De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
uw brief van
uw kenmerk
ons kenmerk
TRCJZ/2002/12882
datum
05-12-2002
onderwerp
Derdenberoep en contra-expertise bestrijdingsmiddelen in andere
lidstaten
bijlagen
Geachte Voorzitter,
Tijdens het wetgevingsoverleg van maandag 2 december jl. over wetsvoorstel nr. 28358 houdende wijziging van de Bestrijdingsmiddelenwet 1962 (verbetering handhaving en bepalingen inzake uitbreidingstoelatingen) heeft dhr. Teeven van de fractie van Leefbaar Nederland enkele vragen gesteld over eventuele mogelijkheden van derdenberoep en contra-expertise inzake toelatingsbesluiten voor bestrijdingsmiddelen in andere lidstaten. Naar aanleiding daarvan bericht ik u als volgt.
De beantwoording van de vragen van dhr. Teeven vergen een onderzoek naar de situatie in de andere lidstaten. Hiertoe zijn stappen gezet. Voorzienbaar is dat met het verkrijgen van de informatie in kwestie nog enige tijd gemoeid zal zijn. Zodra ik de gevraagde informatie heb verkregen, zal ik de Tweede Kamer nader informeren. Overigens gaat de regering ervan uit dat de beantwoording van de gestelde vragen de verdere behandeling van het betrokken wetsvoorstel door de Tweede Kamer niet beïnvloedt.
De minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij,
dr. C.P. Veerman
---