CBS
Opnieuw minder koeien en varkens
Het afgelopen jaar is zowel het aantal runderen als het aantal varkens licht afgenomen met respectievelijk 2 en 3 procent. Aan het eind van het jaar 2002 waren er 3,8 miljoen runderen en 11,2 miljoen varkens in Nederland. De gestage afname van het aantal runderen zorgt ervoor dat er nu evenveel runderen zijn als 37 jaar geleden. Bij de varkens is de afname de laatste paar jaar schoksgewijs verlopen. Uit de CBS-cijfers blijkt dat er 18 jaar geleden ook 11,2 miljoen varkens waren.
Minder runderen
Eind 2002 waren er nog 3,8 miljoen runderen. Dit is 2 procent minder dan een jaar eerder. Hiermee zijn er 61 duizend minder runderen. Ook het jaar ervoor verminderde de rundveestapel met ongeveer 60 duizend dieren. De omvang van de rundveestapel daalt gestaag. Vanaf 1991 neemt de stapel jaarlijks met ongeveer 2 procent af.
Het niveau van 3,8 miljoen dieren werd ook in 1965 bereikt. Daarna nam de rundveestapel toe tot 5,4 miljoen in 1984. Opvallend is het verschil in het aantal melk- en kalfkoeien. In 1965 waren er 1,7 miljoen melk- en kalfkoeien en nu zijn er nog 1,5 miljoen. Dit verschil hangt samen met de invoering van het melkquoteringssysteem in 1984 in combinatie met de steeds grotere melkgift per melkkoe. Tussen 1984 en 1988 daalde het aantal runderen jaarlijks met gemiddeld 4 procent, terwijl het aantal melk- en kalfkoeien in deze periode jaarlijks met 6 procent daalde.
In het afgelopen jaar is het aantal melk- en kalfkoeien gelijk gebleven. Het aantal dieren bestemd voor de fokkerij is met 2 procent licht afgenomen. Het aantal stuks vleesvee is met 3 procent gedaald. Opvallend daarbij is de sterke afname van het aantal vleesstieren (-21 procent) en de toename van het aantal vleeskalveren (+2 procent).
Ook minder varkens
In december 2002 waren er 11,2 miljoen varkens. Dit is ruim 360 duizend minder dan een jaar eerder. Hiermee is de varkensstapel met 3 procent gedaald. In het jaar ervoor was er sprake van een forsere daling (-10 procent). Mede onder invloed van varkenspest en opkoopregelingen fluctueert de laatste jaren de omvang van de varkensstapel nogal. In 1984 waren er evenveel varkens als eind 2002. In de periode 1984-1997 breidde de stapel zich uit. Daarna zette een daling in. In 1984 maakten fokvarkens 12 procent van het totaal uit. Nu, bij een krimpende varkensstapel, is dit nog 10 procent.
In het afgelopen jaar is het aantal fokvarkens met 2 procent licht afgenomen. Het aantal gedekte zeugen is vrijwel gelijk gebleven. Op basis hiervan zal op korte termijn de omvang van de varkensstapel niet sterk veranderen.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de persdienst van het CBS. Tel. (070) 337 58 16 Fax (070) 337 59 71 E-mail: persdienst@cbs.nl
PB03-034
20 februari 2003
9.30 uur
Centraal Bureau voor de Statistiek
Persbericht