Provincie Limburg

Industrion gaat werken aan duidelijke missie en toekomstscenario (053)

Demissionair bestuur benoemt adviseur ing. G.H. Minkman tot interim-directeur

Het demissionair bestuur van Stichting Industrion heeft besloten, met instemming van Gedeputeerde Staten, de heer ing. G.H. Minkman voor een periode van maximaal tien maanden te benoemen tot interim-directeur. De benoeming kan worden gezien als een logisch vervolg op het advies dat Ger Minkman deze week heeft uitgebracht aan het college van GS.

Op verzoek van GS is in de afgelopen maanden een aantal knelpunten en ambities van het Industrion nader bekeken en van aanbevelingen voorzien. Op basis van het uitgebrachte advies constateert het college van GS verheugd dat het Industrion als een museum wordt gezien met voldoende potentie voor de toekomst en een grote educatieve waarde. "Het museum gaat werken aan een duidelijker missie en een toekomstscenario. Wij hebben er alle vertrouwen in dat er een goede basis wordt gelegd voor de toekomst. Het interim bestuur en de interim-directeur hebben hierin een eigen verantwoordelijkheid. Als Provincie investeren wij in een relatie op hoofdlijnen", aldus gedeputeerde Martin Eurlings.

Depot en Cyber Village
Wat betreft de depotproblematiek wordt geadviseerd om een nieuw depot te realiseren. Dit voorstel wordt ingebracht in de onderhandelingen rond het Basisakkoord na de verkiezingen van Provinciale Staten. Dat het Cyber Center en Cyber Club geïntegreerd moeten worden in het bestaande museale concept onderschrijven Gedeputeerde Staten, zeker in relatie tot de conclusie dat Cyber Village geen museale activiteit moet zijn. Cyber Village wordt gezien als een educatief-toeristische onderneming, waarin het museum met zijn expertise als partner deelneemt.

Interimperiode
Voor de duur van maximaal tien maanden wordt nu Ger Minkman benoemd als interim-directeur. Hij krijgt als taak knelpunten op te lossen en samen met aan te stellen interim-bestuur een directeur-bestuurder en een Raad van Toezicht te werven. Het demissionaire bestuur is voornemens aan GS voor te stellen om een nieuw interim-bestuur, bestaande uit drie personen te benoemen.
Gedeputeerde Staten benadrukken dat de personele en organisatorisch aspecten een verantwoordelijkheid zijn van het (interim-)bestuur. In deze verantwoordelijkheid wil de Provincie niet treden. Wel spreekt het college van GS het volste vertrouwen uit dat er nu een goede basis is gelegd voor de toekomst van het Industrion. Een toekomst die overigens altijd los heeft gestaan van een mogelijke rijksstatus.

Ger Minkman (67, Meerssen) is, na een actieve loopbaan in het bedrijfsleven (als laatste algemeen directeur van Koninklijke Eijsbouts in Asten) vooral werkzaam geweest in de museale wereld. Zo was hij drie jaar zakelijk directeur van het Bonnefantenmuseum en ruim een jaar interim-directeur van het Provinciaal Drents Museum te Assen.
---

BIJLAGE:
Openbare samenvatting / belangrijkste conclusies uit eindrapportage 'Industrion op weg naar een gezonde toekomst' d.d. 17 februari 2003 van de heer Ger Minkman, uitgebracht aan Gedeputeerde Staten.

