'Overheid moet betrouwbaarheid en betrokkenheid bij problemen in tuinbouwsector tonen'
De Eerste Kamer heeft dinsdag 28 januari jl. de voorgestelde Wijziging van de Bestrijdingsmiddelenwet goedgekeurd. Senator Jos van Gennip vroeg tijdens zijn bijdrage aan de plenaire behandeling van de wet aandacht voor de knelpuntenlijst van de tuinbouwsector, die de bestrijding van ernstige ziektes en plagen bij bepaalde teelten belemmeren. "Hoe wil de regering daarmee omgaan?
De tuinbouwsector met name krijgt te maken met een strengere aanpak, controle en strafverzwaring. (...) Wetshandhaving ja; gehoorzaamheid aan de wet, ja. Maar van de overheid mag dan ook gevraagd worden betrouwbaarheid en ook een beetje betrokkenheid bij de soms zware overlevingsproblematiek in de sector, niet door een rekkelijk beleid, door gedogen, maar door mee te werken aan adequate oplossingen voor de echte knelpunten."
Uitgangspunt voor het toestaan van uitbreiding van het aantal bestrijdingsmiddelen in de landbouw dient de landbouwkundige onmisbaarheid te zijn. "De regering werkt dat nader uit in de criteria van ernstige teeltgevolgen en de afwezigheid van een alternatief. Dat moet worden afgezet tegen de schadelijkheid van de zogenoemde werkzame stoffen", aldus Van Gennip. Hij vroeg zich af waar de grenzen van die afweging liggen. Temeer daar in de Tweede Kamer bij de behandeling van het onderwerp "een wat warrig debat over meerkosten van de kwaliteit van het drinkwater" ten gevolge van de verruiming van het aantal bestrijdingsmiddelen was ontstaan. Overigens was Jos van Gennip vol lof over de voortvarendheid en de praktische instelling waarmee minister Veerman en staatssecretaris Van Geel de teelt voor dit seizoen hebben veiliggesteld.