Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer Postbus 90801 der Staten-Generaal 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4 Binnenhof 1a Telefoon (070) 333 44 44 2513 AA `s-GRAVENHAGE Telefax (070) 333 40 33
Uw brief Ons kenmerk DCE/02/98156
Onderwerp Datum
Toelichting subsidieregeling emancipatie- 16 december 2002
ondersteuning
Met deze brief informeer ik u, conform mijn toezegging tijdens de begrotingsbehandeling SZW
d.d. 11 december jl., over de toepassing van de Subsidieregeling Emancipatie-ondersteuning
1998.
Op grond van de Subsidieregeling Emancipatie-ondersteuning 1998 wordt voor een drietal
type activiteiten subsidie verleend door de coördinerend bewindspersoon voor emancipatie,
en wel
A. activiteiten die passen in de actuele thema's van het beleid;
B. activiteiten (veelal kortlopend) die bijdragen aan het wegnemen van structurele en
culturele belemmeringen, zodat diversiteit als bron van kwaliteit tot haar recht kan
komen dan wel bijdragen aan het volwaardig en gelijktijdig participeren in verschillende
levenssferen;
C. activiteiten (veelal meerjarig) die gericht zijn op de verbreding van het draagvlak voor
het emancipatie-proces of bijdragen aan expertisevorming.
In artikel 2 van de regeling staat per onderdeel de beoogde doelstelling geformuleerd.
Daarbij zij aangetekend dat activiteiten genoemd onder C alleen activiteiten van organisaties
betreffen die per boekjaar worden gesubsidieerd (waaronder bijv. het IIAV of de Vrouwen
Alliantie). In artikel 3 van de regeling staat een aantal voorwaarden gespecificeerd waaraan
de activiteiten moeten voldoen om in aanmerking te kunnen komen voor subsidiëring.
In de toelichting op de subsidieregeling staat over de besluitvorming voorts het volgende
vermeld:
"Ten behoeve van de uitvoering van de regeling is jaarlijks een budget ter beschikking
(artikel 4).
De besluitvorming over de toekenning van subsidies gebeurt in twee stappen. Eerst wordt
nagegaan of de activiteit subsidiabel is; de regeling bevat bepalingen die hiervoor een
kader bieden. Is de activiteit subsidiabel, dan heeft een onderlinge vergelijking van
ontvangen subsidieaanvragen plaats (artikel 6). Deze onderlinge vergelijking zal plaats
hebben op grond van enerzijds het maatschappelijk gewicht van de activiteiten en
2
anderzijds de kwaliteit van de aanpak. Deze onderlinge vergelijking is afhankelijk van de
ontvangen subsidieaanvragen en kan niet in regelgeving vooraf worden voorzien van
criteria; er is sprake van een discretionaire bevoegdheid van de subsidiegever.
Tegen een subsidiebeschikking staat krachtens de Awb bezwaar en beroep open."
Zoals hierboven aangegeven, kan tegen een beschikking bezwaar aangetekend worden.
Hiervoor zijn vastgestelde juridische procedures.
In het geval van de negatieve beschikking op tweede subsidieaanvraag van de Stichting
Emancipatie Online (Steo), welke onlangs de specifieke aandacht van de Tweede Kamer
had, heeft de Steo zelf mij schriftelijk laten weten geen bezwaarschrift in te dienen (brief
Steo, re: financiële ondersteuning van emancipatie.nl, d.d. 23 november 2002).
Wellicht ten overvloede, wil ik u in deze het rapport `Evaluatie Emancipatie-
ondersteuningsbeleid 1998-2000', opgesteld door KPMG, onder de aandacht brengen.
Daarin is ook het beoordelings- en besluitvormingsproces geëvalueerd. Geconcludeerd is
door KMPG, dat dit transparant en correct is en de toepassing van de criteria goed.
Het rapport is bij brief d.d. 3 juli 2001 (SOZA-01-633) aan de Tweede Kamer toegezonden.
Ter informatie sluit ik hierbij een exemplaar van de brochure "Informatiepakket
subsidieaanvragen 2002", waarin de gehele Subsidieregeling Emancipatie-ondersteuning
1998 is opgenomen, bij. Hierin zijn ook de verschillende subsidiecriteria per onderdeel van
de subsidieregeling opgenomen. De regeling is afgedrukt in de Staatscourant 1997, nr. 249
en ook te vinden op de website van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
(www.minszw.nl).
De Staatssecretaris van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid,
(Khee Liang Phoa)