Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer Postbus 90801 der Staten-Generaal 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4 Binnenhof 1a Telefoon (070) 333 44 44 2513 AA `s-GRAVENHAGE Telefax (070) 333 40 33
Uw brief Ons kenmerk AAM/ASAM/02/89987
Onderwerp Datum Wet arbeid vreemdelingen 2 december 2002
Hoewel de arbeidsmarktpositie van etnische minderheden de afgelopen jaren sterk is verbeterd
(werkloosheid daalde van 26% in 1995 tot 9% in 2001), is de werkloosheid onder deze categorie
nog steeds aanzienlijk hoger dan het gemiddelde in Nederland (3,4% in 2001). Dit is voor mij
aanleiding geweest om nog eens kritisch te bezien of handhaving van de
tewerkstellingsvergunningsplicht voor vreemdelingen met een vergunning tot verblijf voor bepaalde
tijd asiel wenselijk is.
In het debat over de Invoeringswet Vreemdelingenwet 2000 is destijds uitgebreid in de Tweede
Kamer gediscussieerd over deze tewerkstellingvergunningsplicht (Handelingen II, 1999-2000,
26975, nr. 7). Een groot deel van de Tweede Kamer heeft in dit debat haar twijfels geuit over de
wenselijkheid deze vergunningplicht te handhaven. De Minister van SZW heeft echter aangegeven
dat hij handhaving noodzakelijk achtte om de werkgever te informeren over de eventuele
intrekking c.q. niet verlenging van de verblijfsvergunning van zijn werknemer. Intrekking van de
verblijfsvergunning is immers reden tot intrekking van de tewerkstellingsvergunning. Op deze wijze
wordt voorkomen dat de werkgever de desbetreffende illegaal verblijvende vreemdeling blijft te
werk stellen.
Twee ontwikkelingen hebben mij aanleiding gegeven om bovengenoemd beleid te wijzigen. In de
eerste plaats vond in het verleden intrekking c.q. niet verlenging van de verblijfsvergunning vrijwel
uitsluitend plaats bij asielzoekers die waren toegelaten in het kader van het categoraal beleid. Dit
categoraal beleid is nu, conform het Strategisch Akkoord, vrijwel volledig afgebouwd. Het aantal
ingetrokken c.q. niet verlengde verblijfsvergunningen zal daarom in de toekomst naar verwachting
minimaal zijn.
In de tweede plaats heeft het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV) meegedeeld
dat zij de werkgever zal informeren indien de verblijfsvergunning van diens werknemer is
---
ingetrokken c.q. niet meer verlengd wordt. Immers, op het moment dat een vreemdeling niet meer
legaal in Nederland verblijft, vervalt op grond van de Koppelingswet de verzekeringsplicht.
Het overheidsbeleid is erop gericht dat vreemdelingen met een verblijfsvergunning voor bepaalde
tijd asiel zo spoedig mogelijk uit de uitkeringssituatie geraken en participeren op de arbeidsmarkt.
Afschaffing van de tewerkstellingsvergunnigsplicht kan daar een goede bijdrage aan leveren.
Ik bereid derhalve een wijziging van het Besluit ter uitvoering van de Wet arbeid vreemdelingen
voor. Deze wijziging zal worden meergenomen met de wijziging van de Wav-regelgeving als gevolg
van het advies van de interdepartementale werkgroep Wav, waarvan u hebt aangegeven dit eerst in
een Algemeen Overleg te willen bespreken.
De Minister van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid,
(mr. A.J. de Geus)