Ministerie van Buitenlandse Zaken

Aan de Voorzitter van de

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Binnenhof 4

Den Haag

Directie West- en Midden-Europa

Afdeling West-Europa

Bezuidenhoutseweg 67

2594 AC Den Haag


Datum

26 maart 2003

Auteur

L. d'Huy


Kenmerk

DWM-65-03

Telefoon

070-3485351


Blad

1/1

Fax

070-3486233


Bijlage(n)

1

E-mail

DWM@minbuza.nl


Betreft

Beantwoording van vragen van het lid Timmermans (PvdA) over de uitlatingen van premier Berlusconi over de Italiaanse rechterlijke macht.

Graag bieden wij u hierbij, mede namens de Staatssecretaris voor Europese Zaken, de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door het lid Timmermans over de uitlatingen van premier Berlusconi over de Italiaanse rechterlijke macht. Deze vragen werden ontvangen op 6 februari 2003 met kenmerk 2020306690.

De Minister van Buitenlandse Zaken De Minister van Justitie

Mr. J.G. de Hoop Scheffer Mr. J.P.H. Donner

Antwoord van de heer De Hoop Scheffer, minister van Buitenlandse Zaken, en de heer Donner, minister van Justitie, mede namens de heer Nicolaï, staatssecretaris voor Europese Zaken, op vragen van kamerlid Timmermans overde uitlatingen van premier Berlusconi over de Italiaanse rechterlijke macht.

Vraag 1

Heeft de Italiaanse premier Berlusconi zich in een videoboodschap voor de Italiaanse TV-zenders (opnieuw) laatdunkend uitgelaten over de Italiaanse rechterlijke macht?

Antwoord

Wij zijn daarmee bekend.

Vraag 2

Deelt u de mening dat deze uitlatingen zich slecht verdragen met de machtenscheiding die als verworvenheid van het rechtsstatelijk karakter van de EU wordt beschouwd?

Antwoord

Hoewel wij ons moeilijk kunnen voorstellen dat dergelijke uitspraken zouden worden gedaan binnen de Nederlandse verhoudingen, neemt dit niet weg dat de scheiding der machten in het Italiaanse bestel naar onze mening niet in het geding is.

Vraag 3

Bent u bereid dit onderwerp in de daartoe geëigende Europese fora aan de orde te stellen, met name in de EU en de Raad van Europa? Bent u bereid dit onderwerp ter sprake te brengen in uw contacten met uw Italiaanse collega's?

Vraag 4

Ziet u kans in deze fora en in het bijzonder in de JBZ-Raad de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht in Europees verband te benadrukken?

Antwoord

In de verschillende fora (EU, Raad van Europa) staat het onderwerp rechtsstaat (ofwel 'rule of law') prominent op de agenda. De bewaking van de onafhankelijke positie van de rechtsprekende macht maakt hiervan onderdeel uit en wordt zowel in EU-verband als in het kader van monitoringsactiviteiten van de Raad van Europa voor de verschillende lidstaten, waaronder begrepen Italië, periodiek bekeken. Rekening houdend met dit gegeven, zien wij geen aanleiding om in de verschillende internationale fora extra aandacht voor dit onderwerp te vragen.

Vraag 5

Wat is het standpunt van de Nederlandse Raad voor de Rechtspraak terzake? Kunt u dit standpunt aan de Kamer kenbaar maken, vergezeld van uw commentaar of oordeel?

Antwoord

Wij hebben de Raad voor de Rechtspraak niet om een formeel standpunt gevraagd, vanwege het feit dat de uitlatingen van premier Berlusconi over de Italiaanse rechtspraak geen onderwerp betreft dat betrekking heeft op de taakuitoefening van de Nederlandse Raad voor de Rechtspraak.

===