast deze cijfers zijn ook maandelijkse gegevens beschikbaar over de ontwikkeling van de Werkelijke Individuele Consumptie. Die cijfers vindt u samen met de Consumptie door huishoudens in de CBS-databank Statline. Het verschil tussen beide reeksen wordt gevormd door de overheidsuitgaven waar huishoudens wel van profiteren maar niet rechtstreeks zelf voor betalen, zoals kosten voor medische zorg en onderwijs. Deze bestedingen zijn niet inbegrepen in de consumptie door huishoudens maar maken wél deel uit van het ruimere, meer welvaartgerichte begrip werkelijke individuele consumptie.
De Consumptie door huishoudens omvat naast alle bestedingen aan goederen en diensten waarvoor huishoudens zelf betalen ook een relatief klein bedrag aan consumptie van Instellingen Zonder Winstoogmerk, werkzaam ten behoeve van huishoudens (IZWh). Hieronder vallen bijvoorbeeld sportverenigingen, vakbonden en organisaties op religieuze grondslag. Zij financieren hun activiteiten hoofdzakelijk uit contributies van leden en donaties van sympathisanten.
De binnenlandse consumptieve bestedingen zijn verdeeld in vier hoofdcategorieën: voedings- en genotmiddelen (in 2001 aandeel 14%), duurzame goederen (22%), overige goederen (14%) en diensten (50%). Het gaat bij de binnenlandse consumptie om de uitgaven op Nederlands grondgebied: dus ook de uitgaven van buitenlandse ingezetenen in Nederland. De uitgaven van Nederlandse ingezetenen in het buitenland zijn niet in dit cijfer opgenomen. Het in de tabel opgenomen begrip 'nationale consumptie' bevat in tegenstelling tot de term 'binnenlandse consumptie' wel de bestedingen van Nederlandse ingezetenen in het buitenland, maar niet de uitgaven van buitenlandse ingezetenen in Nederland.
De groeicijfers zijn steeds gebaseerd op een vergelijking met de overeenkomstige periode een jaar eerder. De volumemutaties zijn voor prijsveranderingen gecorrigeerd. Voor het berekenen van de prijsontwikkeling is gebruik gemaakt van het basismateriaal van de consumentenprijsindex (CPI) van het CBS. Weersomstandigheden en de samenstelling van de koopdagen kunnen van invloed zijn op de uitkomsten van de maandcijfers. Zo wordt op een vrijdag of zaterdag meer uitgegeven dan op een maandag of dinsdag. Voor deze effecten is niet gecorrigeerd.
Consumptie door huishoudens
Procentuele mutaties t.o.v. dezelfde periode een jaar eerder
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de persdienst van het CBS. Tel. (070) 337 58 16 Fax (070) 337 59 71 E-mail: persdienst@cbs.nl
PB03-093
22 mei 2003
9.30 uur
Centraal Bureau voor de Statistiek
Persbericht