deel van de 'drentsche aa' officieel ingesteld tot 'nationaal
beek- en esdorpenlandschap', 3 december 2002
Een deel van het grote 'Stroomdallandschap Drentsche A' krijgt van
minister Veerman van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij op 4 december
2002 de status van 'Nationaal beek- en esdorpenlandschap Drentsche
Aa'. Dit gebied wordt nu als 14de nationaal park geteld, maar het
'Nationaal beek- en esdorpenlandschap Drentsche Aa' wijkt sterk af van
de gangbare nationale parken in Nederland.
De benaming is anders dan andere nationale parken, omdat er sprake is
van een 'verbrede doelstelling'. Natuur en cultuur vormen samen basis
voor het in standhouden van de kwaliteit van dit beekdal- en
esdorpengebied in Drenthe. Naast de natuur tellen wonen en werken,
bijvoorbeeld in de landbouw en in de recreatieve sector, ook mee.
'Behoud door vernieuwing'
Het nieuwe nationale park heeft een oppervlakte van 10.600 ha, dat
ruwweg wordt omgrensd door de wegen A28, N34 en N33. Globaal genomen
ligt het nieuwe nationaal landschap in de driehoek Assen-Gieten-De
Punt. Staatsbosbeheer beheert een derde deel van de oppervlakte van
het nationaal landschap. In zowel het Overlegorgaan, het Projectteam
als in diverse werkgroepen, is Staatsbosbeheer actief. Het 'Nationaal
beek- en esdorpenlandschap Drentsche Aa' mag geen openluchtmuseum
worden. Dat blijkt uit het credo 'behoud door vernieuwing'.
Nieuwe ontwikkelingen
Ten noorden en ten zuiden van het officiële nationaal landschap strekt
zich de rest van het Stroomdallandschap Drentsche A van
Staatsbosbeheer verder uit. Ook daar zijn nieuwe ontwikkeling gaande.
Aan de noordzijde, op de grens van Groningen en Drenthe, wordt de
verbroken stroom van de benedenloop van de Drentsche Aa in 2003
hersteld, door onderduikering van het Noordwillemskanaal.
Opening website
Ter gelegenheid van de instelling van het nationale park, opent
minister Veerman ook de website www.drentscheaa.nl.