Gemeente Enkhuizen

VERSLAG VAN DE OPENBARE VERGADERING VAN DE RAADSCOMMISSIE

GRONDGEBIEDSZAKEN GEHOUDEN IN HET STADHUIS OP 19 NOVEMBER 2002.

Aanwezig

Voorzitter

Griffier
leden

Verslag

Dhr. D. Wiersma

Dhr. F.W.. Baan

Mevr. P.C.E. de Munnik,

Dhr. J. Franx (NE)

Dhr. Th. De Geus (CU/SGP)

Dhr. K.E. Koeman (PvdA)

Mevr. J.A. Kuijsten (CU/SGP)

Dhr. R. Van der Pluijm (VL/GL)

Dhr. W.M. Rieuwerts (VL/GL)

Dhr. K. Van der Veen (PvdA)
Dhr. C.H. Wijchers (NE)

Dhr. H. Weijens (CDA)

Dhr. B. Zand Scholten (LE/EB)

Dhr. J. Verjaal (D66)

Mevr. P. Mos

Afwezig m.k.

Dhr. J. Hart (LE/EB), mevr. E.F. Dangermond-Hilderink (VVD)

Tevens aanwezig:

Dhr. H. Bode (wethouder), dhr. F. Jans (wethouder), dhr. G Santema (beleidsambtenaar Infra), en de heren Maartens en Draaisma (SWD)

AGENDA NR.

ONDERWERP


1.


Opening.

De voorzitter
opent de vergadering om 20.00 uur.

Dhr. Nauta meldt zich als inspreker bij punt 7.


2.


Definitieve vaststelling agenda.

Dhr. Verjaal
zegt dat er een brief van het presidium en een brief van het college van B&W in de leesmap zaten. Deze brieven worden niet in de vergadering behandeld. Hij vraagt zich af in hoeverre de commissie inspraak heeft bij het opstellen van de agenda.

Dhr. Baan
antwoordt dat de brieven in de leesmap voor kennisgeving zijn. Een commissielid heeft de bevoegdheid om naar aanleiding van wat hij gelezen heeft te vragen om dat voor de volgende vergadering te agenderen als het naar het oordeel van een commissielid van voldoende politieke importantie is. De voorzitter stelt de agenda vast en laat zich daarbij leiden door de praktische omstandigheden die zich voordoen.

Alle stukken in verband met Gependam worden tijdens de volgende vergadering behandel (ook, indien gewenst, de door dhr. Verjaal genoemde notitie van het grondbedrijf en de randvoorwaarden).

Mevr. de Munnik
vraagt om kritisch te kijken naar de inhoud van de leesmap; niet alle stukken worden even interessant gevonden. Dhr. Baan antwoordt dat het voor hem niet te overzien is wie welke stukken interessant vindt. In de mappen zullen ook stukken zitten die nog niet `rijp' zijn. Het college vindt het van belang om actief te informeren en niet alleen de definitieve stukken te presenteren. Inzake de stukken die de voortgang aangeven (de voorlopers van het definitieve stuk) wordt geen oordeel van de commissies gevraagd.

De leesmap wordt in het presidium besproken.

De agenda wordt vastgesteld. Tijdens de vergadering wordt besloten agendapunt 7 op 4 te laten volgen.


3.

Verslag van de vergadering van 22 oktober 2002

Tekstueel

Dhr. Weijens'
naam is niet goed gespeld.

Blz. 4, 4e alinea, 3e regel: 2-5-3 moet 2,5-3 zijn.

Naar aanleiding van

Mevr. Kuijsten
merkt op dat de door dhr. Franx gevraagde actiepuntenlijst nog niet is ingevoerd. Dhr. Baan antwoordt dat er op dit moment gewerkt wordt aan een computersysteem (een database programma) waarin alle afspraken en een afdoeningscontrolesysteem komen te staan. Een uitdraai komt in de leesmap, zodat de status van de acties te zien is. Hij hoopt dat dit vanaf december 2002 in werking is. Dit systeem zal nog niet direct via intranet gaan lopen, daarover wordt in het presidium nog gediscussieerd.

