Nationale Bank van België


Nationale
Bank van
België
Persconferentie
Brussel, 22 november 2002

Economische vooruitzichten voor België

INLEIDING

De initiële economische vooruitzichten van de Bank voor het jaar 2002 werden medio mei opgesteld, en werden in juni toegelicht in het Economisch Tijdschrift van de Bank. Die vooruitzichten steunden op een scenario met een geleidelijk maar regelmatig herstel van de activiteit en de internationale handel in het eurogebied en, in ruimer verband, in de hele wereld, overeenkomstig de beoordeling van de internationale instellingen en de toenmalige projecties van het Eurosysteem. De sindsdien opgetekende ontwikkelingen, en de beschikbare aanwijzingen voor de eerste kwartalen van 2002 hebben tot een herziening van die algemene beoordeling geleid.

Wegens de hoge graad van onzekerheid van de economische subjecten, die met name tot uiting komt in het verloop van de beurskoersen, blijkt dat het groeiherstel snel stilviel in het begin van 2002, en dat het pas in de loop van volgend jaar in kracht zou toenemen. Tegen die achtergrond en tevens rekening houdend met herzieningen voor de gegevens uit het verleden, dienden de vooruitzichten voor België te worden aangepast.


1. Voornaamste resultaten
(veranderingspercentages)

Herzieningen 20012 2002 2001 2002

Inflatie (HICP) 2,4 1,5 0,0 -0,2 p.m. eurogebied1 2,5 2,3 0,0 +0,1

Reëel bbp 0,8 0,7 -0,2 -0,3 p.m. eurogebied1 1,5 0,8 -0,1 -0,6 waarvan:
Particuliere consumptie 1,0 0,9 -0,7 0,0 Bedrijfsinvesteringen 2,9 -5,0 +1,5 -5,2 Uitvoer 1,2 -1,8 +2,0 +0,2 Invoer 0,8 -2,0 +2,4 -0,8

Werkgelegenheid 1,4 -0,1 +0,3 -0,4

Werkloosheid 6,6 6,8 0,0 0,0

Saldo van de overheidsfinanciën 0,43 0,0 +0,2 +0,1


1 Volgens de op 13 november 2002 bekendgemaakte vooruitzichten van de Europese Commissie.
2 In deze cijfers wordt rekening gehouden met de herziene nationale rekeningen die het INR dit najaar heeft gepubliceerd, met inbegrip van de op 19 november verschenen nieuwe werkgelegenheidsstatistieken.
3 Inclusief de ontvangsten in verband met de UMTS-licenties (0,2 pct. van het bbp).




2. Oorzaken van de herzieningen

Nadat de activiteit in België in 2001 was afgenomen, keerde ze in het eerste kwartaal van dit jaar naar een positief groeipad terug. Aanvankelijk was het herstel levendiger dan verwacht in België (+0,6 pct. in het eerste kwartaal van 2002 ten opzichte van het voorgaande kwartaal), alsook in het eurogebied als geheel. Vervolgens toonden de resultaten voor het tweede kwartaal en de indicatoren aan dat de groei niet meer was versneld en gering, maar positief zou blijven in de volgende kwartalen.

De beslissingen van de economische subjecten zijn onderhevig aan een bijzonder grote onzekerheid. Terwijl was aangenomen dat de onzekerheid relatief snel zou wegebben na de gebeurtenissen van 11 september 2001, nam ze daarentegen in het begin van 2002 nog toe door de geopolitieke situatie in het Midden-Oosten, en door de bedenkingen omtrent de boekhoudkundige en financiële toestand van grote vennootschappen. Voorts is de definitieve omvang van de beurscorrectie moeilijk te voorspellen. Die onzekerheid heeft vooral een invloed op de bedrijfsinvesteringen.

De veranderingen voor 2001 en de voorgaande jaren vloeien voort uit de publicatie door het INR van nieuwe statistieken inzake de nationale rekeningen in het najaar, met inbegrip van de werkgelegenheidsstatistieken die op 19 november verschenen. Ter herinnering: die nieuwe in samenwerking met het MTA opgestelde reeksen maken gewag van een aanzienlijk hoger aantal banen dan in het verleden (+ 181.000 personen in 2001).

Over het geheel genomen werd de voor 2002 verwachte bbp-groei teruggebracht van 1 pct. tot 0,7 pct. De belangrijkste herziening had betrekking op de bedrijfsinvesteringen, die in 2002 zouden teruglopen met ongeveer 5 pct., terwijl de groeiraming voor de particuliere consumptie onveranderd bleef.

De neerwaartse bijstelling van de groeiverwachtingen voor de werkgelegenheid zijn toe te schrijven aan het later verwachte herstel van de economische activiteit. Van juni tot november 2002 zijn de werkgelegenheidsverwachtingen omgebogen van een geringe groei (+0,3 pct.) naar een lichte daling (-0,1 pct.), die overeenstemt met het verlies van gemiddeld zowat 4.000 banen voor het jaar 2002.

