Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Ambulancezorg in Nederland

De Voorzitter van de Tweede
Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA Den Haag

27 februari 2003

DBO-K-U-2351905

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Wilders (VVD) over de ambulancezorg in Nederland (2020306000).

De Minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,

mr. A.J. de Geus

Ambulancezorg in Nederland
1.
Ambulancezorg in Nederland

Antwoorden op kamervragen van het Kamerlid Wilders over de ambulancezorg in Nederland (2020306000)

1
Bent u bekend met het bericht `Ambulance vaak niet op tijd'?

1
Ja. Op dit moment zijn er nog te veel plekken in Nederland waar ambulances niet op tijd bij patiënten kunnen komen. Daarom heeft het RIVM in opdracht van het ministerie van VWS onderzoek uitgevoerd naar spreiding en beschikbaarheid van ambulancevervoer. Het RIVM- rapport "Ambulances binnen bereik" is gemaakt naar aanleiding van een eerder rapport van het RIVM "Niet zonder zorg". Dat rapport concludeerde namelijk dat de spreiding en be- schikbaarheid verbeterd konden worden.

2
Is het waar dat meer dan 1 miljoen mensen er niet op kunnen rekenen dat in geval van nood binnen een kwartier een ambulance ter plekke is?

2
Het onderzoeksrapport "Niet zonder zorg" van het RIVM, de IGZ en het CTG dat dit aan- toont, is in juni 2001 aan de Tweede Kamer aangeboden. Dit rapport beschrijft de kwaliteit en doelmatigheid in de ambulancezorg. Uit dit onderzoek bleek dat meer dan 1 miljoen men- sen buiten de 15 minutengrens van een ambulancepost wonen. Overigens betekent dit niet dat een ambulance dan ook altijd te laat komt; sommige regio's anticiperen op ritten met behulp van mobiele paraatheid.
Het RIVM-rapport "Niet zonder zorg" wijst met nadruk op het belang van RAV-vorming (Re- gionale Ambulance Voorziening). Indien bij het vaststellen van de standplaatsen de provin- cie- en regiogrenzen buiten beschouwing zouden worden gelaten, kan een betere beschik- baarheid van ambulances worden gerealiseerd. Het RIVM-rapport toont aan dat overschrij- dingen ofwel duiden op problemen met betrekking tot spreiding van standplaatsen ofwel op problemen met beschikbaarheid van ingezette ambulances. Ook de wijze waarop de ambu- lancezorg in regionaal verband is georganiseerd, is van invloed op de beschikbaarheid en aanrijtijden. Het inzetten van meer ambulances, zonder eerst de spreiding goed te regelen, biedt naar verwachting geen oplossing voor overschrijdingen.

3
Is het waar dat deze situatie het meest schrijnend en ernstig is in Midden-Limburg en West- Brabant? Vindt u dit acceptabel?

3
In het RIVM-rapport "Ambulances binnen bereik" is een urgentieladder van knelpuntgebieden opgenomen. Deze knelpuntgebieden zijn geordend naar absolute omvang van het aantal overschrijdingen. West-Brabant en Midden-Limburg staan inderdaad bovenaan op de urgen- tieladder en zijn op te vatten als knelpuntgebieden waar de meeste overschrijdingen in rela- tie tot spreiding voorkomen.
Met AmbulanceZorg Nederland, de Vereniging Nederlandse Gemeenten, Zorgverzekeraars Nederland en het InterProvinciaal Overleg heb ik over knelpunten in de ambulancezorg re- gelmatig bestuurlijk overleg. De aanpak van de knelpunten zal plaats vinden in het perspec- tief van het landelijk spreidings- en beschikbaarheidsplan.

2

4
Bent u bereid om, vooruitlopend op een definitieve structurele oplossing voor het gehele land, terstond maatregelen te nemen om de meest schrijnende situatie als het gaat om am- bulancezorg in Midden-Limburg en West-Brabant per direct te verbeteren?

4
Ik geef de voorkeur aan een structurele verbetering in de gehele ambulancezorg in Nederland in plaats van enkele gebieden eruit te lichten. Een structurele verbetering van de ambulance- zorg kan worden bereikt door een combinatie van maatregelen. Voor een betere spreiding zijn door het RIVM 2 scenario's uitgewerkt in het RIVM-onderzoek "Ambulances binnen be- reik". Het plan geeft verschillende scenario's die als basis dienen voor de verbetering van de ambulancezorg in Nederland. Op dit moment kan 89% van de burgers binnen de aanrijtijd van 15 minuten bereikt worden met gesloten regiogrenzen (1,7 miljoen dus niet). Met open grenzen is dit percentage 91,6%. Binnen de twee scenario's wordt aangegeven hoe dit per- centage kan worden verhoogd naar 95% danwel 97% van de Nederlanders.

Met het bestuur van Zorgverzekeraars Nederland (ZN), het bestuur van het Interprovinciaal Overleg (IPO), de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) en AmbulanceZorg Nederland (AZN) heb ik op 13 februari jl. bestuurlijk overleg gevoerd. Er is afgesproken dat scenario 2 (een optimale spreiding door middel van herplaatsing van standplaatsen en het bijplaatsen van nieuwe standplaatsen) zal worden getoetst in de regio's. De regionale uitwerking zal ertoe leiden dat er regionale verbeteringen worden doorgevoerd om te komen tot een defini- tief spreiding- en beschikbaarheidsplan.
Zoals reeds aangegeven zal de aanpak van de knelpunten in de ambulancezorg plaatsvinden in het perspectief van het landelijk spreiding- en beschikbaarheidsplan. Voor acute specifieke knelpunten bestaat de mogelijkheid om in overleg met de zorgverzekeraar en het College Tarieven Gezondheidszorg tot een oplossing te komen. Het CTG heeft hiervoor een aantal voorwaarden geformuleerd. Individuele verzoeken die aan de voorwaarden voldoen kunnen aan het CTG worden voorgelegd.