20 januari 2003 Nieuwjaarsspeech voorzitter NVB, Dhr Lindenbergh
Toespraak van de Voorzitter van de NVB, de heer Ir J.H.M. Lindenbergh,
ter gelegenheid van de ontvangst op 17 januari 2003 in de Nieuwe Kerk
te Amsterdam.
Excellenties, Dames en Heren,
Rijkdom en macht zijn begrippen die onlosmakelijk zijn verbonden met
de Stroganoffs. Zij waren onbetwist de belangrijkste financiële
machthebbers ten tijde van de tsaren. Hun vlucht uit Rusland met
achterlating van al hun bezittingen maakt echter ook duidelijk dat
rijkdom en macht vergankelijk zijn.
Ofwel, zekerheid bestaat niet. Als het vertrouwen wegvalt vallen
systemen uit elkaar. 400 jaar geleden jaar vond in Nederland de eerste
aandelenemissie ter wereld plaats, maar reeds kort daarna drong het
besef door dat een tulpenbol toch maar een tulpenbol is.
Dames en heren, welkom in de Nieuwe Kerk, de vaste plek voor de
jaarlijkse ontvangst van de NVB. Natuurlijk bent u vandaag hierheen
gekomen omdat u de NVB een warm hart toedraagt. Toch ben ik er niet
helemaal zeker van of ik u in zo groten getale had mogen ontvangen als
er een tentoonstelling over tulpenbollen was geweest in plaats van de
kroonjuwelen van de Stroganoffs.
U bent natuurlijk niet gekomen om een stichtelijk verhaal over de
relativiteit van rijkdom en macht aan te horen. Toch wil ik er iets
over zeggen. Er loopt namelijk een rode draad van de tulpenbol, via de
vlucht van de Stroganoffs in 1917 naar het heden. De rode draad van
het vertrouwen in de heersende machten, of die nu van politieke of van
economische aard zijn. In Rusland is er bij de bevolking eigenlijk
altijd sprake geweest van wantrouwen jegens de heersers of dat nu
tsaren of sovjetleiders waren. Zij kwamen aan hun eind toen het
vertrouwen echt verdwenen was. Ook recent zijn wij geconfronteerd met
de gevolgen van afgenomen vertrouwen in systemen. Wat dat betreft is
de stap van 1917 naar 1989 en vervolgens naar het heden niet zo groot.
Voortdurende economische groei, lage inflatie, het leek mogelijk. Leek, want in 2001 bleek ook die nieuwe economie omlaag te kunnen gaan in plaats van alleen maar omhoog. Niets nieuws dus: u herinnert zich de tulpenbollen. Toen volgde de schok van 11 september en volgde in december, met Enron, de intro van de boekhoudschandalen in de Verenigde Staten die de hebzucht van financiële marktsectoren, accountants en managers aan het licht brachten. In 2002 sloop de beurskrach mede daardoor voort, de koersen daalden verder met liefst ruim 30%. Het vertrouwen in de werking en toezichtstructuur van de grootste financiële markt in de wereld, was diep geschokt.
Betekent dat nu dat de fundamenten onder ons economische en
financiële systeem zijn weggeslagen? Nee. Het vertrouwen op
onderdelen ervan is weliswaar aangetast, maar onze systemen zijn
evenwichtig genoeg gebleken om niet echt uit balans te raken, zelfs
niet door de tegenslagen van de afgelopen tijd. De zware wissel die
getrokken is op de soliditeit van onze financiële instellingen heeft
slechts tot een lagere winstgevendheid geleid en de aangetaste
solvabiliteit is inmiddels weer belangrijk hersteld. De Nederlandse
financiële instellingen waren en zijn solide. Zij hebben het in hen
gestelde vertrouwen niet geschonden. En omdat vertrouwen in het
financiële systeem dé voorwaarde is voor economisch herstel is dat
goed nieuws.
Er was in 2002 meer goed nieuws. Weet u het nog, een jaar geleden? De
introductie van de Euro is in Nederland het snelst en soepelst
verlopen. Dat kwam door de uitgebreide voorbereiding en omdat Ã'in
tegenstelling tot andere landen- veel mensen hun guldens bij de
bankkantoren omwisselden. Uit onderzoek is gebleken dat het publiek de
rol van de banken bij de invoering van de euro hoog waardeerde.
