Gemeente Utrecht
2003 SCHRIFTELIJKE VRAGEN
21 Vragen van mevrouw R.C. Redmond en de heer E.R van Holthe
(ingekomen 17 maart 2003)
In het Utrecht Nieuwsblad van zaterdag 15 maart wordt het volgende vermeld. De gemeente Utrecht en het Utrecht Universitair Medisch Centrum (UMC) zijn van plan een paar Marokkaanse artsen, die in Casablanca zijn opgeleid naar Utrecht te halen. Zij worden in de stad aangesteld als assistent-artsen. Volgens wethouder Gispen is de Nederlandse gezondheidszorg onvoldoende ingesteld en ingericht op andere culturen.
De VVD heeft zijn bedenkingen bij dit beleid. Het lijkt geheel in strijd te zijn met de pogingen om de instroom van allochtonen in Nederland tegen te gaan en om allochtonen in Nederland te laten integreren.
Dit brengt ons tot de volgende vragen:
Is het college bekend met het bericht in het Utrechts Nieuwsblad?
Is de in het artikel vermelde stelling dat de gezondheidszorg beter ingesteld en ingericht zou moeten zijn op andere culturen, van wethouder Gispen, juist?
Deelt het college de mening van de VVD dat het UMC zelf de taak heeft om artsen op te leiden die wel toegerust zijn om patiënten uit alle culturen te behandelen?
Deelt het college de mening van de VVD dat de instroom van allochtonen eerder beperkt dan gestimuleerd moet worden?
Deelt het college de mening van de VVD dat het aanstellen van Marokkaanse artsen de integratie niet bevordert?
Is het college betrokken bij dit initiatief? Heeft het college bijvoorbeeld dit project van het UMC meegefinancierd?
Zo ja, waar heeft het college dit krediet vandaan gehaald?
Antwoord van Burgemeester en Wethouders
(verzonden 1 april 2003)
Ja.
Het is in de Stuurgroep Huisartsenzorg, onder voorzitterschap van de wethouder Volksgezondheid, gebleken dat de verschillen in taal en cultuur en de andere inrichting van de organisatie van de gezondheidszorg belemmerend kan werken voor oudere Marokkanen. Dit geldt zowel voor de toegang tot de zorg, de diagnose-stelling en de eventueel voor te schrijven medicatie. Mede daardoor worden toch al zwaar belaste huisartsen in onze stad nog eens extra belast. Het onderzoek naar de mogelijkheid om 2-3 artsen uit Marokko te werven om huisartsen te assisteren in wijken waar veel allochtonen wonen, is bedoeld om een oplossing te bieden voor dit tweeledige probleem. Dit tijdelijke initiatief maakt deel uit van een breed pakket aan maatregelen om de druk op huisartsenpraktijken blijvend te verlagen. Als onderdeel van dit brede pakket heeft ons college enige jaren geleden in G4-verband een door VWS betaalde proef gestart met zogenaamde praktijkverpleegkundigen bij huisartsen. Die proef is (ook in Utrecht) geslaagd en daarom omgezet in structurele ondersteuning bij veel meer huisartsenpraktijken. Een ander initiatief is de ingediende subsidieaanvraag bij VWS voor structureel meer maatschappelijk werkers voor het afvangen van psycho-sociale hulpvragen.
Ja. Om een snelle oplossing te bieden voor een tijdelijk probleem zijn echter op korte termijn enkele artsen nodig met kennis van de Marokkaanse taal en cultuur.
De toelating van allochtonen is rijksbeleid. De vraag aan het college is hiermee niet aan de orde. Uiteraard zal een eventuele tewerkstelling geschieden binnen de wet- en regelgeving van de rijksoverheid.
Het gaat hier om een specifiek en tijdelijk probleem onder oudere Marokkanen. Voor dit probleem is een maatgerichte oplossing gezocht. Dit is dus een uitzondering en geen regel. Gezien de kleinschaligheid is integratie in het algemeen hier niet aan de orde.
Het college is betrokken bij dit initiatief maar financiert niet mee.
Zie vraag 6.
---- --