VEB doet aangifte voorkennis Vodafone/Libertel
Persbericht | 12-03-2003
Op 4 maart publiceerde Vodafone Group het biedingsbericht inzake haar bod op Vodafone Libertel (van 11 euro per aandeel) dat op 13 januari werd aangekondigd. De VEB heeft niet alleen inhoudelijke bezwaren tegen het bod, maar meent ook dat Vodafone en Vodafone Libertel (hierna Libertel) procedureel onzorgvuldig gehandeld hebben.
Op 19 februari gaf de VEB al aan dat zij om verschillende redenen de
prijs van elf euro per aandeel te laag vindt en dat zij beleggers die
hun aandelen daarvoor niet aanmelden, mogelijk zal bijstaan in een
eventuele uitkoopprocedure. Bovendien is de VEB van mening dat
Vodafone, respectievelijk Libertel, zich gedurende de afgelopen
periode schuldig hebben gemaakt aan overtreding van het verbod op het
handelen met voorkennis ex art. 46 WTE, respectievelijk het aanzetten
daartoe.
Vodafone kondigde op 13 januari 2003 een openbaar bod aan. Dat bod
werd door het bestuur en de commissarissen aanvankelijk al te laag
bevonden, maar door Vodafone zonder expliciete steun van Libertel toch
ongewijzigd doorgezet. Uit de openbaar gemaakte transacties in het
aandeel Libertel blijkt dat er tussen 13 januari en 7 februari
(beëindiging onderhandelingen tussen Vodafone en Libertel) al bijna 21
miljoen aandelen Libertel door of namens Vodafone waren bijgekocht.
Daarna is dat belang via transacties op de beurs op 12 februari
uitgebreid tot 82,4 procent en op 26 februari tot 83,5 procent. In de
periode tot aan 4 maart publicatiedatum van het biedingsbericht kocht
Vodafone nog tenminste 0,3 procent bij. Het is de bedoeling om via het
openbaar bod waarvoor de aanmeldingstermijn vooralsnog op 27 maart
aanstaande zal sluiten tenminste 95 procent van alle geplaatste
aandelen te verwerven. Daarna zou de beursnotering beëindigd moeten
worden.
De VEB is van mening dat Vodafone Group tussen 13 januari en 4 maart
met voorkennis heeft gehandeld. Waarschijnlijk strekt deze handel met
voorkennis zich ook uit over de periode voorafgaand aan de
aankondiging van 13 januari 2003. In die tijd wist Vodafone veel meer
over Libertel dan de overige aandeelhouders. Immers:
- Vodafone consolideert de resultaten van Libertel in haar eigen
jaarrekening;
- Libertel is volledig geïntegreerd in het managementinformatiesysteem
van Vodafone, waardoor de operationele gegevens (gebruikersaantallen)
en financiële gegevens (omzetten, kosten, ontwikkeling ARPU,
kaspositie etc) voortdurend bij Vodafone bekend zijn.
- de bestuurders van Libertel worden op voordracht van Vodafone
benoemd;
- van de vijf commissarissen van Libertel zijn er vier (in)direct aan
Vodafone verbonden.
Dat is echter nog maar het topje van de ijsberg. Voorbeelden van
andere (potentiële) bronnen van voorkennis bij Vodafone zijn ook:
- de interne verrekenprijzen voor de diensten die Vodafone voor
Libertel verricht en dienovereenkomstig aan Libertel in rekening
brengt;
- de verkoop van Vizzavi Nederland door Vodafone aan Libertel;
- de bepaalde interne financiële rapporten, budgetten en ramingen
(biedingsbericht, pagina 20) zoals tot 3 maart 2003 opgesteld door de
directie en raad van commissarissen van Libertel en aan ABN Amro
financieel adviseur van Vodafone ter beschikking gesteld bij de
waardering van het aandeel Libertel.
Tenslotte is het mogelijk dat Vodafone ook vóór 22 november 2002
gehandeld heeft met voorkennis van of over Libertel en dat zich
daarmee meer (rechts)personen schuldig hebben gemaakt aan (het
aanzetten tot) de handel met voorkennis.
Op grond van al het voorgaande is volgens de VEB de wet overtreden.
Vodafone bezit veel meer informatie over Libertel dan zij met haar
medeaandeelhouders wil delen en moet zich naar het oordeel van de VEB
in zon situatie op grond van de wet onthouden van het bijkopen van
Libertel aandelen.
Vodafone heeft, vanaf de eerste transacties met ING (toen nog tegen
een koers van negen euro per aandeel), de mogelijkheid en verplichting
om de informatieachterstand van Libertel-aandeelhouders op te heffen.
Desondanks heeft zij er welbewust voor gekozen om die informatie voor
zichzelf te houden. Daarmee heeft Vodafone haar feitelijke macht- en
informatievoorsprong naar het oordeel van de VEB misbruikt om haar
aanvankelijk bod zoveel mogelijk ongewijzigd door te zetten.
Den Haag, 12 maart 2003
Vereniging van Effectenbezitters