Gemeente Enkhuizen

VERSLAG VAN DE OPENBARE VERGADERING VAN DE RAADSCOMMISSIE

SAMENLEVINGSZAKEN GEHOUDEN IN HET STADHUIS OP 18 NOVEMBER 2002.

Aanwezig

Voorzitter
Griffier
leden

Verslag

De heer H. Boland
De heer F.W. Baan

De heer B. de Waal (VVD)

De heer J. de Munnik (VVD)

De heer K. Kooiman (Christenunie/SGP)

De heer P. van Klaveren (Christenunie/SGP)

Mevr. H. Lok-Hörnemann (VL/GL)

De heer M. Prens (VL/GL)

De heer J. Domburg (PvdA)

De heer A.A. Balk (PvdA)

De heer H. Langbroek (Nieuw Enkhuizen)

De heer J. Tesselaar (Nieuw Enkhuizen)(vervanger)

Mevr. K. Stofberg (D66)

De heer J. v.d. Werf (CDA)

De heer P.G. Parkhurst (LE/EB)

Mevr. P. Mos

Afwezig m.k.

De heer K. van Dijk (Nieuw Enkhuizen)

De heer G. v.d. Steeg (LE/EB)

Tevens aanwezig:

De heren H. Bode (wethouder) en F. Jans (wethouder)

Mevr. A. Stelling en mevr. I. Visser, namens sociale voorzieningen

AGENDA NR.

ONDERWERP


1.


Opening.

De voorzitter
opent de vergadering om 20.00 uur.

Dhr. Van Geest
zal inspreken bij punt 9.


2.


Definitieve vaststelling agenda.

Dhr. Domburg
vraagt in welke hoedanigheid het convenant proefontsluiting buitenmuseum Zuiderzeemuseum op deze agenda is gekomen. Dhr. Baan zegt dat de aspecten toerisme en verkeersvoorziening hierbij van belang zijn en moeten worden beoordeeld door de politiek. De voorzitter vult aan dat sommige onderwerpen op een scheidslijn liggen. De keuze voor een bepaalde commissie kan arbitrair zijn, maar in dit geval is besloten het in de commissie samenlevingszaken te bespreken. Een voorstel komt niet in meerdere commissies aan de orde.

De agenda wordt vastgesteld.


3.
.

Verslag van de vergadering van 21 oktober 2002

Tekstueel
:

Punt 3: Dhr. De Munnik merkt op dat hij niet viel over het verspreiden van de brieven (dit stelde hij zelfs op prijs), maar over het feit dat dhr. Langbroek het deed voorkomen alsof het zijn eigen idee was en niet dat van dhr. De Munnik.

Naar aanleiding van
:

Punt 2: Dhr. Langbroek vraagt of wethouder Van Pijkeren een toelichting komt geven op de werkgroep extreme overlast. Dhr. Baan antwoordt dat dit alleen gebeurt als daar een acute aanleiding voor is.

Punt 5: Dhr. De Waal merkt op dat mevr. Lok-Hörnemann toegezegd is dat er informatie over de bouwkundige situatie in de leesmap zou verschijnen. Hij heeft dit nog niet gezien. Dhr. Baan verwijst in dit verband naar het recent toegezonden overzicht met toezeggingen uit de begrotingsraad.

Het verslag wordt vastgesteld.


4.1

Ingekomen stukken en mededelingen.

Fusievoorstel stichting ontsluiting Buitenmuseum

Dhr. Domburg
stelt voor het convenant en ondertekening van de fusieovereenkomst door de collegeleden los te koppelen, zodat het volgende agendapunt, de ontsluiting, niet vertroebeld wordt. Dhr. Tesselaar vraagt zich af wat de commissie te maken heeft met de fusie van twee stichtingen en wil weten wat het verband is met agendapunt 5.

De heren Kooiman en De Munnik
sluiten zich daarbij aan. Dhr. Vd Werf verzoekt om antwoord op zijn per mail gestelde vraag over de garantiestelling.

Dhr. Jans
legt uit dat de twee stichtingen in elkaar geschoven worden, zodat de activiteiten van de ene overgaan in de andere stichting. Er blijft dan een lege stichting over, die het Zuiderzeemuseum wil gebruiken om seizoenkrachten in onder te brengen, zodat niet steeds een vergunning aangevraagd moet worden om de krachten na het seizoen weer los te laten. Het is slechts een formele kwestie. Agendapunt 5 betreft de jaarlijkse verlenging van het convenant ontsluiting Buitenmuseum Zuiderzeemuseum.

