CDA

Eurlings: CDA wil vasthouden aan één eurocommissaris voor iedere lidstaat.

De CDA-fractie in de Tweede Kamer wil vasthouden aan één eurocommissaris voor iedere lidstaat. De commissarissen moeten verantwoording afleggen aan het Europees parlement en moeten ook door hen naar huis gestuurd kunnen worden, hetzij individueel, hetzij als collectief. De voorzitter van de Commissie moet gekozen worden door het Europees Parlement. Dat zei Tweede Kamerlid Camiel Eurlings in het plenaire debat over de Europese Conventie, op donderdag 13 maart 2003. "Wat betreft de Europese Raad is het duidelijk is dat een versterking van de Europese Raad de intergouvernementele samenwerking bevordert. Het CDA wil voorkomen dat dit overleg dominant gaat worden ten aanzien van de Europese instellingen, waardoor het institutionele evenwicht wordt verstoord. De instelling van een voorzitterschap van vier of vijf jaar wijzen wij dan ook af, dit zou ten koste gaan van de communautaire methode. Wij blijven dan ook voorstander van de huidige roulatie-systematiek", aldus Eurlings Verder vindt het CDA dat de Hoge Vertegenwoordiger voor het Gemeenschappelijke Buitenlands en veiligheidsbeleid zitting dient te nemen in de Europese Commissie en dat er moet worden overgegaan tot gekwalificeerde meerderheidsbesluitvorming bij buitenlands beleid

Rol nationale parlementen
Over de rol van de nationale parlementen merkte Camiel Eurlings op: "Het zogenaamde early warning-system van de parlementen is positief te waarderen. Op die manier kunnen burgers via nationale parlementariërs meepraten over wat Europa moet regelen en wat niet. Maar dan zijn we het wel met de regering eens dat het moet gaan om het systeem met 'de gele kaart', nationale parlementen moeten niet de bevoegdheid krijgen beroep in te stellen bij het Hof en de Commissie moet niet gedwongen kunnen worden haar voorstel te wijzigen; geen rode kaart dus. Rol maatschappelijke organisaties
Last but not least vindt het CDA dat maatschappelijke organisaties veel meer in de Europese Conventie moeten worden betrokken. Eurlings: "Er moet meer naar de problemen van de burgers geluisterd worden die hun belngaen zien vertegenwoordigd in die organisaties. Pas dan kan het draagvlak voor de Conventie vergroot worden. We kunnen niet toestaan dat de Conventie voor de burger een zoveelste onzichtbare instelling is. Er is juist meer betrokkenheid nodig. Betrokkenheid heeft alles te maken met geloofwaardigheid. Als Europa de handen ineenslaat en de problemen van de burger oplost, kan die kloof tussen Europa en de burger overbrugd worden.