'Kabinet moet mogelijkheden voor start inburgeringscursus in land van herkomst onderzoeken'
Tweede Kamerlid Mirjam Sterk heeft dinsdag 3 december een motie ingediend over inburgering in landen van herkomst, waarin de regering wordt verzocht om "de mogelijkheden te onderzoeken om inburgering van nieuwkomers, die in het kader van gezinsvorming of gezinshereniging naar Nederland komen te laten beginnen in het land van herkomst en de Kamer hierover zo spoedig mogelijk te rapporteren".
Het CDA vindt dat een goede inburgering de basis vormt voor een succesvolle integratie. Het niet of zeer gebrekkig Nederlands spreken en onvoldoende kennis van de Nederlandse samenleving en cultuur staat een succesvolle integratie in de weg. "Het CDA wil alles op alles zetten om achterstanden te voorkomen in een zo vroeg mogelijk stadium" aldus Sterk.
In april 2000 heeft het CDA daarom voorgesteld om de verplichte inburgeringcursus voor nieuwkomers te laten beginnen in het land van herkomst. Het gaat daarbij niet om vluchtelingen maar om mensen die in het kader van de gezinsmigratie naar Nederland komen. Aangezien de grootste groepen gezinsvormers uit Turkije en Marokko komen is dit de eerste doelgroep. Het CDA ondervond destijds nauwelijks steun. Inmiddels zien nu ook andere fracties de noodzaak in om de start van of de gehele inburgeringcursus in het land van herkomst te plaatsvinden serieus te onderzoeken.