HBO-Raad

verschenen op: 13-12-2002

Geen nieuwe vermoedens van fraude

Vandaag heeft het kabinet de uitkomsten van het zelfonderzoek naar de inschrijving van studenten aan hogescholen, universiteiten en ROCs aan de Tweede Kamer gezonden. Uit dit brede onderzoek komen geen nieuwe vermoedens van fraude naar voren, die aanleiding zouden zijn tot aangifte bij het Openbaar Ministerie. Ook geeft staatssecretaris Nijs aan dat er geen speciaal bedachte constructies aangetroffen zijn met als oogmerk het binnenhalen van subsidiegelden zonder dat er sprake is van enige onderwijsinspanning. Noch heeft zelfverrijking plaatsgevonden. Wel zijn er onrechtmatigheden vastgesteld bij de inschrijving van studenten. Daardoor is ten onrechte overheidsgeld ontvangen. De HBO-raad heeft dit voorjaar al aangegeven dit ontoelaatbaar te vinden.

Voorzover sprake is van onrechtmatig verkregen middelen dienen deze terugbetaald te worden. Voorts zullen maatregelen nodig zijn om een dergelijke handelwijze in de toekomst te voorkomen De HBO-raad heeft met dit oogmerk haar gedragscode inzake uitbesteding van onderwijsactiviteiten aangescherpt. De hogescholen hebben met elkaar afgesproken een onafhankelijke instantie in te stellen die het uitbesteden van onderwijs aan deze gedragscode toetst. Elke hogeschool kan zich tot deze instantie richten met de vraag of een (voorgenomen) activiteit van de eigen of een andere hogeschool past binnen de reeds bestaande gedragscode. De uitspraak wordt door deze toetsingsinstantie openbaar gemaakt en ook de hogeschool legt in het jaarverslag hierover verantwoording af. Daarnaast moet de overheid tot duidelijkere regels en effectievere controle komen.

Tenslotte ziet de HBO-raad in het rapport opnieuw bevestigd dat de huidige financiering van de hogescholen te gevoelig is voor aantallen ingeschreven studenten. Er is dringend behoefte aan een nieuw bekostigingssysteem voor het hoger onderwijs waarin het onderwijsbudget minder direct afhankelijk is van studentenaantallen. Terug terug