Het verslag wordt goedgekeurd.


4.

Presentatie van de Stichting Woondiensten Enkhuizen over het begrip `onrendabele top'

Dhr. Maartens
, hoofd financiële administratie van St. Woondienst Enkhuizen, legt uit wat met de onrendabele top bedoeld wordt. De exploitatie van een woning kan verliesgevend of winstgevend zijn. Dit wordt berekend door de huuropbrengsten minus de investeringen en de kosten. Als dat per saldo negatief is wordt dat de onrendabele top genoemd.

Dhr. Weijens
zegt dat in Enkhuizen Noord woningen staan van 25 jaar oud waarbij de investering laag is geweest en de huidige huuropbrengsten hoog zijn. Deze woningen zijn al lang afgeschreven en brengen alleen geld op. Hij kan zich niet voorstellen dat bij dit soort woningen sprake is van een onrendabele top. Dhr. Maartens antwoordt dat bij de berekeningen uitgegaan wordt van het moment van investeren. Dit wordt in de loop der jaren niet bijgesteld. In het begin is de huuropbrengst niet toereikend om de investering te dekken. Pas na 20 jaar komt er een omslagpunt. De huursubsidie wordt niet in de berekening meegenomen, omdat deze individueel bepaald wordt.

Dhr. Rieuwerts
vraagt zich af of, als de huurwoning volledig afgeschreven is en de restboekwaarde 0 is, de woning van de huurder is. Of kan hij deze tegen betaling van het investeringsbedrag kopen? Dhr. Maartens zegt dat dit te makkelijk is. Verkoop van huurwoningen gebeurt tegen de marktwaarde minus 10% korting. Van de opbrengst van de verkoop kan sociale woningbouw (nieuwbouw) gefinancierd worden. Bovendien zijn verkochte woningen vrijwel nooit volledig afgeschreven. In de Gruttolaan bijvoorbeeld worden woningen verkocht die 30 jaar oud zijn.

Dhr. Draaisma
vult aan dat de exploitatieperiode van een woning 50 jaar is, waarbij in het 25e-30e jaar gerenoveerd wordt, wat gemiddeld 25000 kost. De huurverhoging dekt deze renovatie niet. De Stichting is gehouden aan accountantsregels bij deze berekeningen, het is geen zelf bedachte berekeningssystematiek.

Dhr. Zand Scholten
vraagt naar de hoeveelheid sociale woningbouw in Enkhuizen in verhouding tot andere gemeenten. Ook dhr. Franx vraagt zich af of Enkhuizen verhoudingsgewijs niet meer sociale woningbouw bouwt, wat bewoners uit omliggende gemeenten kan aantrekken. Dhr. Draaisma antwoordt dat uit onderzoek is gebleken dat mensen niet om die reden naar een andere gemeente verhuizen.


5.

Ingekomen stukken en mededelingen

Voor kennisgeving aan te nemen

Vuilwatersysteem op de Gependam

Dhr. Verjaal
stelt voor dit stuk niet voor kennisgeving aan te nemen, mede omdat het tijdens de volgende vergadering wordt behandeld. De voorzitter beslist dat dit stuk doorgeschoven wordt naar de volgende vergadering.

Beantwoording vragen m.b.t. de bevoorrading van Deen in de binnenstad

Dhr. de Geus
heeft geen vragen meer naar aanleiding van de antwoorden. Mevr. de Munnik vraagt om controle op het rijden met de afgesproken kleinere vrachtauto's. Dhr. Weijens heeft geen antwoord op zijn vragen gehad. Dhr. Baan heeft deze vragen niet gezien. Deen heeft het contract van Laurus rechtens overgenomen, maar wordt hier nogmaals expliciet op gewezen.

