Beantwoording van vragen van het lid Karimi over een presidentiële
richtlijn in de VS inzake kernwapens
Aan de Voorzitter van de
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Binnenhof 4
Den Haag
Directie Veiligheidsbeleid
Nucleaire Aangelegenheden en Non-Proliferatie
Bezuidenhoutseweg 67
2594 AC Den Haag
Datum
20 december 2002
Auteur
P. Wilke
Kenmerk
DVB/NN-454/02
Telefoon
070 348 5251
Blad
1/1
Fax
070 348 5684
Bijlage(n)
1
E-mail
DVB-NN@minbuza.nl
Betreft
Beantwoording vragen van het lid Karimi over een presidentiële
richtlijn in de VS inzake kernwapens
Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen
gesteld door het lid Karimi over een presidentiële richtlijn in de VS
inzake kernwapens. Deze vragen werden ingezonden op 16 december 2002
met kenmerk 2020304540 .
De Minister van Buitenlandse Zaken,
Mr. J.G. de Hoop Scheffer
Antwoord van de heer De Hoop Scheffer, Minister van Buitenlandse
Zaken, op vragen van het lid Karimi (GroenLinks) over een
presidentiële richtlijn in de VS inzake kernwapens (ingezonden 16
december 2002)
Vraag 1
Heeft u het artikel "Bush: met kernwapens terugslaan" gelezen? 1)
Antwoord
Ja
Vraag 2
Kent u het Amerikaanse beleidsdocument waarin bevestigd wordt dat de
VS bereid zijn nucleaire wapens in te zetten tegen landen waarvan
vermoed wordt dat ze massavernietigingswapens, dan wel componenten van
massavernietigingswapens, bezitten of ontwikkelen?
Antwoord
Het Amerikaanse beleidsdocument getiteld: "National strategy to combat
weapons of mass destruction" is mij bekend.
Vraag 3
Is het waar dat deze strategie is vervat in een presidentiële
richtlijn?
Antwoord
Het document dat nu is vrijgegeven betreft een gedeclassificeerd
uittreksel van een topgeheime presidentiële richtlijn die door
President Bush afgelopen in mei 2002 werd ondertekend. Daarmee is
hetgeen in het beleidsdocument is omschreven officieel Amerikaans
beleid.
Vraag 4
Deelt u de mening dat de inzet van kernwapens zoals in het Amerikaanse
beleidsdocument is omschreven, nu wel officieel Amerikaans beleid is?
Zo neen, waarom niet?
Antwoord
Inzet van kernwapens wordt in het Amerikaanse beleidsdocument niet
expliciet genoemd. Wel wordt in het kader van de afschrikkingsdoctrine
gesteld dat de Verenigde Staten zich het recht voorbehoudt met
"overmacht" te reageren op gebruik van massavernietigingswapens door
een tegenstander, waarbij geen enkele optie wordt uitgesloten. Hierbij
zij opgemerkt dat het niet om een nieuw beleid gaat, maar om een
explicietere bewoording van het reeds lange tijd bestaande beleid.
Vraag 5
Ondersteunt u dit Amerikaans beleid? Zo ja, waarom? Zo neen, waarom
niet?
Vraag 6
Deelt u de mening dat dit beleid strijdig is met de negatieve
veiligheidsgaranties zoals vastgelegd in afspraken (o.a.
Veiligheidsresolutie in 1995) in het kader van het Non Proliferatie
Verdrag?
Vraag 7
Bent u bereid bilateraal, dan wel multilateraal in (EU, NAVO en VN
verband) alles in het werk te stellen om de VS ervan te weerhouden het
pre-emptieve beleid uit te voeren? Zo neen, waarom niet?
Antwoord
In het nieuwe strategiedocument wordt duidelijk gemaakt dat de inzet
van "overmacht" zal worden overwogen nadat massavernietigings-wapens
zijn ingezet tegen de Verenigde Staten of zijn bondgenoten. Dat is dus
geen pre-emptief beleid, maar afschrikking.
Voor het overige moge ik verwijzen naar het antwoord van mijn
ambtsvoorganger op vragen van het lid Hoekema, ontvangen op 27 maart
2002, inclusief de daarin vermelde verwijzingen naar eerdere
kamerbrieven over dit onderwerp.
Vraag 8
Kunt u deze vragen nog voor het kerstreces beantwoorden?
Antwoord
Ja.
1)
Volkskrant 12 december jl.