Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij

Regeling vervoersbeperkingen pluimvee Gelderse Vallei 2003 dd. 01-03-2003 01:30

Correctie: vet en onderstreept

1 maart 2003

Toelichting voor de Staatscourant

Op 6 bedrijven in Scherpenzeel, Renswoude en Barneveld is er een ernstige verdenking op aanwezigheid van de aviaire influenza ontstaan. Het onderzoek volgens de officiële methodieken op aanwezigheid van aviaire influenza dient echter nog afgerond te worden. Teneinde elke risico te vermijden is in de Gelderse Vallei een gebied van circa 10 kilometer rond die bedrijven ingesteld, waarbinnen per direct de volgende maatregelen van kracht worden. Elk vervoer van pluimvee, gebruikt strooisel en pluimveemest en broed en consumptie-eieren vanuit, naar en binnen het gebied, waarvan de begrenzing is aangegeven in bijlage I bij onderhavige regeling, is verboden. Ook het verplaatsen van vervoermiddelen gebruikt of kennelijk bestemd voor het vervoer van deze dieren en producten is vanuit, naar en binnen het gebied niet toegestaan. Op grond van artikel 5 is de houder van pluimvee verplicht het pluimvee op te hokken danwel op te stallen. Ingevolge artikel 6 dient de eigenaar, houder of hoeder van pluimvee, er voor te zorgen dat de dieren hun verblijfplaats niet verlaten. In artikel 7 is voor de duidelijkheid bepaald dat de onderhavige regeling niet afdoet aan de beperkingen die gelden op grond van artikel 25 van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren. Op grond van die bepaling geldt voor verdacht verklaarde bedrijven dat geen enkel vervoer van dieren of dierlijke producten is toegestaan.

DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUURBEHEER
EN VISSERIJ,

DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUURBEHEER EN VISSERIJ,

Gelet op artikel 10, eerste lid, van Richtlijn nr. 90/425/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 26 juni 1990 inzake veterinaire en zoötechnische controles in het intracommunautaire handelsverkeer in bepaalde levende dieren en produkten in het vooruitzicht van de totstandbrenging van de interne markt (PbEG L 224); Gelet op de artikelen 17, 29, 30, eerste en vierde lid, en 31 van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren; BESLUIT:

Artikel 1

In deze regeling wordt verstaan onder:

* bijlage I: bijlage I bij deze regeling;

* gebied: in bijlage I aangewezen vervoersbeperkingsgebied;
* Minister: Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij;
* vervoermiddel: voertuig, waaronder mede begrepen een combinatie van een voertuig met één of meer door dat voertuig voortbewogen aanhangwagens, opleggers of containers. Artikel 2

Het is in een gebied verboden te handelen in strijd met de in bijlage I bij de onderscheiden aangewezen gebieden telkens van toepassing verklaarde artikelen of artikelonderdelen van deze regeling.

Artikel 3

* Het vervoer, met inbegrip van verplaatsing over de openbare weg zonder vervoermiddel, van
* pluimvee;

* gebruikt strooisel en pluimveemest en
* broed- en consumptie-eieren;

uit, naar of binnen het gebied, is verboden.

Artikel 4

Het is verboden vervoermiddelen, gebruikt of kennelijk bestemd voor het vervoer van:
* pluimvee;

* gebruikt strooisel en pluimveemest en

* broed- en consumptie-eieren;
te vervoeren uit, naar of binnen het gebied.

Artikel 5

De houder van pluimvee is verplicht het pluimvee op te sluiten.

Artikel 6

De eigenaar, houder of hoeder van pluimvee in het gebied draagt er zorg voor dat deze dieren hun verblijfplaats niet verlaten.

Artikel 7

Deze regeling laat de op grond van artikel 25 van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren geldende beperkingen onverlet.

Artikel 8

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling vervoersbeperkingen pluimvee Gelderse Vallei 2003.

Artikel 9

Deze regeling wordt aan de media bekendgemaakt en treedt op 1 maart 2003, om 1.30 uur in werking.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUURBEHEER
EN VISSERIJ,

Bijlage I (vervoersbeperkings-gebieden)

A Vervoersbeperkings-gebied

* De artikelen 1 tot en met 9 van de regeling zijn op dit gebied van toepassing.
* Het gebied is begrensd als volgt:

* Vanaf de kruising van de A28 en de Bunschoterweg (N806) de Bunschoterweg (N806) volgend in oostelijke richting overgaand in de Holkerweg (N806) tot aan de Van Middachtenstraat (N301).
* De Van Middachtenstraat (N301) volgend in oostzuidelijke richting overgaand in de Barneveldseweg (N301) tot aan de Oude Barneveldseweg.
* De Oude Barneveldseweg volgend in noordelijke richting tot aan de Beulekamperweg.
* De Beulekamperweg volgend in oostelijke richting overgaand in de Beulekampersteeg tot aan de Voorthuizerstraat (N303).
* De Voorthuizerstraat (N303) volgend in noordelijke richting tot aan de Garderenseweg (N797).
* De Garderenseweg (N797) volgend in oostzuidelijke richting overgaand in de Putterweg (N797) tot aan de Hogesteeg (N310).
* De Hogesteeg (N310) volgend in zuidelijke richting overgaand in de Provinciale weg (N310) overgaand in de Harderwijkerweg (N310) overgaand in de Dorpsstraat (N310) overgaand in de Otterloseweg (N310) overgaand in de Harskamperweg (N310) tot aan de Apeldoornseweg (N304).
* De Apeldoornseweg (N304) volgend in westzuidelijke richting overgaand in de Raadhuisstraat (Ede), overgaand in de Klinkenbergerweg, overgaand in de Edeseweg, overgaand in de Dorpsstraat, overgaand in de Bovenweg, overgaand in de Grintweg, tot aan de Mansholtlaan (Wageningen).
* De Mansholtlaan (Wageningen) volgend in zuidelijke richting tot aan de Ritzema Bosweg (N225).
* De Ritzema Bosweg (N225) volgend in westelijke richting overgaand in de Lawickse Allee (N225), overgaand in Nude (N225), overgaand in de Grebbeweg (N225), overgaand in de Herenstraat (N225), overgaand in de Utrechtsestraatweg (N225), overgaand in de Rijksstraatweg (N225), overgaand in de Elsterstraatweg (N225), overgaand in de Koningin Wilhelminaweg (N225), overgaand in de Rijksstraatweg (N225), overgaand in de Dorpsstraat (N225) tot aan de Amersfoortseweg (N227).
* De Amersfoortseweg (N227) volgend in noordelijke richting tot aan de A28.
* De A28 volgend in noordelijke richting tot aan de kruising van de A28 en de Bunschoterweg (N806).
DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUURBEHEER
EN VISSERIJ,