10 januari 2003
Beerput geeft geheim prijs van 18de-eeuwse drinkcultuur
Archeologische opgraving op een terrein in Vlaardingen waar tussen 1742 en 1805 herberg De Visscher was gevestigd, heeft een nieuw licht geworpen op de wijze waarop Hollanders in de 18e eeuw met drank omgingen. Uit de archeologische vondsten is naar voren gekomen dat de populariteit van koffie en thee in die tijd sterk toenam. Dat had, mede door de toegenomen vraag naar rode wijn en naar gedestilleerd, een daling van de consumptie van bier tot gevolg. Tot deze mening komt Cora Laan in haar proefschrift Drank & Drinkgerei. Een archeologisch en cultuurhistorisch onderzoek naar de alledaagse drinkcultuur van de 18de-eeuwse Hollanders. De historica promoveert aan de Erasmus Universiteit Rotterdam op vrijdag 10 januari 2003.
Hoe gingen de 18de-eeuwse Hollanders om met drank, en is het daarbij
mogelijk te spreken van een echte drinkcultuur ? Op een dergelijke
cultuurhistorische vraag is het niet eenvoudig om antwoord te geven,
aangezien er geen bronnen uit de 18de eeuw zijn waarin men zichzelf
die vraag stelt. De historicus moet dus zelf zijn materiaal zien te
verzamelen en te construeren. In dit proefschrift is gekozen voor een
interdisciplinaire benadering langs de weg van ambachtelijk onderzoek
in verschillende disciplines (geschiedenis, archeologie,
kunstgeschiedenis).
Startpunt van het onderzoek was de Vlaardingse herberg De Visscher
(1742-1805). Herbergen zijn namelijk gelegenheden waar de 18de-eeuwse
Hollanders bewust naar toe gingen om te drinken en zij bieden daardoor
veel mogelijkheden voor onderzoek naar drinkcultuur. De voorwerpen die
tijdens archeologische werkzaamheden uit de beerput van de herberg
zijn opgegraven spelen een centrale rol in het proefschrift. Met
behulp van diverse bronnen zijn deze voorwerpen in de context van de
tijd geplaatst en geven daardoor een goed beeld van praktische kant
van de Hollandse drinkcultuur in de 18de eeuw.
De voorwerpen uit de beerput van herberg De Visscher zijn onder andere
vergeleken met voorwerpen uit drie Delftse afvalputten. Gekozen is
voor een vergelijking met Delft omdat in deze Hollandse stad ook een
beerput is opgegraven van een 18de-eeuwse herberg. Tevens zijn er in
Delft een tonput van een arm huishouden en een beerput van een rijk
huishouden opgegraven, die eveneens uit de 18de eeuw stammen. Het is
daardoor niet alleen mogelijk om twee herbergen met elkaar te
vergelijken, maar ook kan in het afval een onderscheid gemaakt worden
tussen verschillende sociale groepen.
De groeiende populariteit van koffie en thee is duidelijk zichtbaar in
het archeologische materiaal uit zowel Vlaardingen als Delft.
Opvallend is dat het koffie- en theegerei vervaardigd is van de
modernste en kwalitatief beste keramieksoorten, die in de put gevonden
zijn. De 18de-eeuwse Hollanders besteedden in hun dagelijks leven dus
veel aandacht aan het uiterlijk en de kwaliteit van hun thee- en
koffiegoed.
Thee en koffie dronk men dus niet alleen thuis, maar ook in de
herberg. De warme dranken werden echter wel in het meer besloten deel
van de herberg geconsumeerd. Herberg De Visscher beschikte (zoals veel
Hollandse herbergen) over twee publieke ruimten. In het voorhuis dronk
men de alcoholische dranken en in de meer besloten ruimte daarachter
dronk men koffie en thee en nuttigde men een warme maaltijd.
De groeiende populariteit van koffie en thee had onder andere tot
gevolg dat de consumptie van bier sterk afnam in de 18de eeuw. Deze
ontwikkeling vond in de eerste helft van de 18de eeuw al plaats bij de
gegoede klasse en werd gedurende de tweede helft van de 18de eeuw
overgenomen door de lagere klassen. Koffie en thee waren echter niet
de enige boosdoeners, ook de toegenomen vraag naar gedistilleerde
dranken was hier debet aan. Verder raakte het drinken van wijn ( met
name rode) in het 18de-eeuwse Holland onder alle lagen van de
bevolking meer en meer in de mode.
Promotor: prof.dr. W.Th.M. Frijhoff (VU)
Noot voor de pers
Promotie 10 januari, 13.30 uur
Plaats: Woudestein, Senaatszaal
Info: persvoorlichting EUR, tel. (010) 408 1216 / 408 1777 of bij de
promovenda,
tel. (010) 460 3612; e-mail cora.laan@planet.nl
Een handelseditie van dit proefschrift is verschenen bij uitgeverij De Bataafsche Leeuw te Amsterdam, ISBN 90 670755 7 4
INLINE]