Beantwoording vragen

Beantwoording vragen m.b.t. de camping

Dhr. Franx
geeft aan zijn vragen gesteld te hebben omdat hij teveel zaken constateerde die niet naar behoren verlopen. Hij vraagt zich nog af of degenen die op de camping wonen en werken (schoonmaken van de toiletten) verzekerd zijn. Verder wordt er gesproken over 100 toeristische plaatsen, dit moet volgens de begroting 200 zijn. De facturen aan campinggasten zijn te laat verstuurd, wat renteverlies geeft. Hij stelt voor de facturen voortaan vóór 1 januari te versturen. Ook wil hij graag weten hoe registratie van de zwembadgasten verloopt.

Dhr. de Geus
zou dit onderwerp graag integraal aan de orde stellen en daar meer uitleg over krijgen. Dhr. Baan zegt dat elke campinggast gedurende zijn verblijf vrije toegang heeft tot het zwembad. Bij registratie loopt men tegen het probleem aan dat als deze gasten meerdere keren per dag in- en uitlopen zij steeds als nieuwe bezoeker geregistreerd worden. Dhr. Verjaal zegt dat de commissie in het kader van het dualisme er rekening mee moet houden dat dhr. Baan griffier is en geen bron van informatie, hoe groot de verleiding ook is om hem als zodanig te zien. Mevr. de Munnik zegt dat met het duale stelsel meer op hoofdlijnen bestuurd moet worden. Onderwerpen als het schoonmaken van toiletten valt niet onder de hoofdlijnen.

Dhr. Jans
zegt toe de verzekering van de schoonmakers in het college aan te kaarten. De overige vragen beantwoordt hij later.


6.

Voortgang Noord West 8, o.a. landschapsontwikkelingsplan

Dhr. Verjaal
zegt gelezen te hebben dat aan de burgemeester van Wervershoof gevraagd is e.e.a. uit te zoeken. Hij is van mening dat het initiatief bij de gemeente Enkhuizen moet liggen.

Dhr. Bode
geeft aan dat de burgemeester van Andijk deze regio in het kader Noord West 8 vertegenwoordigt en dat zij daarom met elkaar in gesprek gaan.

Dhr. Van der Pluijm
vraagt aandacht voor de vogels aan het IJsselmeer.


7.

Voorbereidingsbesluit Zilverstraat

Dhr. Boon
leest (in plaats van dhr. Nauta) een stuk voor dat ook aan de leden van de commissie is uitgedeeld.

Dhr. Weijens
merkt op dat het nu niet gaat om het goedkeuren van een bouwplan. Mevr. de Munnik bevestigt dit. De VVD wil hiermee wachten tot het integrale herzieningsplan gewijzigd wordt. Zij zijn tegenstander van het oude plan. De kwaliteit is belangrijker dan de snelheid van bouwen. Dhr. Rieuwerts zegt dat het duidelijk is dat raadsbreed weerstand bestaat tegen het bestaande plan. Het voorbereidingsbesluit is in het verleden genomen en moet elk jaar herhaald worden, anders verloopt het. Hij vraagt zich af of het mogelijk is het nu niet te herhalen. Dan is echter het oude bestemmingsplan (bedrijfsbestemming) van toepassing en kan bijvoorbeeld een werf (of een ander bedrijf) gevestigd worden. Verder is hij het eens met dhr. Boon dat een massa zoals nu op de Vette Knol gebouwd wordt niet gewenst is op de Zilverstraat. Dhr. de Geus vraagt of bekend is of Vrodest af wil van deze locatie. Verder vraagt hij zich af wat de consequenties zijn als het voorbereidingsbesluit niet genomen wordt. Inzake de Vette knol zegt dhr. De Geus dat meerdere partijen aangegeven hadden het complex te hoog te vinden, maar dat pas later de maten bekend werden. Dhr. Rieuwerts antwoordt dat, op basis van voortschrijdend inzicht, steeds meer partijen destijds tegen de plannen waren. Dhr. Zand Scholten is van mening dat massa- en hoogbouw uit den boze zijn op deze locatie. Hij is voorstander van continuering van het project waarbij tegemoet gekomen wordt aan de bezwaren.

