Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Advies gevraagd over sociaal-agogen in de Wet BIG
De Voorzitter van de Tweede
Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
IBE/BO-2362233
10 maart 2003
In antwoord op de motie van het lid Rouvoet (ChristenUnie) inzake de
wenselijkheid of noodzakelijkheid van het laten vallen van
sociaal-agogen onder de reikwijdte van de Wet BIG, bericht ik uw Kamer
dat het Coördinerend Orgaan Nascholing en Opleiding (CONO) inmiddels
om advies is gevraagd. Het CONO zal het advies naar verwachting in
september 2003 uitbrengen. Dit advies alsmede mijn standpunt op dit
advies zal ik uw Kamer voor december 2003 doen toekomen. Ik beschouw
bovengenoemde motie hiermee als afgehandeld.
In antwoord op de motie van het lid Hermann (GroenLinks) inzake het
kennelijk ontbreken van deskundigheid, bericht ik uw Kamer dat de
Inspectie voor de Gezondheidszorg en het Openbaar Ministerie een
werkgroep hebben geformeerd om een draaiboek voor de uitvoering van
artikel 96a Wet BIG te maken. Het criterium van het kennelijk
ontbreken van deskundigheid zal hierin worden ingepast. Ik zal u
hierover te zijner tijd berichten.
Ik beschouw de motie van het lid Hermann hiermee als afgehandeld.
De Staatssecretaris van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,
drs. Clémence Ross-van Dorp