Vereniging Milieudefensie
Persbericht
Milieudefensie en Both ENDS twijfelen aan nut
Projecten in buitenland geen bijdrage minder CO2
Amsterdam, 14 maart 2003 --- Nederlands klimaatbeleid in het buitenland zal onvoldoende toevoegen aan een duurzaam energiebeleid en vermindering van CO2-uitstoot. Die conclusie trekken Milieudefensie en Both ENDS uit de donderdag bekendgemaakte resultaten van de tender voor CDM-projecten door staatssecretaris Van Geel van milieu. De nu goedgekeurde projecten, waarmee Nederland wil voldoen aan een deel van haar verplichtingen onder het verdrag van Kyoto, zouden wellicht ook zonder Nederlandse steun wel zijn uitgevoerd. Bovendien zijn beide organisaties er niet van overtuigd dat de projecten een bijdrage leveren aan duurzame ontwikkeling in de landen waarin ze worden uitgevoerd.
Nederland moet in 2010 zeker zes procent minder broeikasgassen uitstoten dan in 1990 het geval was. Daarvan wil Nederland de helft van deze reductie- ongeveer 100 megaton CO2 - in het buitenland halen. CDM-projecten moeten daarvan een deel voor hun rekening nemen. CDM staat voor Clean Development Mechanism. Als Nederland projecten in ontwikkelingslanden financiert die reductie van broeikasgassen opleveren, mag Nederland die reducties van haar eigen CO2 reductieverplichting aftrekken.
Milieudefensie en Both ENDS zijn bezorgd dat de nu goedgekeurde CDM- projecten onvoldoende bijdragen aan daadwerkelijke uitstootvermindering. Internationaal wordt de eis gesteld dat CDM- projecten additioneel dienen te zijn. Dat betekent dat projecten zonder een Nederlandse bijdrage niet van de grond zouden komen, en dat zonder Nederlandse bijdrage er geen vermindering van de uitstoot van broeikasgassen zou optreden. De donderdag gepresenteerde projecten overtuigen Milieudefensie en Both ENDS in dit opzicht niet. Als voorbeeld dragen de organisaties de Esti-dam in Panama aan.
Internationaal wordt de eis gesteld dat dergelijke projecten een duidelijke bijdrage leveren aan de duurzame ontwikkeling van de ontwikkelingslanden waar ze worden uitgevoerd. Daarvoor is onder meer belangrijk dat er innovatieve en schone technologie wordt gebruikt en dat alle (lokale) belanghebbenden vooraf afdoende wordt geraadpleegd. Ook op dit vlak zijn niet alle projecten overtuigend volgens Milieudefensie en Both ENDS.
Milieudefensie en Both ENDS vragen staatssecretaris Van Geel alles in het werk te stellen om deze en toekomstige CDM-projecten te laten voldoen aan de kwaliteitseisen die aan dit soort internationale klimaatprojecten worden gesteld. Milieudefensie en Both ENDS wijzen het afzwakken van die kwaliteitseisen uitdrukkelijk af omdat Nederland voorop loopt bij het aanbesteden van CDM-projecten en de toon zal gaan zetten voor aanbestedingen van andere industrielanden.