Dhr. Bode
zegt dat het voorbereidingsbesluit de intentie heeft tot wijziging van het bestemmingsplan. Dit moet elk jaar herhaald worden. Het voorbereidingsbesluit zegt niets over het bouwplan (er worden dus ook geen maten en hoogten genoemd, maar het zegt alleen iets over de bestemming/ functie). Later zal gesproken worden over maten en verdere invulling. De procedure m.b.t. het bouwplan is gelopen. De raad heeft het besluit genomen dat ze het voeren van de vrijstellingsprocedure aan het college laat. Daarbij is bepaald dat de commissie grondgebiedszaken kon besluiten het onderwerp toch door de raad te laten behandelen. Dat is niet gebeurd. Maar de commissie zou kunnen overwegen om het mandateringsbesluit terug te trekken. Vrodest heeft aangegeven het oude plan niet te kunnen realiseren en een nieuw bouwplan te maken. Het nieuwe bouwplan moet opnieuw de procedure doorlopen. De raad krijgt dan opnieuw de kans om haar visie daarop te geven.

Mevr. de Munnik
vindt de beantwoording onduidelijk. Er is in het verleden een besluit genomen op grond van onvoldoende informatie, waar de raad nu niet blij mee is. Zij is bang dat als nu akkoord gegaan wordt met het voorbereidingsbesluit het eerste bouwplan uitgevoerd kan worden.

Dhr. Nauta
zegt dat er een plan nodig is voor de verdere procedure. Zonder plan kan men niet verder.

Dhr. Bode
zegt dat dit onjuist is. Deze raad heeft voor het gebied Gommerwijk WW eveneens een voorbereidingsbesluit genomen, waarbij ook geen bouwplan aanwezig was. Hij benadrukt nogmaals dat het voorbereidingsbesluit alleen over de functie gaat, niet over de inhoud of invulling. Voor de art. 19 procedure is wel een bouwplan nodig. Naar aanleiding van een vraag van dhr. Franx zegt dhr. Bode dat de vlek waarop gebouwd wordt wel bekend is.

Dhr. Zand Scholten
zegt dat in het voorbereidingsbesluit niet wordt gesproken over hoogte en afmetingen, maar het gebouw staat wel expliciet omschreven. Verder vraagt hij zich af of het gerucht dat Vrodest het hele plan wil laten schieten klopt. Wie gaat het dan overnemen? Dhr. Franx wil weten wanneer het nieuwe plan er komt en wil dan direct met de bewoners in overleg en niet achteraf. Bij het terugnemen van de mandatering is een goede onderbouwing nodig. Dhr. Rieuwerts vraagt zich af wat de consequenties zijn van het terugnemen van de mandatering. Verder wil hij weten of het mogelijk is de randvoorwaarden te herzien. Dhr. Verjaal noemt de mogelijkheid dat een nieuwe ontwikkelaar het oude plan gaat uitvoeren.

Dhr. Bode
zegt dat het veranderen van spelregels tijdens het spel een procedure kan opleveren, waarbij de gemeente niet sterk staat omdat eerst akkoord is gegaan. Hij blijft erop wijzen dat er een mogelijkheid is om dit probleem te tackelen: het doorlopen van een nieuwe procedure. Vrodest heeft aangegeven een nieuw bouwplan in te dienen. De consequenties van het terugtrekken van de mandatering zijn hem niet bekend.

Mevr. De Munnik
geeft aan tegen het nemen van het voorbereidingsbesluit te zijn. Op de vraag van dhr. Rieuwerts of zij ook de consequenties van vestiging van een bedrijf op die locatie voor haar rekening neemt antwoordt ze dat deze mogelijkheid weinig realistisch is.

De voorzitter concludeert dat de commissie in meerderheid een positief advies uitbrengt.


8.

Voorbereidingsbesluit hoek Vijzelstraat/ Wegjes

Dhr. Bode
zegt dat dit bouwplan uitgebreid aan de orde is geweest. Het zit inmiddels ver in de procedure. Het voorbereidingsbesluit is noodzakelijk omdat er een art. 19 procedure gevoerd wordt. Dit komt elk jaar terug totdat het gerealiseerd is.

Dhr. Franx
vraagt of het presidium of college de beloofde dag voor nieuwe raadsleden wil organiseren. Hierbij worden dergelijke procedures uitgelegd.

