Den Haag, 5 december 2002
Kantonrechter veroordeelt snelheidsovertreder tot betalen proceskosten
De kantonrechter in Groningen heeft een snelheidsovertreder die een
van het internet geplukt standaard beroepschrift had ingediend,
veroordeeld tot het betalen van de proceskosten: ¤ 161,00. Dit bedrag
komt bovenop de boete die moet worden betaald voor de
snelheidsovertreding. Eerder had de rechtbank in Haarlem dit ook al
gedaan, toen moesten twee indieners van zo'n standaardberoepschrift 25
euro betalen, naast de verkeersboete.
Het Openbaar Ministerie en de sector kanton bij de rechtbanken worden
de laatste tijd geconfronteerd met het verschijnsel van de zogeheten
internetberoepschriften tegen snelheidsovertredingen. Deze
beroepschriften worden onder andere ter beschikking gesteld via
verschillende Nederlandse websites, en bevatten een standaardtekst
waarin de betrokkene alleen de eigen persoonsgegevens en het nummer
van de beschikking invoert. In deze standaardtekst wordt vaak zonder
feitelijke onderbouwing ontkend dat de gedraging is begaan, en wordt
onder andere betoogd dat de snelheidsmetingen en de daarvoor gebruikte
apparatuur niet aan de eisen zouden voldoen.
Kantonrechters in Haarlem en Groningen hebben in november 2002
proceskostenveroordelingen uitgesproken ten laste van (rechts)personen
die zich hadden bediend van standaard Mulderberoepschriften. De
kantonrechters overwogen hierbij dat sprake was van kennelijk
onredelijk gebruik van procesrecht en dat daarom aanleiding was de
betrokkenen te veroordelen in de kosten die de officier van justitie
redelijkerwijs had moeten maken in verband met de behandeling van het
beroep. Zo overwoog de rechtbank te Groningen dat onder andere uit
politiefoto's voldoende was komen vast te staan dat de betrokkenen de
gedraging had begaan. De rechtbank was van oordeel dat het volkomen
duidelijk had kunnen zijn dat het beroep zinloos was. "Nu niettemin
een uit de lucht gegrepen, aan het internet ontleend, beroepschrift is
ingediend met het kennelijke doel "zand in de machine te strooien"
waarop het OM genoodzaakt was te antwoorden, bestaat aanleiding om te
komen tot een proceskostenveroordeling (...).
Het Openbaar Ministerie onderzoekt de mogelijkheden om deze
veroordeling te laten toetsen door het gerechtshof.