Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit

OPTA

OPTA: Nieuwe monopolisering dreigt

Visie op telecommunicatie- en postmarkt 2003
OPTA-VOORZITTER: 'NIEUWE MONOPOLISERING DREIGT IN

COMMUNICATIESECTOR'

Den Haag - 14 mei 2003 - De telecommunicatiesector heeft het ook in 2002 niet gemakkelijk gehad. Waar de algemene economische groei stagneerde, groeide de telecommunicatiesector in zijn geheel nog wel.
De meest recente cijfers van het CPB wijzen op een reele omzetgroei van
3,25%, terwijl de reele omzet in de totale ICT-sector in 2002 met 2% daalde.
'Het gaat beter, maar we zijn er nog lang niet,' aldus OPTA-voorzitter Jens Arnbak vanochtend bij de presentatie van de 'Visie op de markt'.

De telecommunicatiesector is veel meer dan telefonie alleen. In de traditionele marktsegmenten treedt stagnatie op. Toch groeit de sector als geheel nog steeds, met name dankzij (breedband-)internet en overige datadiensten (incl. SMS). De aandacht van veel aanbieders concentreert zich nu vooral op grote bedrijven. Een tendens naar verdere concentratie wordt zichtbaar. Deze ontwikkelingen onderstrepen de noodzaak van scherp en slagvaardig toezicht op het totstandkomen van daadwerkelijke concurrentie, ook op de kwaliteit van diensten.

De onzekerheid voor marktpartijen wordt versterkt door steeds langer durende procedures voor de rechter. De doorlooptijd van OPTA-zaken bij de rechtbank Rotterdam is in 2002 met gemiddeld met zeven maanden toegenomen naar twintig maanden. De bestuursrechter toetst besluiten van OPTA integraal en heeft daarvoor lange behandeltermijnen nodig. Een effectieve beroepsgang is cruciaal voor een adequaat toezicht, het consumentenbelang, het publiek belang en het investeringsklimaat. OPTA pleit voor het overslaan van de bezwaarfase en een gespecialiseerde beroepsinstelling.

De onzekerheid voor consumenten wordt in de hand gewerkt door het gebrek aan transparantie in het aanbod van concurrenten, twijfels over de leveringszekerheid en betrouwbaarheid van communicatiediensten. Het is zaak om deze onzekerheden weg te nemen, door geschikte regels in de nieuwe wet en scherp markttoezicht van OPTA.

Vaste net
De groei in de traditionele vaste telefonie vlakt af. Het laatste halfjaar van 2002 intensiveert de concurrentiestrijd op breedbandmarkten, vooral met diensten gericht op de grootzakelijke gebruiker.
Het marktaandeel van KPN in de lokale telefoniemarkt is licht gedaald van meer dan 95 procent in 2001 tot tussen de 85-95 procent in 2002.

In 2002 was de introductie van lokale Carrier-preselectie (CPS) voor dienstaanbieders op de telefoniemarkt een belangrijke stap voorwaarts. Consumenten kunnen nu voor al hun telefoonverkeer daadwerkelijk uit meerdere aanbieders kiezen; voorheen waren zij voor lokale telefoontjes op KPN aangewezen. Door de toenemende concurrentiedruk van de CPS verwacht OPTA dat het prijspeil de komende jaren niet structureel zal stijgen.

Het Internetverkeer wordt meer en meer via datanetten afgewikkeld in plaats van via het telefoonnet. De consument neemt steeds meer diensten tegen een vast bedrag af, in plaats van op basis van gebruik (tikken). Ook deze ontwikkeling beinvloedt de concurrentie, vooral in internetdienstverlening. Verwacht wordt dat aanbieders meer diensten zullen gaan bundelen, en telefonie met datadiensten zullen verpakken om meer inkomsten te genereren.

Breedband
Waar breedbanddienstverlening via het telefoonnet van KPN loopt, zet OPTA een breed scala aan instrumenten in om de bijbehorende mededingingsproblemen het hoofd te bieden. Waar breedbanddienstverlening via datanetten loopt, heeft OPTA nu nog niet het instrumentarium om eerlijke concurrentieverhoudingen te handhaven. Zo zijn er al problemen op de groothandels-ADSL markt: discriminatie van nieuwe aanbieders, koppelverkoop en klachten over een prijsklem op de retailmarkt.

