Gemeente Maastricht
Voorjaarsnota 2003: financieel moeilijke tijden breken aan Maastricht
blijft investeren in werk en sociale weerbaarheid
---
Maastricht staat de komende jaren voor een moeilijke opgave. De
teruggang in de economie en daarmee een verslechterd financieel
perspectief, dwingen de gemeente nu scherpe keuzes te maken en harde
bezuinigingsmaatregelen te nemen voor de toekomst. Uitgangspunt van
Maastricht daarbij is dat bezuinigen gebeurt op basis van visie.
Blijven investeren in werk en opkomen voor de meest kwetsbaren in de
samenleving staan daarbij centraal.
Aan de economische groei van de laatste jaren is een eind gekomen.
Voor het eerst sinds jaren kampt de rijksoverheid met grote tekorten.
Tekorten die ook zullen worden verhaald op lokale overheden, via een
lagere groei van de uitkeringen in het Gemeentefonds. Voor Maastricht
betekent het dat er in 2004 ruim 6 miljoen oplopend naar bijna 11
miljoen vanaf 2007 bezuinigd zal moeten worden. Voor deze
collegeperiode gaat het om een bedrag van totaal circa 33 miljoen. De
gemeente Maastricht kijkt hierbij vooruit op de uitkomsten van de nog
lopende kabinetsonderhandelingen en de grote ombuigingstaakstellingen
die in deze onderhandeling centraal staan.
Bezuinigen met visie
Bezuinigen betekent mogelijkerwijs dat afspraken uit het
coalitieakkoord niet volledig of onvoldoende realiseerbaar zijn. Voor
nieuw beleid is geen geld, het bestaande beleid zal op onderdelen
afgebouwd moeten worden. Ingrijpende beleidskeuzes zullen dan ook
moeten worden gemaakt en harde bezuinigingsmaatregelen moeten worden
genomen. Niet via een boekhoudkundige operatie, maar via een heldere
visie. Bij het maken van keuzes stelt de gemeente dan ook, mede op
basis van de actuele sociale visie, twee prioriteiten:
* Maastricht is er de afgelopen decennia in geslaagd een forse
werkgelegenheidsgroei te realiseren door zich te richten op
economische structuurversterking. Aangezien werk de belangrijkste
voorwaarde is voor sociale en maatschappelijke participatie zal de
gemeente dan ook blijven investeren in werk. Bijvoorbeeld via het
doorzetten van in gang gezette Publiek Private
Samenwerkingsverbanden (PPS-constructies) gericht op het
economische (her)ontwikkelen van delen van de stad, het doorzetten
van de gekozen aanpak in prioritaire wijken, een versnelling van
de woningbouwproductie en via het inzetten op scholingstrajecten
en gesubsidieerde arbeid.
* Aan de andere kant zal de gemeente blijven opkomen voor de meest
kwetsbare groepen in de samenleving. Binnen de grenzen en
mogelijkheden die de gemeente hiertoe heeft, betekent dit in elk
geval: het behouden van het huidige voorzieningenniveau WVG, het
doorzetten van de opvangvoorzieningen voor zwerfjongeren, het in
stand houden van bijzondere bijstand en
belastingkwijtscheldingsbeleid, het bieden van tijdelijke
noodopvang voor uitgeprocedeerde asielzoekers en het versterken en
optimaliseren van partnerships op sociaal gebied. De inzet is erop
gericht de essentiële onderdelen van deze voorzieningen in stand
te houden. Hierbij wordt niet uitgesloten dat op onderdelen
versobering aan de orde kan zijn, juist om de meest wezenlijke
onderdelen overeind te kunnen houden.
De genoemde thema's, investeren in werk en opkomen voor kwetsbare
groepen, komen nadrukkelijk als speerpunten naar voren in de Sociale
Visie.
Bezuinigingsmaatregelen
Om de ombuigingstaak van oplopend naar bijna 11 miljoen structureel te
kunnen volbrengen, gaat de gemeente een aantal maatregelen
onderzoeken. Besluitvorming over deze maatregelen vindt plaats in het
najaar, als onderdeel van de begroting 2004. Het gaat hierbij om de
volgende te onderzoeken maatregelen:
1. Rijkstaken zonder geld? Dan, nee tenzij. Toepassing van deze regel
betekent dat de gemeente gaat onderzoeken welke taken het rijk aan
de gemeente oplegt zonder voldoende geld. Waar dat aan de orde is,
bijvoorbeeld op het gebied van gezondheidszorg en Grote
Stedenbeleid, wordt de taak verminderd, tenzij dit ten koste gaat
van de meest kwetsbare groepen in Maastricht;
2. Schrappen in bestaande beleid: voor alle gemeentelijk
beleidstaken wordt onderzocht welke taken als eerste zouden moeten
afvallen indien het budget 10 procent lager zou zijn. Op die
manier kan er straks bij de Begroting 2004 gekozen worden welke
taken men wel en welke niet wil schrappen. Ook wordt gekeken of op
stapel staande maar nog niet gestarte projecten niet of later
zouden kunnen worden uitgevoerd. Bestaande afspraken en contracten
worden uiteraard nagekomen. De gemeente wil wat dat betreft een
betrouwbare partner zijn en blijven.
3. Verbetering efficiency: al in de begroting 2003 zijn afspraken
gemaakt om tot verbetering van de efficiency te komen oplopend tot
een bedrag van circa 4 miljoen jaarlijks. Hiermee samenhangende
maatregelen zullen versneld worden onderzocht en doorgevoerd. Het
gaat hierbij om te realiseren besparing op de overhead, het
slimmer organiseren van ook de primaire taken (bijvoorbeeld minder
regels), het terugdringen van externe inhuur en het efficiënter en
soberder inkopen. Ook versoberingen van de arbeidsvoorwaarden,
voor zover niet landelijk en wettelijk verplicht, worden hierbij
onderzocht;
4. Voor alle gemeentelijke prijzen en tarieven (variërend van de
stadsbieb tot bouwleges en van precariorechten tot Kumulus) wordt
onderzocht of en met welke gevolgen deze verhoogd kunnen worden.
Als basisscenario geldt een verhoging met 10 procent bovenop de
inflatie. Uiteraard kan er straks in de begroting 2004 gekozen
worden variërend van bijvoorbeeld het ene tarief alleen verhogen
voor de inflatie en het ander met 15 procent verhogen. De gemeente
zal bovendien extra inspanningen verrichten om nog meer subsidies
binnen te halen;
5. Gemeentelijke belastingen (met name Onroerende Zaakbelastingen
(OZB)): verhoging van de OZB is het allerlaatste middel, dat
alleen wordt ingezet indien alle hiervoor genoemde maatregelen
onvoldoende blijken op te leveren om tot een sluitende begroting
te komen. Een boventrendmatige verhoging van de OZB is, conform
het coalitieakkoord, vooralsnog alleen acceptabel als er ook
sprake is van een verhoging van het voorzieningenniveau aan de
burger.
Ook met de door de gemeente gesubsidieerde instellingen zal discussie
worden gevoerd over efficiency, taakvermindering en mogelijkheden om
de tarieven te verhogen.
De Voorjaarsnota wordt tijdens de Raadsvergadering van 22 april
besproken. Vervolgens zullen concrete bezuinigingsvoorstellen worden
uitgewerkt in de Begroting 2004.