Provincie Zuid-Holland

Persbericht

18-03-2003
Geen externe geldpotjes in District Oost bij Beheer en Onderhoud

In district Oost is bij de afdeling Beheer en Onderhoud geen sprake geweest van bij aannemers ondergebrachte geldpotjes. Slechts over één geval bestaan twijfels. Wel zijn ook in District Oost in de onderzocht periode (1994-2002) onregelmatigheden bij de aanbesteding en uitvoering van bestekken voorgekomen en is de controle op de prijsvorming tekort geschoten. Dit schrijft het College van Gedeputeerde Staten in een brief aan Provinciale Staten naar aanleiding van een onderzoek door Deloitte en Touch dat recentelijk is afgerond.

In District Oost was wel sprake van interne geldpotjes. Deze konden worden gevormd doordat de werkelijke kosten van aanbesteedde werkzaamheden vaak fors lager waren dan de door het district opgestelde ramingen. Het geld dat op die manier "over bleef" werd gereserveerd voor extra werkzaamheden. De noodzaak van deze extra werkzaamheden waarvan de administratie op transparante wijze plaats vond, wordt door Deloitte en Touch overigens niet betwist.

Verdenking van kartelvorming door aannemers
Het onderzoek in District Oost levert vermoedens op van kartelvorming door aannemers. De verdenking is gerezen dat iedere aannemer, bij wijze van spreken, zijn eigen weg had. De N-nummering van de wegen zou als verdeelsleutel zijn gehanteerd. Gedeputeerde Staten noemen dit zorgelijk en verontrustend. De Nederlandse Mededingingsautoriteit (Nma) en het Openbaar Ministerie worden hiervan spoedig op de hoogte gesteld.

Het College van Gedeputeerde Staten heeft geconstateerd dat het achterwege laten van een nader onderzoek bij de Afdeling Beheer en Onderhoud in District Oost onterecht is geweest. Omdat er destijds geen signalen waren van zelfverrijking is op advies van Arthur Andersen van nader onderzoek afgezien.
Naar aanleiding van aanbevelingen van de Parlementaire Enquêtecommissie Bouwnijverheid (De bouw uit de schaduw) is de aanbestedingsystematiek in District Oost alsnog nader onderzocht.

Deloitte en Touche heeft uitsluitend onderzoek gedaan naar de administratieve systemen en bescheiden van de provincie. Het onderzoek strekte zich niet uit naar personen. Evenmin naar aannemersbedrijven. Aanwijzingen over persoonlijke verrijking van ambtenaren zijn door de onderzoekers niet aangetroffen.

Het College van GS wijst er op dat, zoals eerder in de reactie op het rapport van de Parlementaire Enquêtecommissie "De bouw uit de schaduw" is medegedeeld, de in het rapport van Deloitte en Touche gesignaleerde onregelmatigheden inmiddels tot het verleden behoren. De Dienst Beheer Infrastructuur heeft de bedrijfsvoering en de administratieve organisatie versterkt en plannen opgesteld voor beheer en instandhouding.