persbericht
Nummer:
17
Directie:
voorlichting
12-03-2003
Status:
informatie
Minister ver der Hoeven komt met voorstellen voor nieuwe CAO
Deregulering en decentralisatie van arbeidsvoorwaarden, extra ruimte
voor speerpunten in het arbeidsmarkt- en personeelsbeleid, een betere
inzet van decentrale schoolbudgetten en specifieke maatregelen voor
knelpunten; dat zijn de speerpunten in de CAO-voorstellen van minister
Van der Hoeven. Met de plannen voor een nieuwe CAO wordt opnieuw een
belangrijke stap gezet om de arbeidsvoorwaarden te moderniseren en het
onderwijs als werkgever aantrekkelijker te maken. Minister Van der
Hoeven heeft de brief met voorstellen voor de nieuwe CAO vandaag aan
de vakbonden gestuurd.
Met het oog op de dreigende economische stagnatie en groeiende
werkloosheid is loonmatiging noodzakelijk. De sociale partners hebben
hiervoor hun verantwoordelijkheid genomen. In het Najaarsoverleg is
afgesproken dat de contractloonstijging in 2003 maximaal het
inflatiepercentage zal bedragen. Voor de nieuwe CAO voor 2003 stelt
minister Van der Hoeven een salarisverhoging voor van 2 procent. Naast
dit generieke loonbod wil de minister afspraken maken met de
onderwijsbonden om de school als arbeidsorganisatie aantrekkelijker te
maken. Zo moet er voor het primair onderwijs een meerjarig
werkgelegenheidsplan komen voor onderwijsondersteunend personeel.
Uitgangspunt van dit plan is dat alle basisscholen op termijn
beschikken over (structurele) formatie voor onderwijsondersteunend
personeel. Ook moeten basisscholen de vrijheid krijgen om in overleg
met het personeel zelf te bepalen hoeveel uren een leerkracht besteedt
aan lesgeven (binnen de normjaartaak), passend bij de kwaliteiten en
competenties van de leerkracht.
Met het oog op het lerarentekort moet het leraarsberoep
aantrekkelijker worden gemaakt, met name op scholen met veel
leerlingen die extra aandacht nodig hebben. Op het vmbo moeten daarom
de mogelijkheden worden verruimd die het schoolbudget biedt voor
salaristoelagen en voor functies op een hoger niveau dan het
reguliere.
Schoolbudgetten
Het schoolbudget is het vrij besteedbare geld dat schoolbesturen
(primair en voortgezet onderwijs) ontvangen voor onder meer
personeelsbeleid. De minister wil dat schoolbesturen schoolleiders van
transparante informatie voorzien over de omvang en besteding van het
schoolbudget.
Op veel scholen wordt het budget ingezet voor integraal
personeelsbeleid, maar de koppeling van het loopbaan- en
beloningsbeleid is nog niet goed op gang gekomen. Daarom stelt de
minister voor om afspraken te maken over de manier waarop het geld
voor integraal personeelsbeleid voor competentiegerichte beloning
(beloningsdifferentiatie) beter kan worden ingezet.
Overige maatregelen
Mensen moeten zonder onnodige belemmeringen het onderwijs als tweede
loopbaan kunnen kiezen. Ook moeten studenten aan de reguliere
lerarenopleidingen geen onnodige belemmeringen ondervinden om tijdens
hun studie al aan het werk te gaan, bijvoorbeeld als
onderwijsassistent of leraarondersteuner. Als zij aan het einde van
hun studie doorstromen naar een leraarsfunctie, ondervinden zij vaak
nadelige financiële gevolgen van hun keuze om tijdens hun studie al te
werken. De minister wil bekijken hoe dit opgelost kan worden.
De personeelstekorten en de moeite om vervangers bij ziekte te vinden vraagt om een flexibele inzet van het zittend personeel. Het voorstel is het personeel de keuze te geven om voor onbepaalde tijd meer dan de normjaartaak te werken. In combinatie hiermee kan opbouw van pensioen voor het werken boven de normjaartaak mogelijk worden gemaakt. Dit kan een aantrekkelijke optie zijn, omdat een tekort aan opgebouwde pensioendiensttijd in het onderwijs regelmatig voorkomt.
Om het ziekteverzuim verder terug te dringen moeten er meer prikkels komen voor werkgevers en -nemers. Preventie en bestrijding van ziekteverzuim kan verder worden gestimuleerd door Arbo-dienstverlening op een meer prestatiegerichte wijze te financieren.
De huidige CAO liep op 1 februari 2002 af. De nieuwe CAO heeft een
looptijd van 11 maanden en geldt voor 290.000 mensen in het primair en
voortgezet onderwijs.
Ministerie van OCenW
Europaweg 4
Postbus 25000
2700 LZ Zoetermeer
T: 079 323 23 23
F: 079 323 23 20
E: info@minocw.nl