RAAD V DIERENAANGELEGENHEDEN

Voorlichting verbetert welzijn paarden

Embargo tot woensdag 19 maart 2003, 16.00 uur

Voorlichting verbetert welzijn paarden

'Voorlichting is nodig om het welzijn van paarden te verbeteren. Veel mensen die een paard verzorgen hebben het beste met hun paard voor, maar weten niet precies waar ze bij de verzorging van hun paard op moeten letten.' Dat zei de voorzitter van de Raad voor Dierenaangelegenheden, prof. dr. C.J.G. Wensing, vanmiddag bij de overhandiging van de brochure 'Zorgen voor je paard' aan de staatssecretaris van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij, ir. B.J. Odink, en Olympisch kampioene dressuur, mevrouw A. van Grunsven. Met deze brochure is een eerste stap gezet om de voorlichting over het verzorgen van paarden op te pakken: het informeren van mensen die voor het eerst een paard gaan verzorgen. Wensing geeft aan dat deze brochure niet voldoende is om alle welzijnsproblemen bij paarden op te lossen. Hij roept alle binnen de paardensector actieve organisaties, zoals de stamboekorganisaties, de Federatie van Nederlandse Rijscholen en de Koninklijke Nederlandse Hippische Sportfederatie, op om de voorlichting naar iedereen die op een hobbymatige manier actief met paarden bezig is te intensiveren. Volgens Wensing lost aanpassing van de regelgeving de welzijnsproblemen bij paarden niet op. 'De welzijnsproblemen zijn niet het resultaat van onwelwillendheid, maar van onwetendheid. Bovendien is de handhaafbaarheid van regelgeving een probleem. Hoe controleer je of iemand alle regeltjes netjes naleeft?' Wensing wijst er op dat het welzijn van paarden vaak ook in de knel komt door lokaal of regionaal overheidsbeleid. 'Mensen die een stal voor hun paard willen bouwen krijgen vaak alleen een vergunning voor een stal van 3 x 3 m2, maar voor veel paarden is dit te klein. Veel maneges mogen zich alleen in het randstedelijke gebied vestigen en niet op het platteland. Daardoor is er vaak te weinig wei beschikbaar om de paarden op te kunnen zetten.'

Uit het rapport 'Mogelijke dierenwelzijnsproblemen in de paardenhouderij', dat ten grondslag ligt aan de brochure, blijkt dat 7 tot 30 procent van de paarden zichtbare welzijnsproblemen heeft. De welzijnsproblemen uiten zich als stereotypieën, ook wel stalondeugden genoemd. De problemen komen voort uit een verkeerde stalling en verzorging van de paarden. De door de Raad voor Dierenaangelegenheden uitgebrachte brochure gaat onder andere in op de voeding, stalling, ziektes, transport, gedrag en trainingsmethoden. Doel is dat verzorgers zich bewust worden van de behoeften van het paard en daar bij de verzorging rekening mee houden.

Belangstellenden kunnen de brochure bestellen bij de Raad voor Dierenaangelegenheden 070 3785258 en ook vinden op internet (www.rda.nl of www.raadvoordierenaangelegenheden.nl).

18 maart 2003

MEDEDELING VOOR DE PERS:

De brochure en het rapport kunt u bestellen bij de Raad voor Dierenaangelegenheden, info@rda.nl, tel. 070 3785258. Vanaf 20 maart staan ze ook op de website van de Raad, www.rda.nl en www.raadvoordierenaangelegenheden.nl.

Nadere informatie over de brochure en het rapport is te verkrijgen bij Dr. Drs. Ingeborg D. de Wolf, secretaris van de Raad voor Dierenaangelegenheden (tel: 070 3785258; fax: 070 3786336; e-mail: I.D.de.Wolf@rda.nl).

Direct na afloop van de overhandiging bestaat de gelegenheid om vragen te stellen aan de voorzitter van de Raad voor Dierenaangelegenheden, prof. dr. C.J.G. Wensing, en de staatssecretaris van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij, ir. B.J. Odink. Locatie: SER-gebouw, Bezuidenhoutseweg 60 te Den Haag. De overhandiging begint om 16.00 uur.

De Raad voor Dierenaangelegenheden is een overlegplatform van organisaties en deskundigen, dat de Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij adviseert over strategische vraagstukken op het gebied van de gezondheid en het welzijn van gehouden dieren. Hij baseert zich daarbij op de meest recente ontwikkelingen in de wetenschap en houdt rekening met de opvattingen die leven in de Europese, en in het bijzonder de Nederlandse, samenleving. De Raad ontleent zijn bestaansrecht aan artikel 2 van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren, waarin is bepaald dat er een raad voor dierenaangelegenheden dient te zijn. In de Raad participeren vertegenwoordigers van belangenorganisaties, de wetenschap, het bedrijfsleven en de overheid. In 2003 bestaat de Raad 10 jaar.

18 mrt 03 13:51