De voorzitter
zegt toe hier tijdens de volgende vergadering op te antwoorden.


9.

Gemeentelijk volkshuisvestingsfonds

Dhr. V.d. Pluijm
zegt dat als er meer sociale huurwoningen moeten komen er dus geld beschikbaar moet komen.

Dhr. Franx
vindt dat de mogelijkheden voor jongeren/ starters beperkt zijn. Omdat kopen niet lukt is huren hun enige optie. Er dient dan voldoende aanbod van goedkopere woningen te zijn. Mevr. de Munnik vraagt naar de bijdrage van gemeente en St. Woondiensten.

Dhr. Bode
zegt dat in eerste instantie is uitgegaan van 60000, maar omdat de begroting rond moest is akkoord gegaan met 25000, mits de hoogte van dit bedrag bij de voorjaarsnota (en de extra ruimte die dan eventueel ontstaat) weer meegenomen wordt.

Met St. Woondiensten is afgesproken dat er 50 woningen voor jongeren komen, o.a. op de Breedstraat. Hier wordt hard aan gewerkt. Er is overeenstemming tussen college en St. Woondiensten inzake het overdragen van de panden in de Breedstraat aan St. Woondiensten. Dit komt in de volgende commissievergadering aan de orde. Verder wordt het gebouw De Hoogte bekeken. In de straat daar tegenover is een pand aangekocht t.b.v. jongerenhuisvesting. Daarmee komt men boven de helft van de beoogde productie. Verder komt in Kadijken jongerenhuisvesting en wordt de bestaande voorraad kritisch bekeken. Naast jongerenhuisvesting moet ook ouderenhuisvesting aandacht krijgen. De onrendabele top wordt berekend en bekend gemaakt en er wordt uitgezocht wat gemeente en St. Woondiensten bijdragen. De onrendabele top is bij jongerenhuisvesting groter gezien de lagere huurprijs. De opbrengst van verkoop van huurwoningen wordt gebruikt om nieuwbouw te financieren.

Dhr. Franx
vraagt zich hoe lang iemand `jongere' blijft in het kader van de jongerenhuisvesting. Dhr. Bode zegt dat jongerenhuisvesting in andere steden onaantrekkelijk gemaakt wordt door bijvoorbeeld het gezamenlijk delen van keuken of douche. De toewijzing kan gestuurd worden, maar er worden geen mensen de woning uitgezet na het bereiken van een bepaalde leeftijd.

Dhr. v.d. Pluijm
vraagt naar de mogelijkheid om bestaande huizen die verkocht worden geschikt te maken voor jongerenhuisvesting. Verder geeft hij aan dat met St. Woondiensten gepraat moet worden over de hoogte van hun vermogen.

Dhr. Bode
zegt dat voor huurwoningen die te koop aangeboden worden markt is. Doorstroom is belangrijk. Bovendien is verkoop de enige mogelijkheid om nieuwbouw van (sociale) woningen te financieren. Die taakstelling moet gehaald worden. Het splitsen van woningen is mogelijk als je anders niet aan de taakstelling kunt voldoen. In principe gebeurt dat al in de Breedstraat. Verder geeft hij aan dat de reserves van St. Woondiensten inderdaad aanzienlijk zijn (en niet het vermogen, zoals werd gezegd). St. Woondiensten heeft zelf een minimum vastgesteld om hun risico's af te kunnen dekken.

De raadscommissie gaat akkoord met het voorstel.


10.

Combistation voor inname oliehoudende- en huishoudelijk afvalwater voor recreatievaart in de Buitenhaven

Volgens dhr. v.d. Veen is het onjuist dat ingeval het combistation alleen voor de recreatievaart wordt gebruikt er geen vergunning nodig is. Ook als het combistation via de riolering loost is er een vergunning nodig. De geraamde 1000 voor afleverkosten lijken hem te laag. Dhr. Wijchers vraagt wat vissers moeten doen met hun vuile water. Hij pleit voor een goede oplossing voor de vissers en de sleepboot. Dhr. Verjaal zegt dat wederom niet meer offertes zijn aangevraagd, wat hij betreurt.

