European Commission
IP/03/339
Brussel, 7 maart 2003
De EU en de VS gaan samenwerken bij onderzoek naar energie en
klimaatverandering
Gisteren ontmoette Europees Commissaris voor onderzoek Philippe
Busquin in Brussel de heer Spencer Abraham, Staatssecretaris van het
Amerikaanse Ministerie voor Energie. Zij bespraken de
wetenschappelijke samenwerking tussen de EU en de VS bij onderzoek
naar klimaatverandering en energiekwesties, zoals samenwerking inzake
kernfusie via het ITER-project (Internationale Thermonucleaire
Experimentele Reactor) het EURATOM-programma met de ondertekening van
een samenwerkingsakkoord, waterstof- en brandstofcellen, en de invang
en opslag van koolstof (Co2). Zij waren het erover eens dat
gezamenlijke onderzoekactiviteiten moeten worden geïntensifieerd.
Amerikaanse universiteiten, onderzoekcentra en ondernemingen zullen
deelnemen aan onderzoekprojecten op milieu- en energiegebied uit
hoofde van het 6e EU-kaderprogramma voor onderzoek (2003-2006), met
een begroting van 17,5 miljard . Iedere partij zal zijn eigen kosten
dragen. Commissaris Busquin besprak de wetenschappelijke samenwerking
tussen de EU en de VS ook tijdens het bezoek van de heer John H.
Marburger, Wetenschappelijk Adviseur van Amerikaanse president, op 5
maart.
"De samenwerking met de Verenigde Staten bij onderzoek naar
klimaatverandering en energie is van essentrieel belang om de uitstoot
van broeikasgassen en de algemene luchtverontreiniging te
verminderen," zei Commissaris Busquin. "Hoewel wij van mening
verschillen over de tenuitvoerlegging van het Protocol van Kyoto,
geloven wij dat er op het gebied van onderzoek ruimte is voor
gezamenlijke initiatieven. Europa en de Verenigde Staten beschikken
allebei over geavanceerde kennis en een grote industrieel potentieel.
Zij zijn essentiële partners op wetenschappelijk en technologisch
gebied. Door middel van een gecoördineerde actie op het gebied van
energie- en milieu-onderzoek kunnen zij de wetenschappelijke problemen
die van invloed zijn op het dagelijks leven van onze burgers,
gezamenlijk aanpakken. Ik spoor wetenschappers dan ook aan om deze
nieuwe kansen voor gezamenlijke onderzoekactiviteiten met beide handen
aan te grijpen."
Wetenschappelijke samenwerking tussen de EU en de USA
Amerikaanse universiteiten, wetenschappelijke instellingen en
ondernemingen kunnen aan de EU-onderzoekprogramma's deelnemen. Wel
moeten zij hun aandeel in de begroting van de projecten betalen. Tot
de gezamenlijke projecten die totnogtoe zijn uitgevoerd behoren
ondermeer materialenonderzoek, waaronder ook nanotechnologie,
aardbevingstechniek, digitale bibliotheken, meertalige
engineering-systemen, metrologie, gasturbines, hogesnelheidsnetwerken,
klimaatverandering, geologische opslag van Co2 en
infrastructuurbescherming. De EU werkt ook samen met de NASA aan een
reeks projecten, ondermeer voor de bewaking van het ozonverlies boven
de Noordpool.
Waterstof- en brandstofcellen
Op het gebied van waterstof- en brandstofcellen hebben de VS en de EU
ook belangrijke activiteiten lopen en hebben zij wederzijds belang bij
het verbeteren van de samenwerking. De EU werkt met een groep van
vooraanstaande deskundigen Waterstof- en brandstofcellen, die op
verzoek van Commissarissen Busquin en de Palacio is samengesteld, met
de steun van Commissievoorzitter Prodi, om een visie en een strategie
uit te werken voor de ontwikkeling en invoering van waterstof- en
brandstofceltechnologieën in komende 20 jaar.
In het 5e kaderprogramma voor onderzoek van de EU (KP5 1998-2002) is
120 miljoen besteed aan onderzoek naar waterstof- en brandstofcellen.
In het zesde kaderprogramma (KP6 2003-2006) wordt onderzoek naar
energie en vervoer verricht onder de thematische prioriteit "Duurzame
ontwikkeling, veranderingen in het aardsysteem en ecosystemen",
waarvoor in totaal 2,12 miljard is uitgetrokken. Naar verwachting
worden de middelen voor onderzoek naar brandstofcellen, inclusief de
toepassingen daarvan en waterstoftechnologieën, in vergelijking met
KP5 aanzienlijk verhoogd.
Met deze financieringsinspanning wil de Commissie het stimulerend
effect en de samenwerking met nationale programma's verbeteren om tot
een kritieke massa van onderzoek op dit gebied te komen .
Het "Visieverslag" van de Groep van hoge ambtenaren wordt in mei 2003 verwacht en zal worden voorgesteld op een conferentie die in juni 2003 in Brussel zal worden gehouden. De Commissie zal op het verslag reageren met aanbevelingen en richtsnoeren voor verdere initiatieven.
Kernonderzoek
Wat kernenergie betreft, zijn de VS teruggekeerd naar het
ITER-fusieprogramma (Internationale Thermonucleaire Experimentele
Reactor). Onderhandelingspartners van ITER zijn nu de Europese Unie,
Japan, Rusland, Canada, de VS en China. Momenteel bedraagt de
begroting van het het EU-fusieprogramma 750 miljoen , waarin een
bijdrage van 200 miljoen zit voor de start van het ITER-initiatief.
Tijdens zijn bezoek aan Brussel besprak de heer Abraham met
Commissaris Busquin ook de vooruitgang van het onderzoek naar de
ontwikkeling van de volgende generatie kernfusiereactoren. Ook de
samenwerking tussen de EU en de USA binnen het EURATOM-programma is
aan bod gekomen met de ondertekening van een nieuwe
samenwerkingsovereenkomst op het gebied van kernenergie.
Onderzoek naar klimaatverandering
Een gezamenlijke vergadering over wetenschappelijk en technologisch
onderzoek naar klimaatverandering is gehouden in Washington op 5-6
februari 2003, in het kader van dialoog op hoog niveau tussen de EU en
de USA over klimaatverandering. Als gebieden voor mogelijke
samenwerking zijn tijdens de vergadering genoemd: onderzoek naar de
koolstofkringloop, interactie tussen aërosols en klimaat, feedbacks,
ondermeer waterdamp- en thermohaliene circulatie, geïntegreerde
observatiesystemen en gegevens, koolstofinvang en opslag, en
waterstoftechnologie en -infrastructuur. Een vervolgvergadering zou
later dit jaar moeten plaatshebben. De Commissie en de bevoegde
agentschappen van de VS komen binnenkort weer bij elkaar om de
vooruitgang te bekijken en specifieke activiteiten, waaronder
gelijktijdige gezamenlijke aanbestedingen, te plannen voor 2003 en
2004.
Voor nadere informatie kunt u de volgende websites raadplegen:
http://europa.eu.int/comm/research/energy/index_en.html
http://europa.eu.int/comm/research/energy/nn/nn_rt_hlg1_en.html
http://europa.eu.int/comm/research/eesd.html
http://www.jrc.cec.eu.int/
http://www.state.gov/g/oes/climate/