Dhr. Baan
zegt toe de vraag van dhr. v.d. Werf inzake de garantiestelling te beantwoorden zodra hier met zekerheid iets over te zeggen is.

Dhr. Domburg
vindt het antwoord van dhr. Jans niet duidelijk. Het college was akkoord met een fusie, die werd opgehangen aan het convenant. Hij kan niet akkoord gaan met een fusie als hij het convenant niet kent. Dhr. De Munnik vult aan dat het stuk al getekend weg is. Het college ging op 14 oktober 2002 akkoord.

Dhr. Jans
zegt dat dit stuk voor de commissie voor kennisgeving aan te nemen is. Het is verder de bevoegdheid van het college. Het fusievoorstel is getekend, het convenant niet. Dat kan later pas.

Dhr. Tesselaar
begrijpt niet wat het college te maken heeft met de stichtingen.

Dhr. Jans
antwoordt dat de gemeente er voorheen meer bij betrokken was.

De voorzitter
vult aan dat als men met één van beide een convenant heeft, het gebruikelijk is om met de convenantpartner te overleggen of tot fusie kan worden overgegaan.

Mevr. Lok-Hörnemann
vraagt naar de reden van het onderbrengen van de medewerkers in de nieuwe stichting, waarom worden zij apart gezet?

Dhr. Jans
antwoordt dat hij zich niet tot in detail bezighoudt met de werkgelegenheid.

Voor kennisgeving aangenomen.

4.2

Jaarverslag Leerplichtwet

Dhr. Tesselaar
vindt het jaarverslag er goed uit zien. Dhr. De Waal vult aan dat de tellingen niet kloppen, waardoor hij geen aansluiting krijgt.

Het jaarverslag wordt voor kennisgeving aangenomen.


5.

Convenant ontsluiting Buitenmuseum Zuiderzeemuseum

Dhr. Tesselaar
vindt het merkwaardig dat het convenant sinds 1998 niet meer verlengd is en dat daar nu blijkbaar weer mee gestart wordt. Het lijkt hem goed om de proef met de kaartverkoop buiten het convenant te houden. Verder is hij van mening dat het geen extra verkeersdrukte in de binnenstad zal opleveren. Mensen van buiten volgen de borden P en zullen daar (dus bij de sluizen) parkeren. Hij gaat akkoord met dit voorstel.

Dhr. Domburg
vraagt aan dhr. Tesselaar hoe dit zich verhoudt met de gedachtegang van het autoluw houden van de binnenstad. Hij is van mening dat het extra verkeersdrukte (auto's en bussen) zal aantrekken. Dhr. Tesselaar zegt dat het hier hooguit gaat om mensen uit Andijk of Venhuizen, die weten waar ze in de binnenstad kunnen parkeren.

Dhr. Domburg
is van mening dat alle bezoekers bij de sluizen moeten parkeren, dat is ook zo afgesproken. Hij is daarom geen voorstander van dit voorstel. Dhr. Domburg zegt dat dit onderwerp in deze commissie eerder aan de orde is geweest. Raadsbreed werd toen tegen gestemd. Hij vraagt zich af wat de beweegredenen van de wethouder zijn om het nu wederom ter sprake te brengen. Verder vindt hij dat er goede voorlichting moet komen over de kaartverkoop.

Dhr. De Munnik
vindt dat dhr. Domburg links legt op basis van vooronderstellingen. Het Zuiderzeemuseum verplicht zich alles te doen wat binnen de mogelijkheden ligt om te bewerkstellingen dat museumbezoekers bij de sluizen te laten parkeren. De kaartverkoop bij de ingang van het buitenmuseum is een goede service voor ouderen en gehandicapten. Het is niet klantgericht om ze daar weg te sturen en in het binnenmuseum een kaartje te laten kopen. Mevr. Stofbergen vraagt zich af hoe de verkeersdrukte getoetst wordt: wat zijn de richtlijnen, wie toetst en op welke wijze?

Mevr. Lok-Hörnemann
vraagt zich af waarom verandering nodig is als het buitenmuseum zelf vindt dat het goed verloopt. Zij sluit zich verder aan bij mevr. Stofbergen. Zij gaat er van uit dat de verkeersdrukte toeneemt en gaat daarom niet akkoord met het tweede deel van het voorstel. Het valt dhr. Langbroek op dat alle fracties die zich zorgen maken om een grotere verkeersdrukte dat niet doen bij het onderwerp afsluiting Melkmarkt.

Dhr. v.d Werf
gaat akkoord met het uitproberen van dit voorstel, met name omdat het klantvriendelijk is. Dhr. Kooiman gaat akkoord, mits het gestopt kan worden. Hij maakt zich wel zorgen over de afsluiting Melkmarkt en vraagt dit in de weging mee te nemen.

