Kwaliteitsbeleid zorginstellingen moet beter
Ondanks goede voorbeelden laat de kwaliteit in de zorgsector te
wensen over. Staatssecretaris Ross wil een plan van aanpak voor een
actiever kwaliteitsbeleid.
Slechts een klein deel van de zorginstellingen beschikt over een
kwaliteitssysteem. Dat blijkt uit de evaluatie van de zeven jaar oude
Kwaliteitswet en de Staat van de Gezondheidszorg, een rapport van de
Inspectie van de Gezondheidszorg (IGZ). Zon kwaliteitssysteem omvat
onder meer een heldere omschrijving van de zorg, zodat patiënten,
behandelaars en verzekeraars weten waar ze aan toe zijn.
Voor het ontbreken van een kwaliteitsbeleid geven zorgaanbieders vaak de schuld aan de ingewikkelde regelgeving vanuit de overheid en de beperkingen in het bekostigingssysteem. De staatssecretaris vindt dat onterecht. Er zijn, zo schrijft zij in een brief aan de Tweede Kamer, ook instellingen die laten zien dat het beter kan.
Er is, volgens Ross, sprake van te grote vrijblijvendheid en dat
dwingt haar om partijen scherper af te rekenen dan nu het geval is.
Ross: Alleen een actieve en vernieuwende, zonodig repressieve, aanpak
van de knelpunten kan ertoe leiden dat we binnen redelijke termijn de
noodzakelijk omslag kunnen maken. Door de IGZ is al gesproken over de
mogelijkheid bestuurlijke boetes op te leggen wanneer instellingen
tekort schieten in hun kwaliteitsbeleid. De staatssecretaris noemt dit
een waardevolle suggestie en laat zich hierover op korte termijn
adviseren.
Het streven van de staatssecretaris is dat elke sector binnen de
gezondheidszorg binnen twee jaar een goed werkend kwaliteitssysteem
heeft. Patiënten en consumenten moeten méér dan voorheen betrokken
worden bij het opstellen en bewaken van kwaliteitssystemen in
instellingen.