De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
uw brief van
uw kenmerk
ons kenmerk
VVA 2002/3950
datum
17-12-2002
onderwerp
Beleidsdraaiboek Klassieke Varkenspest
bijlagen
1
Geachte Voorzitter,
Zoals toegezegd in mijn brief van 10 oktober 2002 aan uw Kamer (Kamerstukken II, 2002-2003, 27 622 en 25 229, nr. 112) doe ik u hierbij het vastgestelde beleidsdraaiboek klassieke varkenspest toekomen.
datum
17-12-2002
kenmerk
VVA 2002/3950
bijlage
Proces van totstandkoming
In de beleidsreactie op het MKZ-evaluatierapport van 15 maart 2002
(Kamerstukken II, 2001-2002, 27622, nr. 95) heb ik aangegeven dat met
betrekking tot de belangrijkste besmettelijke dierziekten voortaan
beleidsdraaiboeken zullen worden opgesteld. Tevens heb ik aangegeven
dat bij de ontwikkeling van deze draaiboeken een omgevingsanalyse een
centrale plaats inneemt. Bij brief van 10 december 'Nieuwe werkwijze
voorbereiding beleidsdraaiboeken bestrijding zeer besmettelijke
dierziekten'(VVA 2002/3646) heb ik u geïnformeerd over de uitwerking
van het concept van de omgevingsanalyse. Omdat het varkenspestvirus
onder wilde zwijnen in Europa circuleert en vanwege de ernstige
consequenties van een uitbraak van deze dierziekte, heb ik parallel
aan de uitwerking van de omgevingsanalyse, prioriteit gegeven aan de
ontwikkeling van het beleidsdraaiboek klassieke varkenspest.
Omdat de inhoudelijke problematiek van klassieke varkenspest en mond-
en klauwzeer op veel punten overeenkomt, is wat betreft inhoud en
afstemmingsproces voor het beleidsdraaiboek klassieke varkenspest nauw
aangesloten bij de werkwijze van het beleidsdraaiboek mond- en
klauwzeer. In een algemene bijeenkomst is het beleidsdraaiboek
klassieke varkenspest met de meest betrokken organisaties besproken.
Daarnaast zijn tijdens de diverse afstemmingsrondes over het
beleidsdraaiboek mond- en klauwzeer ook de consequenties en keuzes
voor klassieke varkenspest afgestemd. Uit al deze overleggen kan ik
concluderen dat de bestrijdingsstrategie, zoals beschreven in
bijgaande beleidsdraaiboek klassieke varkenspest, op hoofdlijnen door
deze organisaties onderschreven wordt.
Aan de hand van het uitgewerkte concept van de omgevingsanalyse zal
volgend jaar gestart worden met een nieuwe ronde van afstemming en
aanpassing van het beleidsdraaiboek klassieke varkenspest in overleg
met direct betrokkenen.
Bestrijdingsstrategie klassieke varkenspest
Aan de hand van de lessen die uit de uitbraken van KVP eind jaren
negentig in Nederland, Duitsland, België, Spanje en Italië konden
worden geleerd, is de KVP-bestrijdingsrichtlijn (80/217) aangepast. De
nieuwe richtlijn (2001/89) is per 1 november 2002 van kracht geworden
en in de nationale regelgeving geïmplementeerd. Het beleidsdraaiboek
klassieke varkenspest is gebaseerd op deze nieuwe richtlijn.
Binnen de kaders van de richtlijn, sluit de algemene
bestrijdingsstrategie van het beleidsdraaiboek klassieke varkenspest
nauw aan bij de bestrijding in het beleidsdraaiboek mond- en
klauwzeer. Vanwege de goede ervaringen met het instellen van een
standstill periode en de compartimentering ten tijde van de mond- en
klauwzeer- crisis, is besloten om direct volgend op een uitbraak van
klassieke varkenspest ook een algehele standstill van 72 uur voor heel
Nederland af te kondigen. Aansluitend hierop wordt de
compartimentering van kracht voor een beperkt aantal geclusterde
compartimenten. Voor verdere informatie over de compartimentering
verwijs ik naar de gelijkgenoemde passage in mijn begeleidende brief
bij het beleidsdraaiboek mond- en klauwzeer (VVA 2002/3882) van 10
december.
