OM bekijkt aangiften tegen Hirsi Ali
---
Het Openbaar Ministerie (OM) in Amsterdam verzamelt de aangiften die
binnenkomen tegen aankomend Tweede-Kamerlid Hirsi Ali (VVD). Daarna wordt
bekeken of een strafrechtelijk onderzoek moet worden ingesteld. De aangiften
zijn gericht tegen de uitspraken die Hirsi Ali deed in de zaterdageditie van
het dagblad Trouw.
Op het Amsterdamse parket van het Openbaar Ministerie is het Landelijk
Expertisecentrum voor discriminatie gevestigd. De officier van justitie die
hieraan is verbonden heeft zijn collega's gevraagd eventuele aangiftes naar
Amsterdam te sturen zodat daar bekeken kan worden of nader onderzoek nodig
is.
Het aanstaande kamerlid zei zaterdag in het dagblad Trouw dat zij de profeet
Mohammed naar westerse maatstaven ziet als een ,,perverse man'' en een
,,tiran''. Enkele islamitische organisaties zeiden in het weekeinde deze
uitspraken lasterlijk te vinden.
Vorig jaar heeft justitie enkele keren omstreden uitspraken van
verschillende imams onderzocht.
In december maakte het OM bekend dat geen strafvervolging werd ingesteld
tegen de islamitische geestelijken (imams) van de moskeeën in Amsterdam, Den
Haag, Rotterdam en Tilburg wegens de uitspraken die in juni van dit jaar
door de actualiteitenrubriek Nova werden uitgezonden.
De betrokken officieren van justitie concludeerden onder meer op grond van
de geldende jurisprudentie dat de kans op een succesvolle vervolging
bijzonder klein was.
Uit eerdere zaken bleek dat dit soort uitlatingen van geestelijken naar alle
waarschijnlijkheid door een rechter niet als strafbaar geoordeeld zouden
worden. Daarmee volgden de officieren het oordeel van het Landelijk
Expertisecentrum Discriminatie (LECD) in Amsterdam, dat ook nu is
ingeschakeld.
Het Openbaar Ministerie stelde in juni van dit jaar een onderzoek in naar de
uitlatingen van de vijf islamitische geestelijken naar aanleiding van twee
uitzendingen van het actualiteitenprogramma Nova. Daarin werden beeld- en
geluidsfragmenten van gebedsdiensten vertoond die met behulp van een
verborgen camera en geluidsapparatuur waren opgenomen.
Maatschappelijk debat podium bij uitstek
De uitspraken van de vijf imams leidden tot een breed maatschappelijk debat
over de positie en de achtergronden van de islamitische geestelijken en over
de wenselijkheid en de beoordeling van hun uitspraken. Minister Van Boxtel
voor Grote Steden- en Integratiebeleid vroeg de burgemeester van de
betrokken gemeenten adequate actie vanuit de gemeentebesturen te ondernemen.
Ook binnen de islamitische gemeenschap kwam een debat op gang over de
kwestie.
Dit brede maatschappelijke debat is volgens het Openbaar Ministerie (OM) ook
het podium bij uitstek voor een beoordeling van de gewraakte uitspraken. Het
strafrecht zou pas ingezet moeten worden als andere middelen uitgeput zijn
en bij excessen.