P E R S M E D E D E L I N G
A G A L E V K A M E R F R A C T I E
Brussel, 3 december 2002
Agalev roept sociale partners op tot verder onderhandelen over Interprofessioneel akkoord.
Agalev betreurt dat de sociale partners het voorlopig niet eens geraken over een loonnorm voor de komende jaren 2003-2004. Agalev roept de sociale partners op om, aansluitend op de jarenlange traditie van het interprofessioneel overleg, naar een consensus te zoeken die een algemeen kader kan bieden voor het vastleggen van de loon-en arbeidsvoorwaarden.
Een akkoord is immers niet enkel van belang voor de stroomlijning van de loonevolutie in het kader van het behoud van de concurrentiepositie tegenover de belangrijkste handelspartners, maar moet ook een perspectief bieden op andere domeinen van de arbeidsverhoudingen zoals de eindeloopbaanproblematiek, de kwaliteit van de arbeid (tijdskrediet, preventieve aanpak van arbeidsgerelateerde stress), het eenheidsstatuut en de werknemersvertegenwoordiging- en overleg in de KMO's.
Op het vlak van de loonevolutie wil Agalev eraan herinneren dat niet enkel de economische groei maar ook en vooral de productiviteitsstijging in rekening dient gebracht te worden voor het vastleggen van een loonnorm. Hoewel deze moeilijk op voorhand ingeschat kan worden, verantwoordt de jaarlijkse productiviteitsstijging een netto-toename van de koopkracht, die ook onontbeerlijk is voor het herstel van het consumentenvertrouwen.
Op het vlak van de eindeloopbaanproblematiek houdt Agalev vast aan het behoud van het brugpensioen in zijn huidige vorm zolang er een structureel tekort is aan volwaardige jobs en bedrijven bij iedere conjunctuurinzinking overgaan tot massale afvloeiingen van oudere werknemers. De recente werkloosheidscijfers tonen opnieuw aan dat de bedrijven nog onvoldoende gebruik maken van de sterke bijdrageverminderingen in het kader van de Startbanen (jongeren), het Activa-plan (langdurig werklozen vanaf één jaar) en de aanwerving van oudere werklozen.
Agalev vraagt met aandrang dat het IPA-overleg ook een basis vormt voor het opnieuw aanzwengelen van de werkgelegenheidsdynamiek, waarbij een krachtig signaal moet gegeven worden rond de verbetering van de tewerkstellingskansen voor allochtonen (vb. via een impuls in het startbanenplan).
Dit moet uiteraard samengaan met het verhogen van de inspanningen voor vorming en opleiding, waarbij de bedrijven resoluut hun verantwoordelijkheid moeten opnemen. De analyse van de sociale balansen door de Nationale Bank wijst op een daling van de opleidingsinspanningen van de bedrijven (van 1,40 naar 1,35 % van de personeelskosten in 2001) hoewel er tegen 2004, volgens een akkoord tussen de sociale partners, 1,9% moet bereikt worden.
Agalev herinnert eveneens aan de afspraak uit het IPA 2001-2002 rond het eenheidsstatuut arbeiders-bedienden. Een intersectoraal IPA is ongetwijfeld het meest aangewezen instrument om vooruitgang te boeken in dit dossier en het afgesproken tijdspad te halen.
Hetzelfde geldt voor een betere werknemersvertegenwoordiging en het uitbouwen van een elementaire vorm van overleg werkgevers-werknemers in de KMO's.
Tenslotte wil Agalev niet weten van het in vraag stellen van de nieuwe regeling van het tijdskrediet. Wel integendeel, het succes van ondermeer de vierdagenweek bij de oudere werknemers toont duidelijk aan dat er een vraag is naar een meer ontspannen arbeidsloopbaan en dat een verdere verruiming van het wettelijk recht aangewezen is. Er moet wel een oplossing gezocht worden voor het vervangingsprobleem omdat de arbeidsdruk bij de 'zittende' werknemers duidelijk toeneemt, hetgeen een belangrijk element is in de stijgende arbeidsgerelateerde stress.
Wij steunen de regering in haar inspanningen om het terrein voor onderhandelingen terug vrij te maken.
Joos Wauters, fractievoorzitter Agalev Kamer
0478 21 62 83
---
Meer informatie:
Agalev Kamerfractie
Tel. 02-549 84 18 Fax 02-549 87 98