Gemeente Utrecht

Belangrijke stap voorwaarts in bereikbaarheid Leidsche Rijn

Het college van b en w heeft een aantal belangrijke besluiten genomen op weg naar een bereikbaar Leidsche Rijn. De gemeentelijke financiële bijdragen voor de te overkappen A2 en de spoorverdubbeling in het stadsdeel zijn geregeld. Belangrijk voor Leidsche Rijn is dat het spoor zeventien onderdoorgangen krijgt, waardoor de wijken aan beide kanten van het spoor goed met elkaar verbonden worden. De gedeeltelijke overkapping van de A2 maakt dat de bestaande en de nieuwe stad naadloos op elkaar aansluiten. Ook is er groen licht voor de start van de bouw van een nieuwe brede verbinding over de A2 ter vervanging van het huidige krappe viaduct aan de Verlengde Vleutenseweg. Vanaf 2005 zal dit een aanzienlijke verbetering van de bereikbaarheid van Leidsche Rijn en Utrecht-West betekenen. Tot slot is een start gemaakt met de plannen voor de nieuwe Vleutensebrug. Deze brug over het Amsterdam-Rijnkanaal komt te liggen in het verlengde van het nieuwe viaduct over de A2 en vervangt de huidige brug.

Nieuw op www.leidscherijn.nl is een bereikbaarheidsspecial over deze en andere nieuw aan te leggen infrastructuur in het stadsdeel. Hierop kunnen bezoekers aan de hand van klikbare kaarten zien hoe de bereikbaarheid de komende jaren stap voor stap verbetert voor de auto, de fiets en het openbaar vervoer. Onder het motto ´Op weg naar een bereikbaar Leidsche Rijn´ zijn eveneens folders beschikbaar in het Informatiecentrum Leidsche Rijn en worden regelmatig Infobijeenkomsten georganiseerd om zo verkeersdeelnemers zo goed mogelijk op de hoogte houden van de ontwikkeling van de bereikbaarheid.

Betere doorstroming door breder viaduct
De gemeente Utrecht, Rijkswaterstaat en ProRail, investeren gezamenlijk EUR 17 miljoen in de nieuwe verbinding over de A2 ter vervanging van het huidige krappe viaduct in de Verlengde Vleutenseweg. De nieuwe verbinding is twee keer zo breed als het bestaande viaduct wat een aanzienlijke verbetering van de bereikbaarheid voor zowel het autoverkeer als het openbaar vervoer betekent. Ook komt er een vrijliggend fietspad. De gemeente start voor komende zomer met de werkzaamheden zodat de nieuwe verbinding begin 2005 in gebruik kan worden genomen.

De verbinding wordt een viaduct van vier rijstroken voor al het gemotoriseerde verkeer, inclusief openbaar vervoer. Het blijkt dat de doorstroming hierbij het meest gebaat is. De nieuwe verbinding is nodig omdat het huidige wegviaduct over de A2 moet verdwijnen om plaats te maken voor de uitbreiding van het spoor. Op deze plaats wordt niet alleen het spoor verdubbeld maar zal ook de A2 worden verlegd en verbreed. Het viaduct gaat niet alleen over de huidige A2 maar zal over enkele jaren ook over de tunnelbak van de dan verlegde en verbrede nieuwe A2 gaan. De verbinding is tijdelijk, pas als in 2010 alle werkzaamheden hiervoor achter de rug zijn, kan een nieuwe definitieve verbinding over de A2 worden gebouwd.

In 2007 worden de op- en afritten van de A2 verplaatst van de Vleutenseweg naar een nieuwe aansluiting bij Lage Weide/De Wetering. Na het gereed komen van deze aansluiting, zullen twee rijbanen van het nieuwe viaduct worden omgezet in vrije busbanen.

De drie partijen hebben reeds een intentieverklaring ondertekend waarin de afspraken over het ontwerp, de uitvoering en de financiering van het gezamenlijke project zijn vastgelegd. Deze verklaring is vandaag door het college van b en w bekrachtigd.

Nieuwe Vleutensebrug krijgt vrije busbanen
Na de Papendorpsebrug is de Vleutensebrug de tweede nieuwe brug die over het Amsterdam-Rijnkanaal komt tussen Leidsche Rijn en de westkant van Utrecht. De brug is in 2007 gereed en komt in plaats van de huidige brug, waarop geen plaats is voor vrije busbanen. De brug zal naast de huidige brug gebouwd worden, waardoor de overlast voor het verkeer beperkt blijft. Het college van b en w heeft ingestemd met het Integraal Programma van Eisen voor de Vleutensebrug. Hierop is inspraak mogelijk.

De nieuwe brug vormt een belangrijke verbinding voor het hoogwaardig openbaar vervoer, autoverkeer, voetgangers en fietsers van en naar Leidsche Rijn. Er komen twee rijbanen voor auto's en twee vrije busbanen. De fiets- en voetverbindingen die nu aan de noordzijde van de Vleutensebrug liggen komen in de nieuwe situatie aan de zuidzijde. Hierdoor ligt het fietspad niet meer, zoals nu het geval is, in de verdrukking tussen spoor en autowegen.

Aan de westzijde van het Amsterdam Rijnkanaal gaat de brug in eerste instantie aansluiten op de tijdelijk omgelegde Verlengde Vleutenseweg. De definitieve aansluiting is onderdeel van de ontwikkeling van de Noordelijke stadsas. De aansluiting aan de oostzijde wordt geregeld in het project Majellaknoop. Het is de bedoeling dat deze aansluiting gereed is als de brug klaar is, zodat er geen tijdelijke aansluiting nodig is.