Dhr. Santema
antwoordt dat SRM zich bezighoudt met de subsidie op combistations. Als de gemeente deze subsidie wil ontvangen is er geen keuze tussen meerdere stations.

Mevr. Kuijsten
vraagt of de maximale inspanning is geleverd om het ook te regelen voor de beroepsvaart. Verder vraagt zich af hoe het gebruik van het combistation wordt gecontroleerd.

Dhr. Jans
antwoordt dat dit te maken heeft met zelfdiscipline van de gebruikers. Hij zal zich ervoor inzetten dat er voldoende informatie aan gebruikers wordt verstrekt zodra het station er is.

Dhr. Santema
zegt dat er geen milieuvergunning nodig is. Voor aansluiting op het riool geldt een standaardmatige vergunning, die hier niet in betrokken is. Het lagere bedrag voor afleverkosten wordt veroorzaakt door de scheider: er blijft een kleiner volume aan residu over. De intentie was om het combistation door beroeps- en recreatievaart te laten gebruiken. Aangezien men gebonden is aan de provinciale vergunning en deze daarmee niet akkoord ging is het voor de beroepsvaart niet doorgegaan.

Dhr. v.d. Veen
is het niet eens met de antwoorden inzake de vergunningen. Hij ziet het later graag duidelijker tegemoet, zonder dit voorstel daarop af te wijzen. Dhr. Wijchers vraagt zich af of het de investering waard is, maar staat er positief tegenover. Mevr. Kuijsten vindt dat zeker de mogelijkheid geboden moet worden om milieuvriendelijk met afval om te gaan. Dhr. Rieuwerts vraagt aandacht voor de varende woonschepen. Eind 2001 zouden ze aangesloten worden op het riool, maar dit is nog niet gebeurd. Dhr. Jans antwoordt dat het antwoord in de leesmap te vinden is voor de volgende vergadering.

Dhr. Verjaal
mist details als: voor welk gebruik is het geschikt, capaciteit, hoe vaak moet er geleegd worden. Hij vindt dat er te weinig informatie beschikbaar is. Hij ziet dit graag in de leesmap verschijnen.

Dhr. Santema
zegt dat een vlotter meldt wanneer het station vol is, in de praktijk moet blijken hoe vaak dit is. De recreanten kunnen zelfstandig de slang bedienen, zonder hulp van de havenmeester

De raadscommissie gaat akkoord met het voorstel.


11.

Rondvraag

Dhr. Wijchers
vraagt naar de plannen om een eiland in het IJsselmeer te maken t.h.v. de Kreupel. Deze vraag wordt aan wethouder Bode (inmiddels afwezig) voorgelegd.

Dhr. Verjaal
vond een brief in de leesmap van de burgmeester van Medemblik, waarin staat dat het eiland niet op Medembliks grondgebied komt. Er wordt gesproken over inrichting en aanlanding van het eiland dat in de noordelijke punt van De Kreupel komt te liggen. Hier zouden standpunten over ingenomen zijn. Hij wil hierover z.s.m. meer horen.

De voorzitter
zegt toe de vraag aan de wethouder voor te leggen.

Dhr. Verjaal
zegt over de notitie van het grondbedrijf (in de leesmap) dat hij graag een kaderstellende discussie met het college wil over het grondbeleid in deze gemeente.

De voorzitter
vindt dit geen vraag voor de rondvraag. Dit punt wordt voor de volgende vergadering geagendeerd.

Dhr. de Geus
vraagt wat de procedure is als na vrijdag 12.00 uur een lamp op het riool brandt. In de praktijk blijkt het heel moeilijk te zijn om iemand te bereiken. De voorzitter zal deze vraag doorspelen naar het college.

Dhr. Weijens
zegt dat hij het stuk over de onrendabele top niet heeft gehad. Ook mevr. De Munnik en dhr. De Geus hebben het niet gehad.


12.

Sluiting

De voorzitter
sluit de vergadering om 22.45 uur.