DE VLINDERSTICHTING
Grote vuurvlinder dupe van bezuinigingen op natuurbeleid
Om de grote vuurvlinder voor uitsterven te behoeden is het
noodzakelijk een groter aaneengesloten leefgebied te creëren. Doordat
het kabinet de aankoop van terreinen voor de EHS heeft stopgezet, kan
dit nu niet worden gerealiseerd. De Raad voor het Landelijk Gebied
heeft vandaag een advies over de bezuinigingen op het natuurbeleid
aangeboden aan de Tweede Kamer. Hierin wordt de grote vuurvlinder
terecht genoemd als een van de bedreigde soorten van de Rode Lijst die
door de aankoopstop en het ontbreken van beheermaatregelen een
relatief hoog risico lopen om verder achteruit te gaan of zelfs uit te
sterven.
In 2002 is veel onderzoek gedaan naar een van onze meest bedreigde
dagvlinders, de unieke Nederlandse ondersoort Batava van de grote
vuurvlinder. De aantallen vlinders in de overgebleven leefgebieden (de
Rottige Meenthe in Friesland, en de Weerribben en de Wieden in
Overijssel) zijn nog steeds verontrustend klein: in de Rottige Meenthe
werden slechts 33 rupsen van deze vlinder aangetroffen.
Zowel in Friesland als in Overijssel is er bij de beheerders al veel
aandacht voor de grote vuurvlinder. Enkele belangrijke punten zijn:
- geen gebruik van bestrijdingsmiddelen en geen grootschalige
brandactiviteiten in het leefgebied van de grote vuurvlinder;
- een goede regulering van de waterstanden. Bij een te hoge waterstand
zullen de rupsen verdrinken als zij zich naar een nieuw blad van de
voedselplant waterzuring verplaatsen;
- bij het maaibeheer moet rekening worden gehouden met de levenscyclus
van de vlinder, door het gebied niet in één keer maar in fasen te
maaien.
Bovengenoemde maatregelen zullen even soelaas bieden maar niet
voldoende zijn om de vlinder op de lange termijn te behouden. Daarvoor
moet nieuw leefgebied worden gecreëerd. In Friesland zijn er
mogelijkheden in de Brandemeer en de Lindevallei; in Overijssel in de
Wieden.
In opdracht van de rijksoverheid houdt De Vlinderstichting de stand
van de Nederlandse vlindersoorten bij in het Landelijk Meetnet
Dagvlinders (NEM). Ook de financiële bijdrage van het Ministerie van
Landbouw, Natuur en Visserij aan dit meetnet is voor de komende jaren
onzeker, waardoor het onmogelijk zal worden om inzicht te blijven
houden in de vlinderstand.
Alle bezuinigingen op het natuurbeleid en -beheer doen vrezen dat
ondanks de inspanningen deze unieke ondersoort van de grote
vuurvlinder wereldwijd zal verdwijnen.
---