Het beleidsdraaiboek klassieke varkenspest wijkt op een aantal punten
af van het beleidsdraaiboek mond- en klauwzeer. Door de aard van het
varkenspestvirus is het risico van verspreiding van varkenspest
namelijk minder groot dan voor het mond- en klauwzeervirus. Het
varkenspestvirus kan zich maar beperkt door de lucht verspreiden en
het is alleen besmettelijk voor varkens, waardoor het zich alleen door
(het verslepen van) varkens en varkensproducten, zoals vlees, mest en
sperma, kan verspreiden. Daarom acht ik het veterinair verantwoord om,
tijdens het standstill regime en ten tijde van de compartimentering,
op een aantal punten soepeler te zijn voor klassieke varkenspest dan
voor mond- en klauwzeer. Zo gelden er tijdens de standstill voor het
vervoer van diervoeder en melk minder strenge maatregelen en wordt er
in het beschermings- en toezichtsgebied al vrij snel gestart met de
afbouw van beperkende maatregelen voor andere dieren en producten dan
varkens(producten). Ik wil daarmee bereiken dat indirect getroffen
sectoren niet onnodig lang hinder ondervinden van de
bestrijdingsmaatregelen.
Noodvaccinatie
Uitgangspunt van het beleidsdraaiboek klassieke varkenspest is een
effectieve en maatschappelijk verantwoorde varkenspestbestrijding.
Hierbij is het streven om niet alleen zo min mogelijk dieren te doden,
maar ook om exportmogelijkheden te behouden. In dit kader is dan ook
gekozen voor een beleidslijn waarbij onderscheid gemaakt wordt tussen
varkensarme en varkensdichte gebieden. In varkensdichte gebieden zal
na een bevestigde uitbraak noodvaccinatie ingezet worden. In
varkensarme gebieden is het uitgangspunt om alleen het besmette
bedrijf te ruimen. De validiteit van de gegevens op basis waarvan een
gebied wordt geclassificeerd als varkensdicht of varkensarm wordt op
dit moment nog onderzocht.
Bij deze nieuwe beleidslijn streef ik ernaar de inzet van een
markervaccin bij noodvaccinatie mogelijk te maken, dit met als doel om
ruiming van de betreffende dieren zoveel mogelijk te voorkomen. De
Europese varkenspestrichtlijn geeft daar in principe ook de ruimte
voor. Na vooroverleg met de Europese Commissie, het overleggen van een
vaccinatieplan en een epidemiologische studie, kan de Europese
Commissie namelijk uitzonderingen maken op de stringente beperkingen
in de varkenspestrichtlijn ten aanzien van het merken en de afzet van
vlees van gevaccineerde varkens. Daarmee zou dan de noodzaak van het
ruimen van deze dieren komen te vervallen. De discussie hierover
bevindt zich echter nog in een beginstadium.
Vooral de validatie van de markertest, het kunnen differentiëren
tussen gevaccineerde varkens die wel geïnfecteerd zijn met het
veldvirus en dieren die dat niet zijn, zijn voor de Europese Commissie
en veel lidstaten nog belangrijke discussiepunten. Het gebruik van een
markervaccin geeft nog niet de garantie dat de dieren en producten uit
het betreffende gebied ook daadwerkelijk afgezet kunnen worden. Want
zelfs als aan alle voorwaarden is voldaan, blijft de reactie van
handelspartijen onzeker. Ook na toestemming van de Europese Commissie
voor de afzet van vlees van met een markervaccin gevaccineerde dieren,
is het dus mogelijk dat we alsnog tot ruiming over moeten gaan.
Niettemin ben ik ervan overtuigd dat de inzet van een markervaccin bij
noodvaccinatie op termijn mogelijkheden biedt om ruiming van dieren
tot een minimum te beperken. Ik zal mij daar dan ook sterk voor maken.
