NMBS
12/03/03
Goederenvervoer per spoor verder geliberaliseerd: NMBS zet zich schrap
Op zaterdag 15 maart verandert de context van het Europees
goederenvervoer per spoor grondig. Dan treden een aantal maatregelen
in voege die op politiek niveau zijn beslist in het kader van de
liberalisering van het treinverkeer. In de goederensector krijgen
nieuwe spoorwegmaatschappijen vrije toegang op bijna het hele
Belgische spoorwegnet. Zogauw de overheid klaar is met het wetgevende
werk, wordt ook de verdeling van de eindverantwoordelijkheid voor
sommige taken aangepast. Het toewijzen van treinpaden en het
vaststellen van de prijs voor het gebruik van de spoorinfrastructuur
zullen bijvoorbeeld in handen komen van een onafhankelijke
spoordienst.
In 1991 is gestart met de liberalisering van het treinverkeer met de
bedoeling de spoorwegondernemingen een nieuwe dynamiek te geven.
Daarvoor moest de onderlinge concurrentie zorgen. De eerste
richtlijnen, die in België van kracht werden in 1997, beoogden een
duidelijke scheiding tussen het beheer van de spoorinfrastructuur en
van het eigenlijk transport. De nationale spoorwegnetten werden reeds
opengesteld voor het internationale verkeer, georganiseerd door
samenwerkingsverbanden van bestaande nationale spoorwegmaatschappijen,
en voor het internationaal gecombineerd vervoer.
Op 15 maart 2003 wordt een stap verder gezet: nieuwe spoorwegmaatschappijen kunnen naast de traditionele operatoren (zoals B-Cargo) vanaf dan gebruikmaken van het Trans-Europese Netwerk voor het goederenvervoer per spoor. Dit netwerk strekt zich uit over 17 landen en reikt tot de havens die het continentale verkeer voeden. In België komt dit neer op een vrije toegang op ongeveer 80% van de lijnen die voor het goederenverkeer worden gebruikt. In 2008 (of vroeger?) wordt dit het geval op àl onze lijnen.
De nieuwe spoorwegmaatschappijen moeten natuurlijk wel eerst over een
vergunning beschikken. In België valt de behandeling van de aanvragen
(voorlopig) onder de verantwoordelijkheid van het "Bestuur van het
Vervoer te Land", hierbij geholpen door de "Technische Steundienst
voor Spoorvervoer".
NMBS voor grote uitdagingen
De NMBS mag zich op korte termijn verwachten aan een sterkere
concurrentie. Bestaande klanten zullen zeker ook andere aanbiedingen
krijgen en nieuwe klanten zullen potentiële transporteurs tegen elkaar
afwegen.
De NMBS werkt keihard aan een reorganisatie van haar cargo-activiteit
om de productiviteit drastisch te verhogen, zowel op het vlak van het
personeel als het treinmaterieel. Bedoeling is de cargo-activiteit
rendabel te maken op korte termijn en de NMBS als centrale speler in
Europa te positioneren. De slagkracht van de Belgische
cargo-activiteit heeft een bepalende rol voor de Belgische economie in
het algemeen en de concurrentiële positie van de Belgische havens in
het bijzonder. Binnen enkele weken moet een strategisch plan
voorliggen.
Nieuwe spelregels
Om de gewenste scheiding tussen infrastructuurbeheer en het eigenlijke
vervoer te respecteren, wordt binnen de NMBS een strikte
boekhoudkundige scheiding (voortaan ook in de financiële balansen)
tussen infrastructuur en exploitatie doorgevoerd.
Om een eerlijke en niet-discriminerende toegang tot de spoorinfrastructuur te verzekeren, wordt bovendien geëist dat sommige essentiële taken en eindverantwoordelijkheden worden toevertrouwd aan instanties onafhankelijk van de spoorwegmaatschappijen.
Volgens de Europese richtlijn 2001/12 zijn die essentiële taken:
* de voorbereiding en besluitvorming over het verlenen van
vergunningen aan spoorwegondernemingen;
* de besluitvorming over de toewijzing van capaciteit;
* de bepaling van de heffingen voor het gebruik van de
infrastructuur;
* het toezicht op de naleving van de verplichting tot verlening van
bepaalde openbare diensten.
In een nieuw KB wordt de oprichting van twee nieuwe instellingen in
het vooruitzicht gesteld, die compleet los van de NMBS zullen bestaan.
De Spoordienst krijgt de opdracht de treinpaden toe te wijzen en de
gebruiksvergoeding te bepalen. De NMBS krijgt wegens haar expertise
wel een voorbereidende en raadgevende rol toebedeeld. Daarnaast komt
er een Instituut van de Spoorwegen met controlerende en raadgevende
bevoegdheid. Dit instituut moet ook tussenkomen bij conflicten tussen
verschillende spoorwegmaatschappijen.
Belangrijke juridische kennisgeving
© 2003 NMBS