Het is belangrijk dat de nieuwe brug tijdig opgeleverd wordt, dat wil zeggen uiterlijk eind 2007. De planning voor de brug hangt namelijk samen met het verbreden van de spoorbrug boven het Amsterdam Rijnkanaal in 2007. Hiervoor is de ruimte nodig van de te slopen Vleutensebrug.

De financiering is geregeld in de Bestuursovereenkomst Bereikbaarheidsoffensief Regio Utrecht van 13 juli 2001. Daarin is geregeld dat het Rijk het grootste deel van de kosten draagt en dat de gemeente de brug bouwt.

Zeventien onderdoorgangen in spoor Leidsche Rijn
In het nieuwe verdubbelde en verhoogde spoor door Leidsche Rijn komen in totaal 17 spoorwegonderdoorgangen. Dit is belangrijk voor het stadsdeel omdat hiermee de nieuwe woonwijken van Leidsche Rijn aan weerzijden van het spoor goed met elkaar verbonden worden. Elke onderdoorgang is gelijkvloers en breed van opzet, wat het gevoel van veiligheid in de tunnel bevordert. De 880 meter aan onderdoorgangen is mede mogelijk door een gemeentelijke bijdrage van Euro 39 miljoen aan de spoorverdubbeling door het gebied. In 2004 start ProRail met de verdubbeling van het spoor tussen Vleuten en Utrecht CS. Het spoor wordt omhoog gebracht en uitgebreid van twee naar vier sporen.

De bestaande onderdoorgangen en overwegen in Leidsche Rijn en Vleuten worden in de meeste gevallen vervangen door nieuwe onderdoorgangen. Zodra het spoor verdubbeld is - naar verwachting is het project in 2010 gereed - zijn ook de drie nieuwe stations op dit traject klaar voor gebruik. Het station in Vleuten wordt verplaatst in westelijke richting en er komt een station bij het nog te bouwen Leidsche Rijn Centrum (station 'Utrecht Leidsche Rijn') nabij de A2. Het derde station, 'Utrecht Terwijde' ligt precies daartussen in ter hoogte van de wijken Het Zand en Terwijde. Als de nieuwe stations klaar zijn, kunnen in het kader van Randstadspoor ook meer treinen op dit traject rijden. Vooruitlopend hierop opent eind 2003 het tijdelijke treinstation aan de Utrechtseweg: station Utrecht Terwijde.

Tijdens een bijeenkomst op 9 december 2002 ondertekenden gemeente Utrecht en ProRail al een samenwerkingsprotocol voor alle spoorprojecten binnen de gemeente Utrecht en de projectovereenkomst waarin de spooruitbreiding in Leidsche Rijn staat geregeld. Ook werd toen afgesproken dat het zand voor de ophoging van de nieuw te bouwen spoorbaan wordt geleverd vanuit de Haarrijnseplas. Het college van b en w van Utrecht moest toen nog wel akkoord gegaan met de financiële bijdrage vanuit de gemeente. Daar is nu toe besloten.

Overkapping en verbreding A2
In 2002 bereikten de regio Utrecht overeenstemming met het Rijk over de financiering van de overkapping van de A2 bij Leidsche Rijn Utrecht. Hiermee krijgt het stadsdeel een naadloze verbinding met de stad Utrecht. Het akkoord dat bereikt is betreft de zogenoemde Dodo (dicht-open-dicht-open) plus (met volledig overdekte parallelbanen). De geplande overkapping van de A2 over een lengte van 1650 meter ten behoeve van woningbouw in de directe omgeving is uniek in Nederland. Naar verwachting kan het weggedeelte in 2010 gereed zijn. Het college van b en w vraagt nu aan de gemeenteraad om akkoord te gaan met deze overeenkomst met het Rijk. Daarnaast wordt een tweede overeenkomst aan de gemeenteraad voorgelegd waarin gemeente, BRU en provincie hun gezamenlijke financiële aandeel in het project regelen.

Verder heeft het college van b en w ingestemd met het organiseren van de inspraak op het ´Voorontwerp Uitwerkingplan A2 De Wetering-zuid/spoorlijn´. Dit is een uitwerking van het bestemmingsplan Leidsche Rijn voor het gedeelte van de reconstructie van de A2 ten noorden van de spoorlijn Utrecht-Vleuten. Deze uitwerking is noodzakelijk om de start van de werkzaamheden van Rijkswaterstaat aan de A2 eind 2003/begin 2004 mogelijk te maken.

Het college van b en w heeft kennis genomen van een notitie waarin de milieugevolgen zijn onderzocht van de huidige plannen voor de reconstructie en verlegging van de A2. Eerder is in het kader van het tracébesluit een milieueffect rapportage (MER) gemaakt voor dit project. Sinds het tracébesluit heeft een nadere uitwerking van de plannen plaatsgevonden. In de milieunotitie is in aanvulling op die MER onderzocht wat de milieueffecten zijn van de aanpassingen van de plannen die het gevolg zijn van die uitwerking. De gegevens uit de notitie zullen worden betrokken bij de verschillende ruimtelijke procedures om de nieuwe A2 planologisch in te passen.

Noot voor de media:
Er is een kaart beschikbaar van de nieuwe spoorwegonderdoorgangen in Leidsche Rijn. Voor meer informatie of kaartmateriaal kunt u contact opnemen met Sylvia Borgman, Bestuurscommunicatie, telefoonnummer 030-286 10 55 of Jurjen van Keulen, afdeling communicatie Projectbureau Leidsche Rijn, 030-286 71 13.

Utrecht, 4 maart 2003.