Algemeen

* Industrion is een succesvol museum met voldoende potentie voor de toekomst en bevredigende bezoekersaantallen mede gezien de ligging. De educatieve waarde is groot. Een duidelijker missie en toekomstscenario dienen in het te maken lange termijn bedrijfsplan te worden opgenomen, waaraan activiteiten kunnen worden ontleend en getoetst;

* de vaste presentatie dient gerevitaliseerd te worden, terwijl een spraakmakender tentoonstellingsprogramma moet worden gerealiseerd om herhalingsbezoek te stimuleren. In de vaste opstelling dienen de draaiende onderdelen, ondanks de daaraan verbonden kosten, te worden gehandhaafd omdat met name dit aspect tot hoge waardering van de bezoekers leidt;

* Cyber Center en Cyber Club dienen te worden geïntegreerd in het bestaande museale concept;

* Cyber Village dient niet als een museale onderneming te worden gezien, maar als een educatief-toeristische entiteit, waaraan Industrion met zijn expertise deelneemt als partner;
* veel meer dan voorheen dient gezocht te worden naar samenwerking en verankering in de samenleving. Dat dient duidelijker in het bedrijfsplan 2004-2007 te worden opgenomen;
* de relatie met de subsidiegever en de omgeving dient sterk te worden verbeterd. De naar binnen gerichte attitude dient te worden omgebogen. De Provincie dient in de toekomst meer vertrouwen uit te stralen en zich te beperken tot toetsen op hoofdpunten.

Depot

* De depotproblematiek kan worden opgelost door ruim 3 miljoen te investeren in een nieuw te bouwen depot van geringere omvang dan op dit moment wordt gehuurd. Het depot zou moeten grenzen aan het huidige museumgebouw;

* een intercollegiale consultatie bevestigt de opvatting van de visitatiecommissie dat een forse ontzameling moet plaatsvinden. Daarvoor zal het collectiebeleid herzien moeten worden. Ook de achterstand in registratie dient te worden aangepakt.

Organisatiestructuur

* Het interim-bestuur dient naast een directeur-bestuurder een Raad van Toezicht te werven, conform de constructie van de ex Rijksmusea;

* een kleine wijziging van de organisatiestructuur is noodzakelijk, maar vooral een goed werkend intern en extern communicatieplan;
* het management moet worden versterkt. Na een periode van interim-management kan een directeur-bestuurder worden aangetrokken.

Financiële en personele consequenties

* De begroting 2003 is sluitend gekregen door inzet van het restant eigen vermogen en restitutie door de Provincie van de samenwerkingskorting over 2001 en 2002 (een equivalent van 3 ftes);

* de eigen inkomsten dienen te worden vergroot;
* de benodigde personeelsbezetting met bijbehorende competenties voor het tweede echelon is door tijdsgebrek nog onvoldoende bestudeerd. Dit is een taak voor de interim-directeur. Het ontbreken van ICT-kennis zal moeten worden aangepakt;
* vooralsnog wordt geen personeelsuitbreiding voorzien;
* de Provincie wordt in overweging gegeven om geoormerkte aankoopbudgetten ter beschikking te stellen, eigen inkomsten als weerstandsvermogen te laten reserveren en de gebouwkosten geheel bij de eigenaar de Provincie Limburg te laten, conform de adviezen van de visitatiecommissie.

Reactie Provincie:

* De Provincie is verheugd dat het Industrion als een museum met voldoende potentie voor de toekomst en een grote educatieve waarde wordt gezien. De Provincie heeft er alle vertrouwen in dat in dit kader een goede basis wordt gelegd voor de toekomst;
* het museum gaat werken aan een duidelijke missie en toekomstscenario;

* de Provincie onderschrijft dat Cyber Center en Cyber Club geïntegreerd worden in het bestaande museale concept en dat Cyber Village niet een museale onderneming, maar een afzonderlijke educatief-toeristische entiteit is;

* de Provincie heeft in 1999 een beleid ingezet, gericht op een relatie met de provinciale musea op hoofdlijnen. De personele en organisatorische aspecten zijn een verantwoordelijkheid van het bestuur;

* het voorstel om een nieuw depot te realiseren, wordt ingebracht in de besprekingen rond het Basisakkoord;

* de financiële aspecten van een en ander moeten nog verder worden uitgewerk. Ons college wacht hiervoor de voorstellen van het bestuur af, zodat ze integraal bezien kunnen worden en zo nodig ook in de besprekingen met betrekking tot het Basisakkoord ingebracht kunnen worden.

26-2-2003 11:30