Op de consumentenmarkt en de markt voor het MKB valt vooral de concentratie van internetdienstenaanbieders (ISP's) rond slechts enkele aanbieders van netwerktoegang op. Bovendien bieden kabelexploitanten, ondanks eerdere toezeggingen, nog steeds geen toegang aan onafhankelijke ISP's. De grootzakelijke gebruiker geniet de meeste aandacht van aanbieders van communicatienetten en -diensten. Er moet voor worden gewaakt dat de consument en het MKB worden geconfronteerd met verschraling van het aanbod.

Kabel: de concurrentie wacht op echte beleidskeuzen. Nederland is een van de weinige landen ter wereld met twee fijnmazige concurrerende infrastructuren: de regionale kabeltelevisienetten en het landelijke telefoonnet. Op termijn biedt dit de mogelijkheid voor volwaardige infrastructuurconcurrentie.

Vooralsnog blijven concrete initiatieven hiertoe van de kabelexploitanten echter beperkt. Zij hebben de kans laten liggen om zelf de keuze voor ISP's aan hun klanten te presenteren. Dat moet nu wettelijk worden geregeld.

Consument mag niet het kind van de rekening worden... Door beperkte verdere investeringen van de aanbieders van telefonie via Carrier-(pre-)selectie in dienstverlening en in verdere uitrol van eigen netten is wellicht op de korte termijn geen grote verruiming van keuze voor de consument te verwachten. Ook zijn er regio's in Nederland waar infrastructuurconcurrentie zelfs op de langere termijn moeilijk van de grond kan komen. Op dit moment is er nog een groot aantal huishoudens dat geen keuze heeft tussen breedbandinternet via de kabel of via xDSL over het telefoonnet, of zelfs helemaal geen breedbandaansluiting kan krijgen. Het is van belang om het publieke domein bij deze problematiek beter af te bakenen door hierover duidelijke politieke keuzes te maken.

Dat betekent dat bescherming van de consument, zolang die nog geen keuze heeft, onverminderd op de agenda van OPTA blijft staan. Een ander aandachtspunt is het risico van verschraling van de bestaande dienstverlening, zowel in aanbod als in kwaliteit. Transparantie van dienstverlening voor consumenten blijkt voor veel consumenten overstapdrempels te verlagen. Het huidige instrumentarium van OPTA om actief de transparantie in de markt te vergroten is beperkt. Een
1-op-1 implementatie van de EU-richtlijnen in de nieuwe wetgeving zou dit aanmerkelijk verbeteren.

Betrouwbaarheid van Netwerken
Betrouwbaarheid en continuiteit van dienstverlening is een onderwerp dat ook voor andere netwerken (zoals elektriciteitsvoorziening) in 2002 minder vanzelfsprekend is gebleken dan verwacht. Op dit moment is geen adequaat toezicht op de leveringszekerheid van (tele-) communicatiediensten voorhanden, met uitzondering van de mogelijkheid voor OPTA om van een aanbieder te eisen een overgangsperiode in acht te nemen voordat levering van zijn dienst wordt beeindigd.
De nieuwe EU-richtlijnen bieden hiervoor geen concrete handvatten. Nationaal beleid kan de verantwoordelijkheden op dit terrein verduidelijken wetgeving, en het toezicht en de inspectie van naleving van de bijbehorende regels aanscherpen.

Mobiele markt...
In de mobiele markt werden in 2002 tekenen van consolidatie zichtbaar.
De doelen die OPTA zich in 2002 had gesteld, hebben niet allemaal kunnen bijdragen aan de beoogde effecten op deze markt. OPTA's doel van lagere tarieven van vast naar mobiele telefoon is vooralsnog afhankelijk van de uitspraak van de Rechtbank te Rotterdam en het hoger beroep hiertegen. OPTA vindt het ernstig dat tegen het torenhoge aflevertarief van de mobiele netten in Nederland niets kan worden gedaan.