Dhr. Jans
zegt dat een aantal jaren vergeten is het convenant te verlengen, maar dat dit nu weer opgepakt is. Hij verwacht geen toename van de verkeersdrukte en vindt dat de klantvriendelijkheid verbeterd moet worden. Hij heeft dit idee eerder naar voren gebracht, waarbij hij een half-half stemming proefde. Destijds was het niet zinvol het door te voeren, omdat het het einde van het seizoen was. Hij wil het nu, vóór de start van het nieuwe seizoen, opnieuw onder de aandacht brengen. Voor toetsing van de verkeersdrukte wordt geen geld uitgetrokken, maar zodra er signalen van overlast vanuit de bewoners komen wordt de proef gestopt. Dhr. Jans is van mening dat er geen toetsingskaders moeten worden opgesteld voor een probleem dat niet verwacht wordt.

Dhr. Langbroek
oppert het Buitenmuseum zelf de toetsing te laten betalen.

De voorzitter
vraagt de commissies of zij al dan niet met het convenant akkoord gaan zonder en met toetsing.

PVDA is tegen en stelt het ter discussie als er getoetst wordt, NE, D66, CDA, LE/EB, VVD, Christenunie/SGP gaan akkoord, VL/GL gaat niet akkoord met punt 2, waarschijnlijk ook niet als sprake is van toetsing.

De voorzitter geeft aan dat dit stuk in de raad besproken zal worden.


6.

Integraal beleidsplan ABW 2003

Mevr. Lok-Hörnemann
twijfelt of mensen vanuit een ID- of Melkerbaan zullen doorstromen naar een reguliere baan. Verder vraagt zij zich af waarom 65+-ers genoemd worden, zij vallen immers in de AOW. Zij geeft verder aan blij te zijn dat mensen die bijzondere bijstand vragen niet weer de hele papierwinkel hoeven in te leveren. Dhr. Langbroek vraagt de stukken voortaan eerder aan te leveren. Hij vraagt naar de inspanningsverplichting inzake het leren van de Nederlandse taal en aanvulling van de ziektewetuitkering. Verder vindt hij het - inzake de zorgplicht - ook niet wenselijk om kinderen volledig te laten integreren als bekend is dat zij later uitgezet worden.

Dhr. De Munnik
mist de financiële consequenties in het stuk. Hij wil hier graag een toelichting op.

Dhr. Bode
zegt dat wetgeving inzake ID-banen niet hier gemaakt maar in de Tweede Kamer. Vanaf december zal op de ID banen bezuinigd moeten worden (e.e.a. is nog afhankelijk van de uitslag van de verkiezingen op 22 januari). Er moet dus gestreefd worden naar doorstroming, maar in Enkhuizen verloopt deze niet snel genoeg om de bezuiniging te kunnen realiseren. In 2004 komt er een nieuwe wet ABW, die o.a. inhoudt dat er geen financiering van ID-banen meer is, maar een vrij besteedbaar reïntegratiebudget. Een goed reïntregratiebeleid wordt een taak van de gemeente. Financiering gebeurt op basis van gemiddelden, die dus gehaald moeten worden, want het tekort moet de gemeente zelf bijleggen. Dit zal veel vragen van de Sociale Dienst.

VNG en het Ministerie van Sociale Zaken zijn in overleg om middelen beschikbaar te stellen om ID banen te witten (er reguliere banen van te maken). Waarschijnlijk komt er een overbruggingsregeling. Aan het doen van heronderzoeken moet worden getrokken, want bij achterstand komen er financiële penalties. Dhr. Bode vindt het lastig om zich er beleidsmatig voor in te spannen, want na 2004 zijn deze heronderzoeken niet meer aan de orde.

Dhr. De Munnik
is van mening dat dhr. Bode zich aan de huidige wettelijke verplichtingen moet houden, ongeacht of deze in 2004 nog van toepassing zijn. Als dat niet gebeurt zal de gemeente een boete krijgen.

Dhr. Bode
geeft aan dat hij zich inspant om de achterstand van de heronderzoeken in te halen, maar dat hij ook prioriteiten moet stellen. Zijn eerste prioriteit is het adequaat functioneren van het reïntegratietraject in 2004. Ook van de inspectie zal het niet eerste prioriteit hebben om te controleren op de heronderzoeken. Verder zullen belastingsignalen zijn aandacht krijgen. Dhr. Bode zegt dat allochtonen in de bijstand Nederlands moeten leren omdat dit hun kans op een betaalde baan vergroot. De REA wetgeving ligt niet bij de gemeente maar bij het uitvoeringsorgaan. De gemeente zal zorgen voor inwoners die op straat staan bij uitwijzing. Dit betreft vaak gezinnen en kinderen die al enige jaren in de gemeente wonen en daar onderwijs volgen. Het is verstandig om dat zo te houden. Dhr. Bode geeft aan dat de nog te verrichten werkzaamheden binnen de huidige capaciteit en binnen het huidige budget uitgevoerd worden. Verder zal geprobeerd worden subsidie te krijgen.