Er was het afgelopen jaar veel kritiek op de banken over de
bereikbaarheid in kleinere woonkernen. Deze problematiek is een breed
maatschappelijk verschijnsel. In tegenstelling tot andere sectoren én
de overheid, waarop deze kritiek ook van toepassing is, reageerden de
banken wél; niet alleen met gezamenlijke initiatieven maar ook met
individuele toezeggingen tot in totaal een uitbreiding met 2.000
kleinere servicepunten.
Naast de bereikbaarheid/beschikbaarheid is ook de toegankelijkheid van
bankdiensten een onderwerp dat grote aandacht heeft gekregen. Met
organisaties van ouderen en mensen met een functiebeperking is een
structureel overleg opgezet en worden naar wederzijdse tevredenheid
afspraken gemaakt. Een nieuw gestandaardiseerd en duidelijk
toetsenbord voor geldautomaten is daar een voorbeeld van.
Goed nieuws is dat in het begin van dit jaar alles zal zijn voltooid
wat tussen de banken en de Joodse organisaties in 2000 is afgesproken
ter completering van het naoorlogse rechtsherstel. Naast intensieve
naspeuringen die onder meer geleid hebben tot ruim 3.000 rekeningen
met niet opgevraagde tegoeden, is alle schade van niet opgevraagde
tegoeden, van opengeboorde kluisjes, van slechts voor 90 % vergoede
effectenportefeuilles en dergelijke volledig in guldens van 2000
vergoed. Voor zover de rechthebbenden niet meer te traceren waren,
komen deze gelden ten goede aan joodse goede doelen. Van de zijde van
de financiële instellingen waren slechts enkelen direct bij de
onderhandelingen betrokken. Verheugend is het dat vrijwel alle andere
instellingen, hoewel formeel niet daartoe verplicht, hun bijdrage
leverden. Teleurstellend is dat naast een enkele effecteninstelling de
hoeklieden slechts een fractie van hun aandeel hebben willen
bijdragen. Zou de stijging van de toezichtkosten hier iets mee te
maken hebben gehad?
Dames en heren, ik kom graag terug op het onderwerp vertrouwen. Een
van de redenen dat het vertrouwen in de soliditeit van het bankwezen
bewaard is gebleven, is dat wij in Nederland een kwalitatief
hoogstaand toezicht kennen. De banken zijn blij met toezicht van hoge
kwaliteit en gestrengheid. Minder blij zijn wij met een aantal
ontwikkelingen op toezichtgebied. De groei van de gezamenlijke
toezichthouders lijkt door te schieten. Sectoraal onderscheid bij
toezicht blijft belangrijk voor grensoverschrijdende coördinatie en
uniformering. Ook na de kanteling van het toezicht met een
afzonderlijk gedrags- en prudentieel toezicht. De nieuwe structuur
vereist ook een nieuwe en betere afstemming om overlap te vermijden.
Niet zozeer een verdere groei en invoering van meer wet- en
regelgeving over zaken waarop in detail en in den brede toezicht wordt
gehouden, doch een efficiënte, effectieve en op risicoÃ's gebaseerde
inzet van toezichtinstrumenten is in ieders belang. Daarmee zou beter
toezicht mogelijk zijn zonder verdere groei van de kosten ervan. Die
kosten stegen de afgelopen jaren zeer sterk Ã' bij de Autoriteit
Financiële Markten is zelfs sprake van bijna een verdubbeling Ã' en
belopen nu in de orde van grootte van Euro 120 miljoen. En nog staat
niet eenduidig vast dat daarmee het plafond is bereikt.
Niet alleen de banken maken zich zorgen over deze ontwikkeling. Ook in
de nieuwjaarstoespraak van Van der Moolen werd de zorg over deze
groeiende kosten geuit.
Financiële lasten kosten geld, maar administratieve lasten zijn
lasten in meerdere opzichten. De banken zijn voorstander van nieuwe
wet- en regelgeving, als die reële problemen adresseert en
daadwerkelijk bijdraagt aan een effectieve en efficiënte oplossing
daarvan. Maar wij zijn benauwd voor de ongebreidelde groei die op veel
terreinen de laatste jaren heeft plaatsgevonden. De kwantiteit lijkt
het te gaan winnen van de kwaliteit, en dat kan niet de bedoeling
zijn.
Zo hebben de banken na 11 september direct en met inzet van alle
middelen hun medewerking verleend aan de gerichte zoekactie naar
verdachte tegoeden en transacties van terroristen en hun organisaties.
