Maandag, 10 maart 2003 18:53 uur
(10 mrt) KNMI traint scholieren en docenten in het meten van
stofdeeltjes in atmosfeer
Op dinsdagmiddag 11 maart vindt de tweede GLOBE Aërosol Monitoring
training plaats bij het KNMI. Leerlingen en docenten van meer dan vijf
nieuwe scholen komen naar het KNMI om getraind te worden in het
gebruik van eenvoudige zonlichtmeters waarmee aërosol hoeveelheden
(kleine deeltjes en fijn stof) in de atmosfeer bepaald kunnen worden.
KNMI-klimaatonderzoeker Folkert Boersma en VU-student Joris de Vroom
zullen deze training verzorgen. De aërosolgegevens die de leerlingen
zullen gaan verzamelen zijn op zichzelf al interessant, maar dienen
met name om de satellietmetingen zoals die van de Nederlandse
instrumenten SCIAMACHY en OMI (vanaf 2004) op hun waarde te kunnen
bepalen.
Op dit moment is het GLOBE Aërosol Monitoring Program in een zogeheten
pilot-fase. Vier middelbare scholen doen zo mogelijk dagelijks al
aërosolmetingen. Het KNMI controleert de metingen van de scholen
uitvoerig op wetenschappelijke betrouwbaarheid. Bij bewezen kwaliteit
zullen de gegevens gebruikt worden bij het valideren van het
Amerikaanse MODIS satelliet-instrument dat al enkele jaren aërosol
concentraties meet vanuit de ruimte. Leerlingen en docenten worden op
deze manier actief betrokken bij grote wetenschappelijke vragen als
'Hoe verandert het klimaat als gevolg van luchtvervuiling door fijn
stof?'. Met name het Christelijk college 'De Populier' uit Den Haag
heeft al een grote hoeveelheid meetgegevens verzameld die op het
eerste gezicht goed gebruikt kunnen worden door het KNMI bij de
validatie van satellietinstrumenten.
Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut