Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018
2500 EA Den Haag
uw brief van

uw kenmerk

ons kenmerk
DL. 2002/4365
datum
13-12-2002

onderwerp
Voortgangsrapportage verzekeren wateroverlast
TRC 2002/10675

bijlagen

Geachte Voorzitter,

Met deze brief informeren wij u, mede namens het kabinet, over het bereikte principe-akkoord tussen LTO Nederland en het Rijk over de oogstschadeverzekering voor extreme neerslag. Hiermee wordt uitvoering gegeven aan een toezegging gemaakt tijdens de behandeling van de LNV-begrotingsbehandeling van november jl. en de afspraak u regelmatig te informeren over de voortgang van de mogelijke uitbreiding van verzekeringsconstructies voor schade als gevolg van extreme weersomstandigheden (Kamerstukken II, 1999/2000, 24 071, nr. 55). Een laatste voortgangsrapportage voor alle weersgevoelige sectoren betreft de brief aan de Tweede Kamer van 18 oktober 2001.

datum
13-12-2002

kenmerk
DL. 2002/4365

bijlage

We zijn verheugd u te kunnen meedelen dat recent een principe-akkoord is bereikt over overheidsbijdrage aan de oogstschadeverzekering. Op hoofdlijnen zijn de volgende concrete afspraken gemaakt. Onder voorwaarde dat voldaan wordt aan de mededingings- en aanbestedingsregels is het mogelijk dat de verzekering de vorm aanneemt van een onderlinge waarborgmaatschappij (OWM). Uitgangspunt van de verzekering is een eigen risico van 25 procent van de te verzekeren schade. Daarboven vangt de OWM de schade op tot een bedrag van EUR 50 miljoen. Het Rijk stelt zich garant voor de schade tussen de EUR 50 en de EUR 100 miljoen (bij 100 procent deelname is dat EUR 3,5 miljard verzekerde productiewaarde).

De eerste jaren bedraagt de premie voor de verzekering minimaal 2 promille gemiddeld van het verzekerde bedrag. Het Rijk helpt de verzekering op gang door in de eerste drie jaar een lening tegen zachte voorwaarden beschikbaar te stellen, in het geval dat schades die zich voordoen niet kunnen worden betaald uit de tot dan opgebrachte premies. De omvang van die lening is maximaal vijftig procent van de door de OWM op te leggen naheffing. Als de verzekering tot stand komt, zal deze ook onder een aantal voorwaarden vergoedingen uitkeren voor de dit jaar geleden schades. Het Rijk betaalt het daarvoor benodigde bedrag. Voorwaarden zijn onder meer een eigen risico van 25%, de schades zijn in augustus en september vastgesteld door een beëdigd taxateur en de ondernemers gaan een vijfjarig contract aan met de OWM.

De verzekering zal oogstschade door overvloedige regenval dekken. Vorst en droogte blijven buiten de dekking. Afgesproken is echter dat voor dergelijke schades LTO Nederland niet meer bij de overheid en politiek aanklopt voor een schadeclaim of een overheidsbijdrage aan een verzekering. Naast de oogstschadeverzekering blijft vanzelfsprekend de Wet Tegemoetkoming Schade bij rampen en zware ongevallen bestaan voor rampen, zoals bijvoorbeeld dijkdoorbraken. Ook (nood)waterberging valt buiten het bestek van het principe-akkoord. Uiteraard is nog goedkeuring door de EU vereist. Het bedrijfsleven streeft ernaar om nog voor volgend seizoen de polis beschikbaar te hebben.

De minister van Landbouw, Natuurbeheer
en Visserij,

dr. C.P. Veerman

De staatssecretaris van Binnenlandse Zaken
en Koninkrijksrelaties,

R.H. Hessing

Zie ook: Principe-akkoord tussen overheid en LTO over oogstschadeverzekering (persbericht dd. 20-11-2002)


---