Door overheden en internationale organisaties wordt nu echter over het
bankwezen een net van regels en voorschriften gesponnen dat met het
gericht zoeken of wegnemen van risicoÃ's weinig meer van doen heeft. Ik
noem u ter illustratie één voorbeeld: de zogenaamde Wire 7 bepaling
die banken zal gaan verplichten om bij alle grensoverschrijdende
betalingen de naam, adres en rekeninggegevens van de opdrachtgever aan
de hand van lijsten van verdachte personen te controleren. Omdat
iedere bank zijn eigen klanten controleert kan die controle bij iedere
betaling achterwege blijven. Ingeval van een concrete verdenking zijn
de gewenste gegevens snel genoeg te achterhalen en is deze zeer
kostbare en buitenproportionele maatregel dus overbodig.
Criminelen kunnen de financiële infrastructuur gebruiken voor
betalingen, zoals zij het wegennet kunnen gebruiken om zich naar de
plaats van de misdaad te begeven. Banken controleren al hun klanten,
een controle als bij de afgifte van kentekenbewijzen. Moeten zij in
het betalingsverkeer echt iedere auto bij het oprijden van de snelweg
controleren? Zelfs zonder controle blijven betalingen traceerbaar en
autoritten als regel niet.
Ook is het vreemd dat voor deze maatregelen betalingen binnen Europa
als buitenlandse worden gezien, terwijl in allerlei andere regelgeving
Europa als één binnengebied met duidelijke buitengrenzen wordt
beschouwd.
Overigens spelen Europese ontwikkelingen niet alleen bij het blanco
betalingsverkeer een rol, ook de gevolgen van het Financial Services
Action Plan tekenen zich af in het effectenverkeer. De grote Europese
beurs organisaties zijn in felle concurrentiestrijd gewikkeld. Ook de
organisaties voor clearing en settlement staan voor strategische
keuzes die hun consequenties op risico en prijsvorming zullen hebben.
Ook de wet melding ongebruikelijke transacties lijkt door te schieten van kwaliteit naar kwantiteit, maar daar zijn gelukkig goede initiatieven opgestart om de effectiviteit te verbeteren en zo meer misdadigers te traceren bij een kleiner aantal gemelde transacties.
Dames en heren, ook de overheid moet de tering naar de nering zetten.
Maar zij zet het vertrouwen op het spel met recent ingevoerde
regelingen die fiscaal vriendelijke spaarregelingen, regelingen voor
lijfrentes en regelingen voor groen- en Agaathfondsen voortijdig
beogen te beëindigen. Voor de uitvoering van deze regelingen zijn
door de banken grote investeringen in systemen gedaan en zijn vaak
langjarige overeenkomsten met cliënten aangegaan. Riskant is echter
dat hierdoor het vertrouwen in de overheid bij toekomstige regelingen
wordt geschaad. En wat wegvallen van vertrouwen kan betekenen, heeft
de handel in tulpenbollen ons geleerd.
Helaas moet ook geconstateerd worden dat de overheid en haar organen
mijns inziens te vaak publiekelijk vraagtekens zetten bij de
betrouwbaarheid van de sector. Het in de pers breed uitgemeten
initiatief van de NMa om zonder concrete aanleiding een speciaal team
te formeren om de financiële sector eens goed door te lichten, draagt
niet bij aan het gewenste vertrouwen. Enige publicitaire
terughoudendheid over de sector is op zijn plaats.
Graag wil ik eindigen met belangrijker zaken. Wij lijken aan de
vooravond van een militaire interventie in Irak te staan. Wij zien in
het Midden Oosten het al lang lopend conflict alleen maar verder
escaleren. Ik spreek de hoop uit dat het conflict beperkt zal
blijven.
Nederland heeft in politiek opzicht een historisch jaar achter de rug,
waarbij naar buiten kwam dat het vertrouwen in de politiek is
geschaad.
Ik wil graag op drie niveaus een wens uitspreken: laat er geen nieuwe
oorlog in de wereld beginnen om welke reden dan ook (wij hier kunnen
dat alleen maar hopen en erom bidden), laat het vertrouwen in de
stabiliteit en de maatschappelijke verantwoordelijkheid van onze
sector verder versterkt worden (daar kunnen wij zelf al veel aan doen)
en laten wij allen individueel in onze directe leefomgeving echt iets
proberen bij te dragen. Dat moet toch lukken.
Ik wens u allen een goed, vredig, gelukkig en gezond 2003.