Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen

persbericht

Nummer:
16

Directie:
voorlichting

10-03-2003

Status:
informatie

onderzoek gericht op alle instellingen

Nijs: onafhankelijke commissie voor vervolgonderzoek rekenschap

Staatssecretaris Nijs van Onderwijs zal een onafhankelijke Commissie Vervolgonderzoek Rekenschap instellen als vervolg op het Zelfreinigend Onderzoek. De commissie zal verantwoordelijk zijn voor de aansturing, uitvoering en verwerking van het onderzoek. Het onderzoek richt zich op alle onderwijsinstellingen in de BVE-, HBO- en WO-sector. Doel ervan is bij alle instellingen vast te stellen of, en zo ja, in welke mate misbruik is gemaakt van bekostigingsregels. Begin 2004 moet het onderzoek afgerond zijn. Het ministerie van OCenW zal dan, aan de hand van de uitkomsten bij instellingen die over de schreef zijn gegaan, de onterecht verkregen gelden terugvorderen.
In februari 2002 stelde toenmalig minister Hermans een zelfreinigend onderzoek in omdat er aanwijzingen waren voor fraude door zes hogescholen. Het onderzoek moest inzicht verschaffen in de manier waarop hogescholen, universiteiten en de BVE-sector omgaan met de bekostigingsregels en instellingen de gelegenheid geven misbruik of oneigenlijk gebruik van de regels te melden. Nadat de Algemene Rekenkamer vorige maand haar review op het zelfreinigend onderzoek presenteerde en op een vervolgonderzoek aandrong, heeft staatssecretaris Nijs vandaag de opzet voor het vervolg naar de Tweede Kamer gestuurd.

Opzet onderzoek

Het Zelfreinigend Onderzoek heeft inzicht gegeven in hoe onderwijsinstellingen omgaan met bekostigingsregels. De resultaten uit die eerste fase vormen de basis waarop in het vervolgtraject onderzocht wordt in welke mate en welke instellingen zich schuldig hebben gemaakt aan misbruik. Omdat niet elke instelling in het Zelfreinigend Onderzoek volledige en juiste informatie heeft verstrekt, zullen alle instellingen onderwerp van onderzoek zijn. Om de objectiviteit optimaal te waarborgen stelt OCenW een onafhankelijke onderzoekscommissie in die verantwoordelijk is voor aansturing, uitvoering en verwerking van het onderzoek. De onderzoeksactiviteiten zullen de periode april 2003 1 januari 2004 beslaan. Na het vervolgonderzoek zal het ministerie iedere twee jaar onderzoek verrichten naar het gebruik van bekostigingsregels. Wanneer de onderzoekgegevens aanleiding geven tot vermoedens van fraude, dan zal het Openbaar Ministerie ingeschakeld worden. Overigens is staatssecretaris Nijs verbaasd over de uitspraak van het OM in het geval van de recente aangifte van vermoedens van fraude bij zes hogescholen. Het OM seponeerde vijf van de zes zaken. De staatssecretaris heeft het OM om motivering gevraagd en zal die te zijner tijd beoordelen.

Actieplan Rekenschap

De opzet voor het Vervolgonderzoek Rekenschap is onderdeel van het Actieplan Rekenschap dat de minister van OCenW vandaag naar de Tweede Kamer heeft gezonden. In dit actieplan zijn eerder aangekondigde maatregelen uitgewerkt. Onder meer het instellen van een periodiek bekostigingsoverleg, verscherping van het toezicht en versterking van de beleidscyclus op het ministerie. Een concrete toepassing is het wetsvoorstel Korte Klap dat binnenkort naar de Tweede Kamer gezonden wordt. Daarin worden aanscherpingen voorgesteld van de bekostigingsvoorschriften in het beroepsonderwijs en hoger onderwijs, om onbedoelde toepassing van die regels tegen te gaan.h

Ministerie van OCenW
Europaweg 4
Postbus 25000
2700 LZ Zoetermeer
T: 079 323 23 23
F: 079 323 23 20
E: info@minocw.nl