Katholieke Universiteit Nijmegen
Groot Brits-Duits-Nederlandse onderzoeksproject
Computers krijgen menselijke trekken
Men gaat er vanuit dat computers in de toekomst steeds meer rekening
moeten houden met de behoeften van de mens. Dat betekent ook dat ze
zich steeds meer op een menselijke manier gaan gedragen. Computers
moeten volwaardige gesprekspartners worden die niet alleen spraak
verstaan en gebaren herkennen, maar ook emoties in de stem en op het
gezicht. Daarnaast moeten ze kunnen onderhandelen met gebruikers,
suggesties kunnen geven, proberen te achterhalen wat een gebruiker
precies bedoelt, uitleg geven, enzovoorts en dat alles op een zo
menselijk mogelijke manier.
Het driejarige COMIC-project (COnversational Multimodal Interaction
with Computers) gaat dit toekomstbeeld dichterbij brengen.
Wetenschappers van de Max Planck Instituten voor Psycholinguïstiek en
Biologische Cybernetica, de universiteiten van Nijmegen, Sheffield en
Edinburgh, het Duitse Onderzoeksinstituut voor Kunstmatige
Intelligentie en een klein Duits bedrijf `ViSoft' werken samen in dit
door de Europese Commissie gesubsidieerde onderzoek (de totale
subsidie bedraagt 3.5 miljoen euro). Ze gaan software ontwikkelen die
in staat is te begrijpen wat de mens wil en daarop ook adequaat en
menselijk kan reageren. Het project is nu een jaar bezig.
Fundamenteel en toegepast
Het bijzondere van het project is dat fundamenteel onderzoek naar
menselijke communicatie, zoals dat gedaan wordt op het Max Planck
Instituut voor Psycholinguïstiek en het NICI (Nijmeegs Instituut voor
Cognitie en Informatie van de KU Nijmegen) gecombineerd wordt met
toegepast onderzoek. Onderzoekers van het Max Planck Instituut hebben
een onderzoeksmethode ontwikkeld waarmee men kan nagaan hoe mensen
spraak, gebaren, gelaatsuitdrukkingen en lichaamshouding combineren in
natuurlijke communicatie. Ook kan men nagaan hoe mensen compenseren
als één van de communicatiekanalen uitvalt of wanneer een kanaal niet
optimaal functioneert, bijvoorbeeld als er veel lawaai is waardoor het
verstaan van de spraak bemoeilijkt wordt.
Het NICI richt zich in het COMIC-onderzoek vooral op de automatische
herkenning en interpretatie van gesproken en handgeschreven informatie
(tekeningen en handschriften). En ook hier wordt er gebruik gemaakt
van kennis over menselijke interactie. Zo kijkt men bijvoorbeeld in
hoeverre aarzelingen en aangehouden klanken (ik deeenk...) de
spraakherkenner kunnen helpen bij het bepalen van de mate van
zekerheid waarmee een uiting herkend is.
Voorlopig is mens nog niet te evenaren
Voorlopig zullen computers de mens nog niet evenaren als
gesprekspartner. Voordat ze ons kunnen begrijpen en kunnen reageren op
natuurlijke spraak en gebaren, moeten er nog veel fundamentele
problemen worden opgelost.
Kennis over menselijke interactie bij het wegvallen van informatie of
bij verslechterde informatie, kan gebruikt worden om computers op een
menselijke manier te laten reageren wanneer informatie niet goed
verstaan of begrepen wordt. Daardoor zal een systeem menselijker
overkomen.
Prototype interactiesysteem
Het toegepaste onderzoek in COMIC betreft het bouwen van een prototype
van een interactiesysteem. Men heeft gekozen voor een toepassing met
zoveel mogelijk natuurlijke interactie, zodat het fundamentele
onderzoek naar menselijke communicatie kan worden toegepast. Met het
systeem kan een gebruiker snel en interactief z'n badkamer ontwerpen
en inrichten. Eerst voert men met elektronische inkt en spraak de
specificatie van de badkamer in. Het systeem weet dan om wat voor
soort ruimte het gaat, hoe groot die is en wat de beperkingen zijn.
Daarna reageert het systeem en kan na onderlinge raadpleging de
badkamer worden ingericht. Een avatar (dit is een kunstmatig hoofd dat
kan praten en menselijk kan reageren) geeft daarbij geavanceerde
uitleg en suggesties in natuurlijke taal. De avatar zal zich daarbij
zo menselijk mogelijk gedragen. Dat betekent bijvoorbeeld knikken en
goede juiste vragen stellen op het juiste moment en daarbij
natuurlijke gezichtuitdrukkingen gebruiken, zoals wenkbrauwen
optrekken bij nadruk en een vragende blik als iets niet goed is
begrepen. Voor de mens zijn dit vanzelfsprekende zaken waarvan we ons
niet eens bewust zijn. Die onbewuste zaken moeten in kaart gebracht
worden en pas dan kan een computer ze ook toepassen.
18-3-2003