Om aan de voorwaarden van de Europese Commissie te kunnen voldoen, heb
ik veterinair epidemiologen gevraagd een vaccinatieplan uit te werken.
Dit vaccinatieplan zal besproken worden met de Europese Commissie en
de lidstaten, om te zien of noodvaccinatie met een markervaccin in
Europees verband acceptabel is en of het gevaccineerde vlees ook in
Europees verband afgezet kan worden.
Op 13 december jl. heeft in dit kader een gesprek plaats gevonden met
de Europese Commissie. Begin januari wordt een eerste werkgroep in
Europees verband georganiseerd, waarbij het gebruik en de risico's van
een markertest door specialisten uit de verschillende lidstaten
besproken zullen worden. Bovendien onderzoekt de Rijksdienst voor de
keuring van Vee en Vlees (RVV) de mogelijkheden om een markervaccin
aan te schaffen. In verband met de lange productietijd is op dit
moment geen markervaccin beschikbaar.
De beleidsstrategie rondom het markervaccin is dus uitgezet en wordt
momenteel verder uitgewerkt. In afwachting daarvan zal er, wanneer er
morgen varkenspest uitbreekt, preventief geruimd worden in combinatie
met noodvaccinatie met een klassiek vaccin, rondom het besmette
bedrijf. Hierbij kan op dit moment nog geen onderscheid gemaakt worden
tussen varkensarme of varkensdichte gebieden. Na vaccinatie zullen de
dieren helaas moeten worden geruimd in verband met de Europese
regelgeving.
Wilde varkens
Op basis van de richtlijn, zijn er in het beleidsdraaiboek klassieke
varkenspest scenario's opgenomen met maatregelen om de verspreiding
van het varkenspestvirus onder wilde zwijnen tegen te gaan. Hierbij
ligt de nadruk vooral op preventie.
Op dit moment komt in diverse Europese lidstaten varkenspest voor bij
wilde zwijnen. De getroffen landen passen met wisselend succes,
verschillende strategieën van bestrijden toe, variërend van
vaccineren, intensief jagen tot niets doen. Vanaf 1 januari aanstaande
zullen de gegevens van monitoringsonderzoek onder wilde zwijnen in
Duitsland, Luxemburg, België, Frankrijk en Nederland worden
geharmoniseerd en bijgehouden in een gezamenlijke database. Op basis
van de database zal worden geëvalueerd wat de beste manier is om een
daadwerkelijke uitbraak van varkenspest bij wilde zwijnen te
bestrijden. Nederland zal in geval van een uitbraak van klassieke
varkenspest bij wilde zwijnen, in overleg met deskundigen, de Europese
Commissie en de buurlanden, afhankelijk van de situatie, de meest
geëigende bestrijdingsstrategie bepalen.
Sinds er varkenspest heerst bij wilde varkens in Niedersachsen
Duitsland en in de Belgische Ardennen, is in Nederland in feite de
Aandachtsfase scenario D ingegaan, zoals beschreven in het
beleidsdraaiboek klassieke varkenspest.
Daarom heb ik reeds sinds deze zomer extra maatregelen getroffen. Ik
heb u hierover geïnformeerd bij brief van 26 november 2002 (Aanhangsel
van de Handelingen II, 2002-2003, nr. 412) in antwoord op de
kamervragen door de leden Schreijer-Pierik en Hessels over varkenspest
in de Belgisch-Duitse grensstreek.
Tot slot
Om de bekendheid met het beleidsdraaiboek te vergroten, zal deze op de
LNV-site worden geplaatst en worden toegezonden aan alle betrokken
organisaties. De komende tijd zal een aantal technisch uitvoerende
zaken, zoals de uitwerking van varkensdichte gebieden en
noodvaccinatie met een markervaccin, nog verder uitgewerkt worden.
De minister van Landbouw, Natuurbeheer
en Visserij,
dr. C.P. Veerman
Bijlage:
Beleidsdraaiboek Klassieke Varkenspest (PDF-formaat, 374 Kb)
Voor downloaden van PDF-bestanden:
Zie het origineel
http://www.minlnv.nl/infomart...2002/par02402.htm
.
---