Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Antwoorden op kamervragen over een onderzoek naar de veiligheid van de
tapkamers
25 maart 2003
Antwoorden op vragen van het kamerlid De Wit (SP) over een onderzoek naar de
veiligheid van de tapkamers.
(Ingezonden 10 februari 2003)
---
1. Vraag
Herinnert u zich uw antwoorden op de mondelinge vragen van 26 november 2002,
waarin u zei te zullen besluiten of een technisch onderzoek nodig is naar
het weglekken van informatie uit tapkamers op basis van de reacties van de
Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten (AIVD) en de Korps Landelijke
Politie Diensten (KLPD) op adviezen over beveiligingsaspecten van tapkamers
van de Nationaal Bureau Verbindingsbeveiliging (NBV)? 1)
1. Antwoord
Ja
2. Vraag
Wat was de inhoud van de bevindingen van de NBV over de beveiliging van de
tapkamers? Bevatten deze ook opmerkingen over het weglekken van informatie?
3. Vraag
Wat zijn de reacties van de AIVD en de KLPD? Bent u bereid deze reacties
over te leggen aan de Tweede Kamer?
4. Vraag
Geven de reacties aanleiding tot een nader technisch onderzoek naar de
mogelijkheid van het weglekken van informatie aan derden? Zo neen, waarom
niet? Zo ja, bent u bereid de uitkomsten van het onderzoek aan de Tweede
Kamer te sturen?
2, 3 en 4. Antwoord
In mijn brief van 6 december 2002 (Tweede Kamer, 2002-2003, 28600 VII nr 41)
heb ik medegedeeld dat ik het ongewenst acht het rapport van het NBV in de
openbaarheid te brengen omdat in het rapport ingegaan wordt op een aantal
concrete beveiligingsaspecten. Wel heb ik in diezelfde brief toegezegd het
rapport met de bevindingen van het NBV ter vertrouwelijke kennisname aan de
Commissie voor de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten te zullen zenden en
de commissie van alle relevante feiten, waaronder de reacties van AIVD en
KLPD, op de hoogte te brengen.
Mijn ambtgenoot van Justitie en ik achten het van groot belang dat
interceptie van telecommunicatie voor de opsporing en de I&V-diensten ook in
de toekomst als instrument beschikbaar blijft en dat er geen twijfel bestaat
aan de betrouwbaarheid van het langs die weg verkregen materiaal. Met het
oog hierop laten wij momenteel alle technische en organisatorische
voorschriften rond het tapproces inventariseren en aan een kritisch
onderzoek onderwerpen om te bezien of deze aanscherping behoeven.
In aanvulling op het rapport van het NBV laten mijn ambtgenoot van Justitie
en ik verder een Afhankelijkheids- en Kwetsbaarheidsanalyse uitvoeren op die
onderdelen van het justitiële tapproces die in eerste instantie buiten de
opdracht aan het NBV vielen. De uitkomsten van dat onderzoek zullen te
zijnertijd aan de daartoe geëigende Commissies van de Kamer ter kennis
worden gebracht.
1) Handelingen Tweede Kamer 26 november 2002, nr. 25 pag. 1716
---
© Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties - 5 april 2003