Nationale Ombudsman


Waardering Tunesisch diploma laat lang op zich wachten

28 december 2002

Carlijn* heeft al een aantal jaren een Tunesische vriend. Hij is leraar lichamelijke opvoeding aan een middelbare school in Tunesië. Carlijn en haar vriend zijn over hun gezamenlijke toekomst gaan nadenken. Daarom heeft Carlijn gekeken wat zij zouden moeten doen om het diploma van haar vriend in Nederland erkend te krijgen, zodat hij hier zou kunnen werken. Zij neemt contact op met de Informatie Beheer Groep (IBG). Een medewerker zegt haar dat haar vriend allereerst zijn diploma moet laten "waarderen" naar Nederlandse maatstaven. Verder krijgt Carlijn uitgelegd hoe ze hiervoor samen met haar vriend een aanvraag moet indienen. Al met al duurt de behandeling van zo'n verzoek zeker tien weken, wordt haar verteld.

Carlijn en haar vriend gaan aan de slag en dienen zijn aanvraag eind maart in. In de zomermaanden is hij namelijk in Nederland en wil hij wat stages volgen. Ze denken dus ruim op tijd te zijn. Carlijn krijgt een ontvangstbevestiging van de aanvraag thuisgestuurd. Daarin staat bevestigd dat ze rekening moeten houden met een behandeltermijn van tien weken. Vervolgens horen ze niets meer. Eind mei begint Carlijn zich ongerust te maken en besluit om de IBG te bellen. Ze informeert naar de stand van zaken. Het antwoord luidt dat ze zeker op tijd op een beslissing kan rekenen. Een maand later heeft ze nog niets ontvangen en belt ze opnieuw. Dan hoort ze dat het dossier van haar vriend "op de stapel ligt" en dat het nog niet is ingekeken. Binnen twee weken zal ze wel wat horen, wordt haar verzekerd. Een dag of tien later belt ze nog eens. Inmiddels ligt hun aanvraag op de derde plaats op de stapel, het zal waarschijnlijk nog een weekje duren. Als die week voorbij is, belt Carlijn nog een keer. Ze treft een andere medewerker, die zegt helemaal niet te kunnen vertellen hoe lang het nog zal duren. Carlijn durft bijna niet meer te bellen, maar waagt midden juli nog een poging. Ook dat haalt niets uit. Haar vriend zal nog maar zes weken in Nederland zijn, dus al hun plannen lijken in duigen te vallen.

Ze besluit de Nationale ombudsman in te schakelen. Die neemt haar klacht in onderzoek en legt die voor aan de IBG. Dan komt er schot in hun aanvraag. Twee weken later ligt het antwoord van de IBG in de brievenbus van Carlijn. De IBG biedt excuses aan voor de lange duur van de behandeling. Maar het verzoek was nogal ingewikkeld en er moest precies uitgezocht worden wat de opleiding van haar vriend inhield. Uit dat onderzoek blijkt dat hij een niveau heeft bereikt, dat naar Nederlandse maatstaven vergeleken kan worden met een getuigschrift van de hbo-opleiding leraar voortgezet onderwijs van de eerste graad in het vak lichamelijke oefening. Dat is voor Carlijn en haar vriend een goed bericht. Nu kan hij verder aan de slag met de andere voorwaarden waaraan hij zal moeten voldoen om een Nederlandse onderwijsbevoegdheid te kunnen krijgen, zoals de beheersing van de Nederlandse taal. De Nationale ombudsman sluit daarop het dossier.


*Om redenen van privacy zijn de namen veranderd.
De Nationale ombudsman behandelt klachten over de overheid. Lees hier hoe en over welke instanties u bij de Nationale ombudsman kunt klagen of vraag de folder aan: 0800 - 33 55555.

© 2002 De Nationale ombudsman