VIANED
PERSBERICHT
GWW-sector langer zonder werk
12.000 medewerkers kunnen niet het werk verrichten waarvoor zij zijn
aangenomen
17 maart 2003
De dalperiode, waar de gww-sector jaarlijks in de wintermaanden, mee
te maken heeft blijkt in 2003 weer langer te duren dan het jaar
ervoor. Traditioneel zakt de productie door het wegvallen van werk
rond de kerstdagen in. Het moment waarop de aannemerij denkt weer goed
aan de gang te zijn blijkt dit jaar op te schuiven naar medio april
(was in 2002 enkele weken eerder). Dit betekent dat de lengte van de
dalperiode richting vier maanden gaat. Ook het aantal gww-medewerkers
dat noodgedwongen met de armen over elkaar zit of ander werk verricht
dan waar het voor is aangenomen is gegroeid. Zo'n 13 procent blijkt
geen werk te hebben en een kleine 10 procent doet ander werk. In
totaal treft dit zo'n 12.000 mensen.
Dit blijkt uit de antwoorden die het VIANED-panel (70 ondernemers van
evenzoveel leden van VIANED) heeft gegeven op vragen met betrekking
tot de ontwikkelingen in de huidige dalperiode.
Als voornaamste oorzaken voor het uiterst magere werkaanbod noemen de
ondernemers de algehele economische malaise en het feit dat
opdrachtgevers meer tijd nemen in de aanloop naar het op de markt
brengen van hun projecten.
Door het, samen met de vakbonden ontwikkelde, Jaarmodel (waarbij
opgespaarde overuren in de piekperiodes worden ingezet in de
dalperiode) kan de sector een deel van de medewerkers een jaarcontract
aanbieden. Stratenmakers en nog een aantal andere beroepsgroepen
kunnen vanwege de fysieke belasting echter geen overuren maken. Met
het inleveren van de overuren kunnen maximaal twee maanden overbrugd
worden. Met de lengte van de huidige dalperiode kan het Jaarmodel
nauwelijks functioneren.
In de dalperiode van 2003 op 2004 is de toegang naar de nieuwe winter
WW voor medewerkers in de gww-sector afgesloten. GWW-ondernemers staan
dan voor de keuze om de mensen in dienst te houden (waardoor de kosten
met zo'n 20 procent zouden stijgen) of hen te ontslaan. Gelet op de
hevige concurrentie waardoor het onmogelijk zal zijn om die 20 procent
door te berekenen moet gevreesd worden voor een grote ontslaggolf.
Samen met de bonden hebben de werkgeversorganisaties in de gww-sector zich opnieuw gewend tot de overheidsopdrachtgevers om hen met argumenten te bewegen tot een betere spreiding van het werk door het jaar heen. Eén van de belangrijkste aanbevelingen richting overheden is om flexibele uitvoeringstermijnen toe te staan waardoor aannemers hun werkzaamheden beter en meer gespreid kunnen uitvoeren.
Het CROW, dat onder meer standaardbesteksbepalingen uitgeeft, heeft
onlangs besteksteksten gepubliceerd inzake flexibele
uitvoeringstermijnen. Wanneer overheden, en met name gemeenten, deze
aan de aannemerij toestaan zal een belangrijk deel van de problematiek
opgelost kunnen worden.
Voor nadere informatie: VIANED/ H.Dragt 06 - 5317 2260