Groningen, 11 december 2002
OM Groningen gaat niet over tot vervolging in fraudezaak Grootegast
Het Openbaar Ministerie (OM) Groningen heeft een onderzoek naar fraude
binnen de gemeente Grootegast afgesloten. Het OM heeft besloten om
geen vervolging in te stellen tegen twee ambtenaren van de gemeente
Grootegast. Dit geldt ook voor twee medewerkers van het betrokken
wegenbouwbedrijf. Uit het onderzoek is naar voren gekomen dat er door
de gemeente valse rekeningen zijn opgemaakt om een rekening-courant in
stand te houden bij een wegenbouwbedrijf.
Door het OM is vastgesteld dat door het vermelden van andere dan de
werkelijke kosten op de rekeningen, door de twee ambtenaren en twee
medewerkers van het bedrijf valsheid in geschrifte is gepleegd. De
gemeenteraad en College van Burgemeester en Wethouders van Grootegast
hebben hierdoor geen adequaat beeld kunnen vormen van de
daadwerkelijke gemeentefinanciƫn en de controle daarop.
Uit het onderzoek is echter niet gebleken dat deze valsheid in geschrifte enig persoonlijk financieel voordeel heeft opgeleverd voor de ambtenaren, noch voor de medewerkers van het wegenbouwbedrijf, noch voor de gemeente, noch voor het bedrijf. De gemeente Grootegast heeft inmiddels een protocol opgesteld om deze praktijken uit te sluiten. Op basis daarvan en gezien het feit dat zowel de gemeente als het wegenbouwbedrijf hebben bevestigd dat deze werkwijze niet meer gehanteerd wordt, is door het OM besloten om de verdachten niet verder te vervolgen. Per slot van rekening wordt met een vervolging het redelijk belang niet meer gediend nu de procedures zijn aangepast.
Uit het onderzoek is ook naar voren gekomen dat dergelijke praktijken
ook voor 1992 reeds voorkwamen. De bestuurlijke top van de gemeente
Grootegast heeft in 1992 bepaald dat deze frauduleuze praktijken
moesten stoppen. Gezien de praktijk is kennelijk deze boodschap
onvoldoende bij de betrokken gemeenteambtenaren en de aannemer
overgekomen.
De aangifte en onderzoek
In juni 2001 werd door de burgemeester van Grootegast aangifte gedaan
van fraude binnen zijn gemeente. Vanaf 1992 zou een wegenbouwbedrijf
in samenspraak met ambtenaren van de gemeente Grootegast, rekeningen
van het wegenbouwbedrijf hebben vervalst, waardoor de gemeente meer
betaalde voor de aanbesteding dan de werkelijke kosten.
Naar aanleiding van de aangifte is door Regiopolitie Groningen een onderzoek ingesteld. Diverse ambtenaren en medewerkers van het aannemersbedrijf zijn daarbij gehoord als verdachte. Uit het onderzoek kwam naar voren dat de gemeente in de periode van 1 december 1995 tot 31 juli 1999 een aantal keren voor een door het bedrijf aangenomen werk meer in rekening werd gebracht dan de werkelijke kosten.
Het verschil werd door het bedrijf in samenspraak met de gemeente als een 'potje' aangehouden voor onvoorziene uitgaven van de gemeente.
Een aantal keren werden de kosten juist te laag berekend, bijvoorbeeld omdat in de begroting van de gemeente geen ruimte was voor een hoger bedrag, en werd het teveel betaald uit het 'potje'. De betrokken ambtenaren en de medewerkers van het wegenbouwbedrijf hebben bekend dat zij op deze manier rekeningen valselijk hebben opgemaakt.