Post: geen melkkoe
Naast de Telecommarkt houdt OPTA ook toezicht op de Postmarkt. In die markt blijven kansen voor innovatie onbenut. Posttarieven blijven tot 2007 bevroren; het monopolie wordt ongemoeid gelaten. Onder die condities moeten de prestatie-eisen aan TPG scherper in de gaten worden gehouden. Consumenten hebben er recht op dat zij in deze monopoliesituatie geen melkkoe worden door het gebrek aan concurrentieprikkels. Onder de huidige regels is OPTA onvoldoende in staat toezicht te houden op kruissubsidies. Ook de normen van het postvestigingenbeleid op het platteland en de prestatie-eisen die aan TPG worden gesteld rond de overkomstduur van post, zijn onvoldoende verankerd in de wet en niet duidelijk genoeg omschreven voor handhaving. De postwetgeving kan op deze gebieden wezenlijk worden verbeterd.

Snelle invoering van nieuwe EU-regels
De vorig jaar vastgestelde nieuwe EU richtlijnen moeten uiterlijk op 25 juli 2003 in nationale wetgeving zijn ingevoerd. Het is maar de vraag of dat lukt.

Nieuwe communicatiemarkten zijn gebaat bij een snelle toepassing van duidelijke regels. Gedoseerd toezicht staat daarbij voorop: stevig als het moet en soepel wanneer het kan. Hiertoe kennen de nieuwe Europese regels de nationale toezichthouder meer bestuursruimte toe. Het is dus cruciaal dat de Nederlandse wet de Europese normen een op een overneemt, zodat de toezichthouder voldoende ruimte heeft om maatwerk te kunnen bieden. Telecombedrijven willen voorspelbare harmonisatie en doelgerichte regels die gelden voor de hele Europese Unie. Zonder deze aansluiting op de interne markt in Europa wordt het Nederlandse investerings- en vestigingsklimaat geschaad.

Een ander wetsvoorstel, de zogenoemde Kabelwet, ligt al lang voor in de Tweede Kamer. Dit voorstel zal de mogelijkheid bieden om toegang voor internetaanbieders tot omroepnetten met een machtspositie af te dwingen. Het wetsvoorstel voor de implementatie van de EU-richtlijnen opent de mogelijkheid om toegang tot dominante datanetten te verplichten. Beide wetsvoorstellen moeten evenwel nog behandeld worden in het parlement. Dit illustreert het feit dat op terreinen waar de ontwikkelingen van de markt en technologie aantoonbaar verschuiven, wetgeving en bijgevolg ook adequaat toezicht snel achterblijven. De nieuwe regels zijn hard nodig, terwijl juist nu grote vertraging dreigt.
Een snelle, doch adequate implementatie van de Europese richtlijnen is ook met het oog op de belangen van de consument essentieel.

Fusiewet NMa en OPTA
De Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa) en OPTA hebben aangekondigd hun krachten te willen
bundelen in een organisatie, liefst zo snel mogelijk. Dit mede gezien de uitgangspunten van de nieuwe Telecommunicatiewet die meer gebaseerd is op de principes van het algemene mededingingsrecht. OPTA en de NMa zijn samen veel slagvaardiger en effectiever in staat om relevante markten
af te bakenen en passende middelen in te zetten om, daar waar de wetgever en markt wensen, de concurrentie te bevorderen. Daarvoor is nodig dat op korte termijn een fusiewet naar de Kamer wordt gestuurd, opdat de NMa eveneens de status van Zelfstandig Bestuurs Orgaan (ZBO) verkrijgt. OPTA heeft die status al. Alleen zo kunnen de NMa en OPTA verder gaan op de weg van de inrichting van een gezamenlijke organisatie.


--

Elk voorjaar presenteert OPTA haar visie op de ontwikkelingen in de post- en telecommunicatiemarkt voor het komende jaar. Deze visie verschijnt samen met de resultaten van de marktmonitoren Post en Telecom en het jaarverslag. Bovendien vermeldt de visie de doelstellingen die OPTA zichzelf stelt voor het komende jaar.

De complete tekst van de 'Visie op de markt' en het jaarverslag 2002 wordt gepubliceerd op de website van OPTA: WWW.OPTA.NL
--

OPTA (Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit) bestaat sinds 1997 en is door de Nederlandse overheid belast met het houden van toezicht op de Nederlandse post- en telecommunicatiemarkt. OPTA heeft verder tot taak zorg te dragen voor voldoende concurrentie in deze markten. Daartoe heeft zij een aantal taken en bevoegdheden, die in de wet zijn vastgelegd. Besluiten worden genomen door het onafhankelijke college van OPTA en zijn voor de verschillende marktpartijen bindend.

Noot voor de redactie,