Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer Postbus 90801 2509 LV Den Haag der Staten-Generaal Anna van Hannoverstraat 4 Binnenhof 1a Telefoon (070) 333 44 44 2513 AA `s-GRAVENHAGE Telefax (070) 333 4004
Uw brief Ons kenmerk Doorkiesnummer AV/WTZ/2003/10639 (070) 333 4219
Onderwerp Datum Contactpersoon
levensloopbestendige afspraken in 12 maart 2003 H.J. Groenendijk
CAO's
./. Hierbij stuur ik u, zoals toegezegd door de toenmalige staatssecretaris van Sociale Zaken en
Werkgelegenheid mevrouw Verstand-Bogaert tijdens een Algemeen Overleg op 5 februari 2001
over de Beleidsnota Emancipatiebeleid 2001 (Tweede Kamer, 2000-2001, 27061,
nr. 12) ter kennisname het rapport `Levensloopbestendige afspraken' van de Arbeidsinspectie van
mijn ministerie.
De ontwikkeling van het zogeheten `levensloopbeleid' is het afgelopen jaar hoog op de politieke
agenda gekomen. Daarmee wordt aangesloten bij de behoefte van steeds meer burgers aan
grotere keuzevrijheid bij de inrichting van hun leven. Levensloopbeleid beoogt de flexibiliteit en
regelmogelijkheden van mensen te vergroten, waardoor zij hun leven meer naar eigen individuele
keuze kunnen vormgeven. Een dergelijk beleid kan er toe bijdragen dat mensen, afhankelijk van de
levensfase waarin zij verkeren, meer of juist minder tijd of aandacht kunnen besteden aan (een
combinatie van) werk, zorg, scholing en ontspanning.
CAO-afspraken kunnen een meer individuele invulling van de eigen levensloop vergemakkelijken
doordat ze bepaalde keuzes faciliëren dan wel belemmeringen voor bepaalde keuzes wegnemen.
In dat licht is het van belang inzicht te hebben in de mate waarin CAO's afspraken bevatten
waardoor werknemers in staat worden gesteld meer individuele accenten te leggen bij de invulling
van hun levensloop.
Het bijgaande rapport van de Arbeidsinspectie bevat een overzicht van deze afspraken in CAO's,
samengesteld op basis van drie eerdere door de Arbeidsinspectie uitgevoerde onderzoeken.1
1 Het betreft de onderzoeken: Arbeid en zorg in CAO's 2000. Een update van de resultaten van het over 1999 uitgevoerde onderzoek. Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Den Haag, 2002; Najaarsrapportage CAO-afspraken 2001. Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Den Haag, 2001
---
Omwille van de vergelijkbaarheid wordt alleen gerapporteerd over de 122 CAO's (totaal van
toepassing op 4,7 miljoen werknemers) die in elk van de drie onderzoeken zijn opgenomen.
De afspraken zijn gerangschikt naar drie thema's: arbeid en zorg, employability en ouderenbeleid. Hiermee is vooralsnog een ruime definitie van `levensloopbestendige afspraken' gehanteerd. Dit begrip kan bij de verdere ontwikkeling van levensloopbeleid mogelijk nader worden gepreciseerd.
Met betrekking tot employability zijn inmiddels recentere cijfers beschikbaar. Echter voor de
vergelijkbaarheid met de resultaten van `arbeid en zorg' en `ouderenbeleid' is gekozen voor een
overeenkomstige onderzoeksperiode. Ook met betrekking tot kinderopvang bevat het onderhavige
onderzoek niet de meest recente cijfers. Eind 2002 heeft de Arbeidsinspectie een nieuwe meting
verricht van het aantal CAO-afspraken over kinderopvang. De Tweede Kamer zal hierover naar
verwachting in maart 2003 geïnformeerd worden.
Wat betreft levensloopbestendige afspraken op het terrein van arbeid en zorg concludeert de
Arbeidsinspectie het volgende. Afspraken over mogelijkheden tot herintreden van werknemers zijn
in 7% van de CAO's aangetroffen en in 85% van de CAO's staan afspraken met betrekking tot
zorg. Het gaat dan om afspraken over ouderschapsverlof (incl. afspraken conform de wettelijke
regeling), zorgverlof en kinderopvang. In 61% van de CAO's zijn afspraken gevonden over het
sparen van verlof, het kopen van dagen en loopbaanonderbreking.
Afspraken die het makkelijker maken om tijdens de levensloop aandacht te besteden aan
employability werden in ruim negentig procent van de CAO's aangetroffen waar het ging om
scholing (96%) en scholingsverlof (93%). Afspraken over de persoonlijke ontwikkeling van
werknemers kwamen minder voor: in 61% van de CAO's, terwijl in 50% van de CAO's
afspraken stonden over loopbaanmobiliteit.
Levensloopbestendige afspraken op het terrein van het ouderenbeleid omvatten afspraken met
betrekking tot leeftijdsbewust personeelsbeleid (98% van de CAO's), afspraken over
loopbaanbeleid (80%) en afspraken met betrekking tot (voorbereiding op) pre-pensionering
(93%).
Uit de kwantitatieve inventarisatie van de Arbeidsinspectie kan geconcludeerd worden dat in veel
CAO's in het kader van arbeid en zorg, employability en ouderenbeleid reeds afspraken worden
gemaakt die onder de brede noemer `levensloopbestendig' geschaard zouden kunnen worden.
Veel CAO's bevatten daardoor één of meer afspraken die het op één of andere manier voor
werknemers gemakkelijker maken om individuele accenten te leggen in de besteding van tijd en
aandacht aan (een combinatie van) werk, zorg, scholing en ontspanning tijdens de loopbaan. Te
ontwikkelen levensloopbeleid zou deze mogelijkheden nog verder kunnen vergroten, waarbij
bijvoorbeeld de toegankelijkheid van de verschillende mogelijkheden voor alle werknemers en de
(voor het onderdeel Employability) en Ouderenbeleid in CAO's 2001. Een onderzoek naar afspraken tussen
sociale partners met betrekking tot oudere werknemers. Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.
Den Haag, 2002.
3
keuzevrijheid bij het gebruiken ervan belangrijke aandachtspunten kunnen zijn. Het
bovengenoemde onderzoek kan daarbij gelden als een eerste stand van zaken.
4
Het nieuwe kabinet zal met bovenstaande bevindingen rekening houden bij de verdere
ontwikkeling van levensloopbeleid.
De Minister van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid,
(mr. A.J. de Geus)