Dhr. De Munnik
vindt dat er evengoed een financiële paragraaf bijgesloten moet worden.

Mevr. Visser
vult aan dat de AAW een volksverzekering is. 65+-ers komen in aanmerking voor ABW als zij geïmmigreerd zijn of bijvoorbeeld in België gewerkt hebben.

De commissie adviseert positief.


7.

Verordening toeslagen en verlagingenbeleid ABW Enkhuizen 2003

Dhr. Langbroek
vraagt waarom er bij art. 3 onderscheid wordt gemaakt tussen 21- en 22-jarigen. Mevr. Visser antwoordt dat dit te maken met de wet op het minimum jeugdloon. Een 21-jarige verdient minder dan een 22-jarige.

Bij art. 3b wordt 5% gehanteerd en geen 4.5% omdat mensen er dan op achteruit zouden gaan.

De commissie adviseert positief.


8.

Verordening bijzondere bijstand 2003

Op de vraag van dhr. Langbroek of er geen extra toeslag gegeven kan worden aan een moeder van 21 antwoordt mevr. Stelling dat dit individueel bekeken kan worden. Het is inderdaad mogelijk. Dhr. de Waal merkt op dat er een geister genoemd wordt, hij vraagt zich af waarom de goederen met name genoemd worden. Mevr. Visser antwoordt dat er beleid wordt gemaakt op zaken die veelvuldig aangevraagd worden. Bij de geiser was dat het geval. Dhr. v.d. Werf vraagt zich af waarom de fiets niet genoemd is. Verder vraagt hij zich bij art. 40a. af waarom gekozen is voor een periode van drie jaar.

Mevr. Visser
antwoordt dat een fiets mogelijk is. Voorheen kregen mensen 1000 gulden te besteden aan duurzame goederen, waarbij een aantal was beschreven. Niet alle goederen zijn echter in de lijst opgenomen. Dhr. de Waal oppert om de goederen dan niet meer apart te benoemen.

Dhr. Bode
vindt dat er dan te weinig sturing en controle is. Verder pleit hij ervoor dat in deze vergadering geen aanvullingen op de lijst worden gegeven. Als in de praktijk blijkt dat naar een bepaald goed veel vraag is dan zal dat hier in de vergadering gemeld worden en dan wordt bekeken of uitbreiding van de lijst zinvol is.

De commissie adviseert positief.


9.

Advies lokale omroep

Dhr. de Waal
onthoudt zich van de discussie in verband met zijn betrokkenheid bij de stichting..

Dhr. van Geest
(inspreker) houdt een betoog over de lokale omroep, die veel geld kost, maar ook een belangrijke sociale functie heeft. Hij hoopt dat de commissie het belang daarvan inziet.

Dhr. Tesselaar
vraagt naar de reden van de zomerstop van afgelopen jaar. Verder viel het hem op dat de lokale omroep zich 9 dagen aan het protocol hield na het overlijden van prins Claus in plaats van de gebruikelijke 2.

Dhr. van Geest
heeft het protocol gevolgd. De zomerstop had te maken met intern beleid. Veel vrijwilligers waren op vakantie en de zomerstop is gebruikt voor reorganisatie. Het is niet zeker hoe dit in 2003 zal gaan.

Dhr. de Munnik
is het niet eens met dhr. van Geest, die zei dat politieke kleuring vermeden wordt. Dhr. v.d. Veen (PVDA) verleent zijn medewerking immers niet op persoonlijke titel, maar op grond van zijn politieke achtergrond. Dit moet vermeden worden.

Dhr. van Geest
antwoordt dat er meer mensen met een politieke achtergrond meewerken. Zij houden zich echter niet bezig met de inhoud van de programma's.

De commissie adviseert positief.


10.

Rondvraag

De voorzitter
wijst op de uitnodiging van het Recreatiebad Enkhuizerzand voor de bijeenkomst op 19 november. Een belangrijk aantal leden van de commissie zal gebruik maken van de uitnodiging.

Van de rondvraag wordt verder geen gebruik gemaakt.


11.

Sluiting

De voorzitter
sluit de vergadering om 22.15 uur.