CBS
Werkloosheid stijgt verder
De werkloosheid is de afgelopen maanden verder gestegen. In de periode november 2002-januari 2003 waren gemiddeld 321 duizend mensen werkloos; 73 duizend meer dan een jaar eerder. De werkloosheid liep daarmee in een jaar tijd op van 3,4 tot 4,3 procent van de beroepsbevolking. Vooral de werkloosheid onder mannen nam sterk toe. De cijfers over de werkzame beroepsbevolking laten een verdere afname van de groei van de werkgelegenheid zien.
Het CBS publiceert vandaag voor de eerste keer driemaandsgemiddelden over de werkloze en werkzame beroepsbevolking. Cijfers hierover waren tot nu toe alleen over een heel jaar beschikbaar. Het maandelijkse persbericht over de werkzame en werkloze beroepsbevolking komt in de plaats van het persbericht over de geregistreerde werkloosheid.
Stijgende tendens werkloosheid vooral zichtbaar bij mannen Het aantal werklozen kwam in de periode november-januari gemiddeld uit op 321 duizend. Dat zijn er 73 duizend meer dan een jaar eerder. De stijging van de werkloosheid doet zich vooral voor bij mannen. Dit komt doordat het aantal werkzame mannen daalt. Het aantal werkzame vrouwen neemt daarentegen nog toe, waardoor de werkloosheid bij vrouwen minder snel stijgt. Het aantal werkloze mannen is 63 duizend hoger dan een jaar geleden. Vooral mannen tussen de 25 en 44 jaar blijken te worden getroffen door werkloosheid. In deze groep steeg het aantal werklozen met bijna 40 duizend. Dat is bijna een verdubbeling in een jaar tijd.
Vijfduizend nieuwe werklozen per maand
Door seizoensinvloeden is de werkloosheid in de periode november-januari altijd lager. Na verwijdering van deze invloeden komt het werkloosheidscijfer uit op 330 duizend. Gemiddeld nam de werkloosheid het afgelopen halfjaar met 5 duizend mensen per maand toe.
Geregistreerde werkloosheid hoger
Ook de geregistreerde werkloosheid is het afgelopen jaar sterk toegenomen. In de periode november 2002-januari 2003 lag dit cijfer gemiddeld op 196 duizend; 50 duizend hoger dan een jaar eerder.
Het aantal mensen dat tot de werkloze beroepsbevolking behoort is groter dan
het aantal geregistreerde werklozen. Dit verschil komt doordat veel mensen die werk op de arbeidsmarkt zoeken zich niet laten inschrijven bij een Centrum voor Werk en Inkomen (voorheen arbeidsbureau).
Groei werkgelegenheid loopt terug
In de periode november-januari is het aantal werkenden met een baan van twaalf uur of meer per week 54 duizend hoger dan een jaar eerder. Gemiddeld groeide de werkgelegenheid in 2002 nog met 76 duizend en in 2001 zelfs met 146 duizend mensen. De groei van de werkgelegenheid loopt dus terug.
Vergeleken met een jaar eerder nam het aantal werkende vrouwen in de periode november-januari met 2,9 procent toe, terwijl het aantal werkende mannen met 0,6 procent daalde. Per saldo resulteert een stijging van de werkgelegenheid van 0,8 procent.
Technische toelichting
Begrippen
De werkzame beroepsbevolking bestaat uit mensen van 15-64 jaar die betaald werk hebben van twaalf uur of meer per week.
De werkloze beroepsbevolking bestaat uit mensen van 15-64 jaar die zoeken naar een baan van twaalf uur of meer per week, daarvoor beschikbaar zijn en geen werk hebben of een baan van minder dan twaalf uur per week. Zoeken betekent dat men activiteiten ondernomen heeft om een betaalde baan te vinden. Voor zover deze mensen staan ingeschreven bij een Centrum voor Werk en Inkomen (CWI) behoren ze tevens tot de geregistreerde werklozen. Daartoe behoren eveneens ingeschreven mensen die wel beschikbaar zijn maar niet naar werk zoeken.
De werkloze beroepsbevolking komt hoger uit dan de geregistreerde werkloosheid. Dat komt vooral doordat mensen die werk zoeken maar niet ingeschreven staan bij een Centrum voor Werk en Inkomen (voorheen arbeidsbureau) ook meetellen. Een belangrijke categorie wordt gevormd door herintredende vrouwen die zich veelal niet laten inschrijven. In 2002 telde de werkloze beroepsbevolking ruim 130 duizend mensen meer dan de geregistreerde werkloosheid.
Naast de cijfers over de werkloze beroepsbevolking en de geregistreerde werkloosheid publiceert het CBS een breder scala van indicatoren van het onbenut arbeidsaanbod. Een bredere afbakening dan de werkloze beroepsbevolking is alle mensen die niet of minder dan twaalf uur werken en betaald werk voor twaalf uur of meer zouden willen hebben (ongeacht of men direct in staat is om te werken, op zoek is naar werk, enzovoorts). Een andere indicatie van het arbeidspotentieel is het aantal mensen met een bijstands- of ww-uitkering.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de persdienst van het CBS. Tel. (070) 337 58 16 Fax (070) 337 59 71 E-mail: persdienst@cbs.nl
PB03-033
19 februari 2003
9.30 uur
Centraal Bureau voor de Statistiek
Persbericht