Brabantse Ontwikkelings Maatschappij
PERSBERICHT
27 maart 2003
NV Bom presenteert jaarverslag 2002
2002 was voor de NV BOM een turbulent jaar. Het was een jaar waarin het wereldwijd steeds slechter ging met de economie, een ontwikkeling die ook van grote invloed is geweest op de conjunctuurgevoelige Brabantse economie. Dit alles heeft zijn weerslag gehad op de BOM. Ondanks de negatieve economische ontwikkelingen heeft de BOM in 2002 toch een bescheiden winst gemaakt van 15.963 euro. Ook heeft in 2002 een directiewisseling plaatsgevonden. De BOM nam afscheid van Andries Weitenberg en verwelkomde in september John Jorritsma als nieuwe directeur. Daarnaast werd in het najaar een start gemaakt voor een nieuwe BOM-koers. In de Strategische visie 2003-2007 heeft de BOM haar veranderende rol geformuleerd, met naast de bestaande kerntaken, ook de focus op de ontwikkeling van het Brabantse platteland, de herstructurering van bedrijventerreinen en een intensievere samenwerking met andere intermediaire organisaties in Brabant.
Investeringsbevordering
Het aantal buitenlandse investeringen in Brabant is in 2002 fors teruggelopen ten opzichte van het voorafgaande jaar. Was er in 2001 nog sprake van 17 investeringsprojecten; in 2002 waren dat er 11. In geld uitgedrukt is de teruggang nog beter zichtbaar: 8,7 miljoen euro in 2002 tegenover 72 miljoen euro in 2001. Het aantal extra arbeidsplaatsen door de investeringen is teruggelopen van 483 naar 313. Met deze negatieve ontwikkeling loopt Brabant overigens in de pas met het landelijke beeld. Ook de andere twee top-3 regio's Noord-Holland en Zuid-Holland en de overige provincies in Nederland kampen met een forse afname van het aantal buitenlandse investeringen. De verhoudingen binnen Nederland blijven daardoor stabiel. Ondanks de conjunctuurgevoeligheid van de Brabantse economie heeft Brabant zijn goede positie kunnen behouden. Opvallend in 2002 was het grote investeringsaandeel van Taiwanese bedrijven in Brabant. Bijna 90% van het geïnvesteerde buitenlandse kapitaal is afkomstig uit Taiwan.
Uit enquêtes onder buitenlandse bedrijven is gebleken dat bij de investeringsbeslissing veel waarde wordt gehecht aan het organiserend vermogen van de regio, dat deels is gebaseerd op het industriële karakter, deels op de toenemende verdienstelijking. Met name R&D-gevoelige bedrijven blijken hierin een goede basis voor hun investeringen te vinden. Ook het gunstige woonklimaat en de woonomgeving worden als positief ervaren. Als bedreiging voor de positie van Brabant worden onder meer de verslechtering van de bereikbaarheid genoemd en een verminderde flexibiliteit in de regelgeving en het belastingsysteem.
Ontwikkeling en Innovatie
De afdeling Ontwikkeling & Innovatie van de BOM geldt als R&D-afdeling voor de BV Brabant en functioneert als startmotor voor nieuwe economische initiatieven. Er zijn in 2002 belangrijke stappen gezet om de economische dynamiek van Brabant te versterken. Een accent heeft daarbij gelegen op kennis en innovatie. Meer dan eens is namelijk duidelijk geworden dat de huidige positie van de maakindustrie onvoldoende houvast biedt voor de toekomst. Geconstateerd moet worden dat de kennisontwikkeling in Brabant achterblijft bij het ambitieniveau dat we onszelf stellen. Met gerichte actieprogramma's zoals MAKE IT en Innovatieve Acties Brabant (IAB) heeft de BOM een bijdrage geleverd aan het verhogen van het kennispeil en de innovatiekracht van het bedrijfsleven.
Verder is 2002 is de basis gelegd voor een nieuwe kerntaak van de BOM: herontwikkeling van bedrijventerreinen. Het is een kerntaak die door het rijk en de provincie aan de ROM's wordt opgelegd. De gelegde basis is een businessplan voor een Brabantse Herstructurerings-maatschappij Bedrijventerreinen, een initiatief van de BOM en de provincie, die bij de BOM wordt ondergebracht.
Daarnaast is in 2002 gestart met een nieuw aandachtsgebied van de BOM. Samen met de ZTLO en het KDS (Kenniscentrum Duurzame Stad- en streekontwikkeling) en ondersteund door de Rabobank en de Stuurgroep Dynamisch Platteland, is het initiatief genomen voor de oprichting van een economische ontwikkelingsmaatschappij die zich speciaal richt op de economische vernieuwing van het platteland en de agrofoodsector. Het businessplan hiervoor is in 2002 afgerond. De operationele start is voorzien voor medio 2003. De BOM zal met name kennis op het gebied van ontwikkeling en financiering inbrengen.
Hoog investeringsniveau participaties
In het afgelopen jaar heeft de afdeling Participatie en Beheer een hoog investeringsniveau weten te bewerkstelligen. In totaal werd in 2002 4,9 miljoen euro geïnvesteerd. Dit is meer dan in enig jaar daarvoor. De BOM is participaties aangegaan in zes bedrijven. Het hoge investeringsniveau kan mede worden verklaard uit de economische ontwikkelingen. Perspectiefvolle bedrijven ondervinden in het huidige economische klimaat problemen om hun plannen bancair te financieren. De BOM is dan als risicodragend kapitaalverschaffer de aangewezen partij om deze bedrijven bij hun plannen financieel te ondersteunen. Het fonds waaruit risicodragende financiering wordt verschaft aan Brabantse ondernemingen heeft een omvang van circa 22 miljoen euro. Deze financiering vindt hoofdzakelijk plaats in de vorm van aandelenparticipatie en achtergestelde leningen. De maximale investeringsomvang per participatie bedraagt 1,8 miljoen euro. De inkomsten van het fonds worden gevormd door winsten uit desinvesteringen, renteinkomsten uit leningen en dividendinkomsten. In 2002 bedroegen deze opbrengsten gezamenlijk 1,0 miljoen euro. Gezien de economische ontwikkelingen is dit een goed resultaat. Het in Eindhoven gevestigde BOM-Starters-centrum,dat zich richt op de risicodragende financiering van startende ondernemingen, heeft in 2002 geïnvesteerd in zes jonge bedrijven. Dit is ongeveer het investeringsniveau van de laatste jaren. Het huidige economische klimaat is niet bevorderlijk voor het starten van nieuwe ondernemingen. Anderzijds zijn startende ondernemingen van essentieel belang voor een gezonde ontwikkeling van de economie op de lange termijn. De BOM onderzoekt daarom de mogelijkheid om deze financieringsactiviteiten te versterken en te intensiveren. Investeringen in startende bedrijven hebben over het algemeen een hoog risicoprofiel. De maximale investeringsomvang per participatie bedraagt voor startende ondernemingen 230.000 euro.
Brabantse Ontwikkelings Maatschappij