Wat de inflatie betreft, bleken de resultaten voor het 2e en 3e kwartaal van 2002 lager te liggen dan de in de lente gemaakte projecties. Voor het vervolg van het jaar werden de projecties neerwaarts herzien ten gevolge van de minder gunstige groeivooruitzichten in combinatie met de waardevermeerdering van de euro en de neerwaartse herzieningen van de verwachtingen omtrent de energieprijzen. De terugval van de inflatie in 2002 (1,5 pct. tegen 2,4 pct. in 2001) is gedeeltelijk (0,3 procentpunt) toe te schrijven aan de afschaffing van het kijk- en luistergeld in Vlaanderen en in Brussel.

Het begrotingsoverschot voor 2001 werd in de nieuwe versie van de nationale rekeningen opwaarts bijgesteld ten belope van 0,2 pct. bbp, wat leidde tot een positief basiseffect voor 2002, dat evenwel werd gecompenseerd door het lusteloze conjunctuurklimaat. Voor dit jaar wordt een begrotingsevenwicht verwacht, tegen een overschot van 0,4 pct. in 2001 (0,2 pct. exclusief uitzonderlijke UMTS-ontvangsten).

NBB - Persconferentie




3. Vergelijking van de vooruitzichten voor 2002
Reëel bbp Inflatie Overheids- Publicatie- financiën datum

NBB 0,7 1,5 0,0 22 november EC 0,7 1,6 -0,1 13 november OESO 0,7 1,6 0,0 21 november Economist Poll1 0,6 1,7 n.b. 9 november IMF 0,6 1,6 -0,1 september Planbureau 0,7 1,5 n.b. september


1 Door The Economist gehouden enquête bij 16 particuliere voorspellers, voornamelijk uit zakenbanken.

De prognoses van de verschillende instellingen voor 2002 blijken zeer gelijklopend, aangezien de ramingen voor de economische groei tussen 0,6 en 0,8 pct. liggen, die van de inflatie tussen 1,5 en 1,7 pct. en het saldo van de overheidsfinanciën tussen 0,0 en -0,1 pct.


4. Vooruitzichten voor 2003

Momenteel verwachten de meeste voorspellers een nog geringe groei in het begin van 2003, vóór een krachtiger herstel dat pas medio volgend jaar zou inzetten. Tegen die achtergrond zou de groei op jaarbasis in 2003 voor België nog relatief gematigd blijven, namelijk 2 pct. of iets minder. Indien de onzekerheid echter snel wegebt, zou het herstel wat krachtiger kunnen zijn of enigszins vroeger kunnen komen dan verwacht, wat volledig ten goede zou komen van de bbp-groei op jaarbasis.

Vergelijking van de prognoses voor 20031 

Reëel bbp Inflatie Overheids- Publicatie- financiën datum

EC 2,0 1,4 0,0 13 november OESO 2,1 1,4 0,0 21 november Economist Poll2 1,8 1,4 n.b. 9 november IMF 2,2 1,2 -0,3 september Planbureau 2,6 1,4 n.b. september


1 Traditioneel brengt de Bank enkel prognoses voor het lopende jaar uit.
2 Door The Economist gehouden enquête bij 16 particuliere voorspellers, voornamelijk uit zakenbanken.


NBB - Persconferentie



SYNTHESE VAN DE PROGNOSES VAN DE BANK, ZOALS ZE GEPUBLICEERD ZIJN IN DE ECONOMISCHE INDICATOREN VAN 22 NOVEMBER

1999 2000 2001 2002r Resultaten Prognoses NBB

(veranderingspercentages t.o.v het voorgaande jaar) A. BBP NAAR VOLUME
Consumptieve bestedingen van particulieren 2,2 3,4 0,9 0,9 Consumptieve bestedingen van de overheid 3,6 2,3 2,2 1,8 Brutovorming van vast kapitaal 4,3 4,1 0,5 -3,5 waarvan: ondernemingen 2,2 5,5 2,9 -5,0 woongebouwen 5,7 0,9 -2,0 -3,1 door de overheid 19,4 1,9 -11,8 9,5 Binnenlandse vraag 2,4 3,6 0,5 0,7 Uitvoer van goederen en diensten 5,0 8,2 1,1 -1,8 Invoer van goederen en diensten 4,1 8,4 0,8 -2,0 BBP 3,2 3,7 0,8 0,7

(veranderingspercentages t.o.v. het voorgaande jaar) B. PRIJZEN
BBP-deflator 1,4 1,3 2,0 2,0 Ruilvoet -0,8 -1,9 0,0 0,6 Geharmoniseerde consumptieprijsindex 1,1 2,7 2,4 1,5

(werkelijke prijzen, miljoenen euro's) C. BBP NAAR WAARDE 235.632 247.469 254.282 261.236

D. ARBEIDSMARKT
(duizenden, jaargemiddelden) (veranderingspercentages) Werkgelegenheid 4.063 4.139 4.198 -0,1 Werkloosheid 508 474 470 3,5

(jaargemiddelden, in pct. van de burgerlijke beroepsbevolking) Werkloosheidsgraad 8,6 6,9 6,6 6,8

(procenten bbp) E. GEZAMENLIJKE OVERHEID
Netto financieringsbehoefte (-) -0,5 0,1 0,4 1 0,0 Primair saldo 6,5 6,9 7,0 1 6,0

(procenten bbp) F. LOPEND SALDO TEGENOVER HET BUITENLAND 4,8 3,8 3,8 3,7


1. Met inbegrip van de ontvangsten van UMTS-licenties (0,2 pct. bbp).